Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Hoorcollege 1 tot en met hoorcollege 5 €7,59   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Hoorcollege 1 tot en met hoorcollege 5

 15 vues  0 fois vendu

Dit is een volledige samenvatting van de 1ste 5 hoorcolleges. Wat zit er zoal in ? Doelstellingen van die bepaalde les, een overzichtelijke opsomming van al te kennen leerstof met duidelijke voorbeelden van zowel de lector als van mezelf met foto's tot verduidelijking. Dit document bevat 37pg met l...

[Montrer plus]

Aperçu 4 sur 37  pages

  • 6 août 2021
  • 37
  • 2020/2021
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (8)
avatar-seller
femkewauters1
Psychologie

Hoorcollege 1 van Joris Bruyninckx
Doelstellingen van deze les ;
o Het ontstaan van de psychologie als afzonderlijke wetenschap toelichten en begrijpen.
o De psychologische stromingen historisch situeren tegenover elkaar en in de tijd.
o Recente stand van zaken in psychologie toelichten en begrijpen.
o Verschillende studiedomeinen van de hedendaagse psychologie kunnen benoemen.
o Huidige therapieaanbod kunnen situeren in een stroming.

De les :
1. Analytische kaart
o Micro, meso en macro niveau

2. Feit of fictie
o Psychologen kunnen gedachten lezen.  Fictie
o Kinderen/mensen worden slimmer als ze Mozart luisteren.  Fictie
o Je moet altijd je eerste instinct opvolgen.  Fictie; je moet je meest doordachte gedacht volgen.
3. Wat is psychologie (niet)?
o Psychologie als wetenschap onderscheidt zich van de “huis-tuin- en keuken psychologie” die we
doorgaans vinden in populaire magazines.
o Een psycholoog is geen ziener of visionair.
o Psychologie houdt zich niet enkel bezig met het begrijpen van psychische problemen of
“abnormale processen”.
o Psychologie is de empirische wetenschap van gedrag en mentale processen !
 Empirisch = Een wetenschap gebaseerd op toetsbare, bewijsbare, concrete proeven die aan de hand van
heel straffen afspraken getoetst wordt in verschillende omstandigheden.

A. Definitie van de psychologie
o Psychologie is de wetenschappelijke studie van het gedrag en de mentale activiteiten van
het individu.
 Verschillende belangrijke componenten in deze definitie :
1. Wetenschappelijk! Verschillend van volkswijsheden, intuïtie, enz.
2. Gedrag  Wat observeerbaar is.
3. Mentale processen  Niet observeerbaar, maar ook fundament van wat psy wil observeren.

B. Wetenschap en intuïtie
o Psychologie betwijfelt ongefundeerde beweringen van pseudowetenschappen (bv.
astrologie, toekomstvoorspellingen, handlezen, theorieën uit de middeleeuwen,…).
o Handlezen  Geen enkel wetenschappelijk bewijs voor dat dit iets zinnig over de
persoonlijkheid van mensen vertelt.
o Behandeling van psychiatrische patiënten in de Middeleeuwen.  Onderzoek
bestond nog niet. Krankzinnigheid wordt veroorzaakt door verstening in de
hersenen, kei moet eruit gesneden worden.

o Pseudowetenschappen: Elke benadering om fenomenen uit de werkelijkheid te verklaren
die geen beroep doet op de wetenschappelijke methode.

, Psychologie

o Psychologie is niet :
o Pure speculatie over de menselijke natuur.
o Een verzameling van volkswijsheden waarvan “iedereen toch weet” dat ze waar zijn (=“common
sense”)
 Volkswijsheden bestaan al eeuwenlang. Bepaalde ‘waarheden, gezegdes’ vaak met een
soort moraal in die algemeen geloofd worden.  Bv. De rosse vrouwen

o Uitspraken doen op basis van ervaringsgegevens; zowel psychologie als intuïtief.
o Twee verschillen :
 Op vlak van verzamelen van gegevens (veel tov weinig).
 Bv. In wetenschappelijk artikel staat bepaalde therapie helpt tegen depressie dan
is dit onderzocht bij een grote groep. Terwijl intuïtie vaak gebaseerd op 1
persoon zoals “het werkte bij mij vriendin”.

 Op vlak van verwerken van gegevens (snelle verbanden tov systematisch).
 Intuïtie; onze hersenen aan de slag met info, maar gevoelig aan denkfouten. Zoals
oorzakelijke verbanden;  Bv. Iemand heeft visolie genomen en voelt zich nu
minder slecht, visolie werkt dus Er zijn veel andere verklaringen.
 Terwijl wetenschap dat probeert te vermijden door goed te analyseren.

o Een wetenschappelijke aanpak kenmerkt zich door een empirische manier van werken!

4. Geschiedenis van de psychologie
A. Verre voorgeschiedenis

o Socratos  Vroeg aan iedereen waarom
o Plato  Had het over de realiteit.
o Aristoteles  Empirische werkelijkheid = gebaseerd is op ervaring of op bewijs uit de
praktijk.
o Galenus (129 – 199 n.C.)  Persoonlijkheid werd aan
lichaamssappen gekoppeld. Hij voegde hieraan toe;
verbinding van de 4 humores aan de 4 grondkwaliteiten;
warm, koud, droog, vochtig. De mens opdelen in hokjes.
(zie pwp voor duidelijke foto)


o Ernst Kretschmer (1888 – 1964) Duitse psychiater !

• Leptosome type : mensen met dit lichaamsbouw zijn relatief lang en mager. Meestal
zijn het intellectuelen met een nuchtere inborst, maar beslist ook met emotioneel
gevoelige snaren.
• Atletische type : Mensen met dit lichaamsbouw hebben brede schouders, maar zijn
lang. Doorgaans is dit type assertief. Iemand die altijd zijn woordje klaar heeft en ad rem
is, soms zelf agressief.
• Pyknische type : Dit individu heeft een gedrongen lichaamsbouw, een korte nek en een
rond en vaak blozend gezicht. Veel lichaamsvet en weinig spieren. Ze zijn vriendelijk,
sociaal en hebben een open karakter. Doorgans kan iedereen er goed mee door de deur

, Psychologie


B. Frenologie
o Frans Joseph Gall (1758 – 1828)  Duitse hersenonderzoeker en arts. Pionier in studie van
het lokaliseren van psychische functies in het brein. Grondlegger van frenologie. Ze betaste
een hoofd en voelde knobbels en zeiden hier is de taal, wiskundeknobbel, …
 In de 20ste eeuw zette de Belgische priester Paul Bouts (1900 – 1999) het onderzoek
verder.

C. 19e eeuw
 Structuralisme
o Wilhelm Wundt (1832 – 1920)  1ste psycholoog. Psychologie als nieuwe
experimentele wetenschappelijke discipline. Op zoek die naar elementen van de
bewuste waarneming. Het doel was de structuur van de geest te analyseren. Aan
de hand van introspectie (methode) (speld live)
・ Bv. Iemand kreeg een prikje. Deze persoon moest bij zichzelf observeren
welke WEG het deed. Hieruit ging de onderzoeker af leiden uit welke
elementaire deeltjes de pijngewaarwording was opgebouwd, en hoe dit
overeen kwam met andere gewaarwordingen (bv. koude/jeuk)
 Functionalisme
o Hier kwam reactie op uit Amerika door William James (1842 – 1910).  Die zei het
is niet de structuur dat belangrijk is maar de functie en doelen van het gedrag ; HOE
lossen mensen problemen op ?
・ Introspectie  Bv. Persoon moet puzzel oplossen en zijn strategieën
uitleggen.
・ Externe observatie  Bv. Onderzoeker observeert tijdens puzzel welke
fouten er gemaakt worden.
・ Eerste dierproeven  Hoe zoekt rat zijn weg in een doolhof, en hoe is dit
vergelijkbaar met hoe de mens dit doet?

 Functionalisme begon ook al switch te maken naar observeerbaar gedrag, behaviorisme trekt dit helemaal door.

D. 20ste eeuw
 Behaviorisme !!
o Studie van enkel uitwendig waarneembaar gedrag. Klassieke conditionering pionier:
Ivan Pavlov (1849 – 1936).
・ De focus kwam uitsluitend op uitwendig waarneembaar gedrag te liggen.
・ Klassieke conditionering (KC) : Reflexmatig gedrag dat geassocieerd wordt
met nieuwe prikkels.

o John Watson is de grondlegger van het Behaviorisme (1878 – 1958)
 Verder onderzoek naar KC. Zijn visie is radicaal want hij gelooft
dat ELK gedrag aangeleerd is. Dit is het gevolg van Stimulus-
Respons. ( rood licht dus wij stoppen). De geest is de onbereikbare
“black box”’. (niet meetbaar).

, Psychologie

 Gestaltpsychologie
o Reactie op structuralisme uit Duitsland in 1930. Die zei van Wundt werkt niet want
“het geheel is meer dan de delen” bij perceptie. Menselijke waarneming is gericht
op gehelen = GETSALT.
o Maar ook reactie op strikt behaviorisme. Leren is niet enkel door “trial and error”,
ook inzichtelijk. (aha, hier moet ik uit leren). Leren is ook mogelijk zonder dat effect
zichtbaar is in gedrag.

o Bekende namen  Max Wertheimer & Wolfgang Kohler


o Voorbeelden van de Gestaltprincipes  We zien
telkens een geheel ookal zijn die er niet. (driehoek,
cirkel, hond).

 Neobehaviorisme/ cognitieve psychologie
o Reactie op behaviorisme rond 1930. Vertrekt van dezelfde basis  stimulus lokt
respons uit MAAR zij zijn net geïnteresseerd in de black-box (de geest) INNERLIJKE.
Ze willen weten wat er tussen de S en R gebeurt.
・ Hiertussen zit “O” = het innerlijke  aandacht, geheugen, verlangens,
emoties,.. Met de methode  Experimenten.

 Psychodynamische stroming
o Bekende grondlegger Sigmund Freud (1856 – 1939). Hij zegt het meeste gebeurt
onbewust. Heeft 3 grote krachten  Id (onbewuste driften), ego (bewuste
persoonlijkheid) , superego (geweten dat deze driften in het onbewuste houdt) .
o We hebben een geweten (ge moogt niet stelen) maar we hebben wel een verlangen
(ik wil dat). Al onze verlangens zijn onbewust en ons gedrag wordt hierdoor bepaalt.

 Humanisme
o Jaren 1950, reactie op psychodynamische. Begrijpen van menselijk gedrag, met
klemtoon op positieve thema’s (‘mens is goed op zich, zelfactualisatie’).
o Grondleggers ; Abraham Maslow (behoeftepiramide) & Carl Rogers (clientgerichte
therapie)

E. Stromingen in de tijd




Mogelijke vraag : Welke
stroming was eerst ?

Structuralisme.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur femkewauters1. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,59. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

80364 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€7,59
  • (0)
  Ajouter