Inleiding onderzoeksmethoden
voor mens- en
maatschappijwetenschappen
,HOC 2
H3 Epistemiologische stromingen
Epistemiologie = de leer van de kennis. Waarom komt kennis vandaan en hoe kom ik aan goede,
correcte kennis?
Natuurwetenschappen
De oorsprong van moderne wet: ontstaan met Gallileo Gallilei kennis komt tot stand door het
waarnemen van de realiteit
Bacon geeft kritiek op rationalisme. Hij zegt: kennis komt tot stand door observeren, niet door te
denken.
Sociale Wetenschappen
Positivisme
= wij kunnen wel de methode van de natuurwet hanteren binnen de sociale wetenschap.
Tijdskader: er worden enorme sprongen genomen binnen de nat wetenschappen.
Auguste Conte: leefde tijdens Franse revolutie. Magische stadium (), metafysische stadium (zaken uit
de realiteit verklaren door grote, algemene wetten) & … stadium ()
Adolf Q: Sociale statistiek, sociale fysica. We gebruiken nog altijd bmi.
Positivisme: ze gaan van observatie naar algemene theorieën inductieve methode
Uit het positivisme zijn er andere stromingen ontstaan (MAAR de kern blijft wel hetzelfde), zoals :
logische positivisme (streven naar een extreem logische en empirische verklaring van de
werkelijkheid), methodologisch positivisme
Na WOII: empirisch realisme en kritisch realisme (de perfecte overeenkomst bestaat niet!)
Kritiek op positivisme: kritische nationalisme (Karl Popper) Een theorie is nooit bevestigd. Observatie
is niet vacuüm want we kijken door onze eigen ogen met eigen ervaringen etc.
Interpretivisme
= wij moeten een eigen methode hebben, omdat ons object anders is dan die van de natuurwet.
We gebruiken kwalitatieve meetinstrumenten.
Unobstrusive measurement; zo min mogelijk u rol als onderzoeker uitspeelt wanneer je u onderzoek
aan het doen bent onder de mens.
H3 Ontologische stromingen
Ontologie = Hoe wij de realiteit kunnen zien. Wat is bestaan? Hoe weten we dat iets bestaat?
Objectivisme
De objectieve realiteit bestaat
Externe gegevens die we via de nat wet methode kunnen observeren
Constructionisme
Er bestaat geen externe realiteit. De realiteit is een sociaal construct.
,H4 Ethische principes ten aanzien van sociaal
onderzoek
We moeten ervoor zorgen dat we kwaliteitsvol onderzoek afleveren : door valide kennis te
produceren en betrouwbare kennis te produceren.
realiseren door: richtlijnen voor onderzoekers : we moeten streven naar ware kennis,
informatieve kennis, eenvoudigheid, geldigheid, bruikbaarheid en efficiëntie.
De onderzochten : Meer discussie hoe we met onze onderzochten moeten omgaan. Vroeger was er
minder belang voor, nu willen ze regels.
Er is nu een stroomversnelling gekomen door het internet, en data. Er is toegenomen gevoeligheid
over ethisch onderzoek.
Humphreys’ studie: nummerplaten genoteerd van de (homofiele)mannen die in een public toilet seks
hadden is hen dan gaan opzoeken in hun thuis om vragen te stellen als “health worker”. Er is veel
kritiek op gekomen ivm schending van de privacy.
Milgram’s experiment: men wou weten in hoeverre mensen in autoriteit toegeven wanneer ze onder
druk staan. Groep vrijwillige mannen; telkens een “teacher” en “learner”, teacher moest woorden
geven die de learner moest de woorden memoriseren en herhalen. Hoe meer fouten hoe meer
voltage. De learner wist dat het een experiment was, het was om te kijken hoe de teachers reageren.
Men linkt het aan de holocaust uit dit principe is het onderzoek opgezet.
Monster experiment Johnson: stotteren bij 2 groepen wezen. Eene groep afbreken andere groep
prijzen voor hoe goed ze spreken.
In de literatuur ontstaan er zo verschillende visies op ethiek. Sommige zeggen radicaal neen, andere
zeggen “het doel heiligt de middelen, we hebben niet altijd de keuze”, de laatste visie zegt we
moeten er geen rekening mee houden, “het is ons beroep, als onderzoeker om kennis te verzamelen
whatsoever”.
Terugkerende issues: schade berokkenen aan degene die je onderzoekt, bedriegen niet zeggen
dat je onderzoek doet, privacy bedreigen, en invasion.
- Schade berokkenen: fysieke en mentale schade.
- Bescherming van de privacy: moeilijk omdat de wetgeving is veranderd. Niet altijd eenvoudig om
data te verzamelen.
Probleem: je weet niet altijd wanneer je schade berokkend.
Bescherming van data complexe wetgeving, GDPR; verplicht om een data protect officer aan te
stellen, de gegevens moeten individueel toegankelijk gemaakt zijn aan de persoon waarover het
gaat, etc. Aangeven hoe je data gaat vernietigen achteraf.
“Informed consent”; de persoon die je onderzoekt zoveel mogelijk info geven aan hem, over het doel
van het onderzoek en de manier waarop.
Je kan niet altijd alles voorzien, bv. Een enquete kan langer duren dan vooraf aangegeven.
Deception = bedrog bv Milgram experiment
Fraude en Plagiaat
, Cyrill burt : tweelingen bestonden niet. De data was op 4 cijfers na de komma licht verschillend
statistisch kan dit niet dus hebben mensen het onderzocht
Waarom doen ze het: enorme druk om gepubliceerd te worden.
Slow science movement: beweging die tegen het proces van de publicatie druk wil ingaan.
H4 Politics
Ook politiek heeft een impact op onderzoek.