Volledige samenvatting van de cursus Etnografie en Beoordelingsleer Der Huisdieren (lessen gegevens door prof. Bols en prof. Langbeen). Inclusief alle te kennen rassen met afbeelding en stukje uitleg. Zelf heb ik een 14 behaald met behulp van deze samenvatting.
H1: Domesticatie en selectie van de huisdieren
1.2 Domesticatie en selectie
Domesticatie = tot huisdier maken van oorspronkelijk wilde dieren (volledig ras).
≠ het africhten van een individueel dier
Reden: dieren kunnen nuttig zijn voor de mens
° in 5000-4000 v.C.: Egyptenaren ploegden met runderspannen
= langzaam proces, aanvankelijk met beperkte bedoelingen
à later: meer eigenschappen per diersoort gaan benutten
à ° aparte gespecialiseerde populaties/rassen
35-40.000 j. geleden: verschijnen Homo Sapiens
- Overleven dankzij jacht op dieren (want Ijstijd)
vb. rots van Solutré met beenderresten paarden
- Nomadisch bestaan: dieren volgen plantaardig voedsel, mensen volgen dieren
- Bijhouden gekwetste/zwakkere dieren om later af te maken
(! Meest primitieve vorm dierhouderij)
12-13.000 j. geleden: na Ijstijd
- ° echte domesticatie met besef dat levende dieren nuttiger zijn (voedselreserve)
- Onderdanigheid door uithongering
10.000 v.C.:
- Domesticatie hond: 1e huisdiersoort!
o Was aasvreter in directe nabijheid mens
9.000 v.C.:
- Domesticatie geit
7.500 v.C.:
- Domesticatie schaap
7.000 v.C.:
- Domesticatie varken
6000 - 4000 v.C.:
- Domesticatie rund
5000 v.C.:
- Domesticatie duif
4.500 v.C.:
- Domesticatie ezel
4.000 v.C.:
- Domesticatie kip
3.500 v.C.:
- Domesticatie paard
2.500 v.C.:
- Domesticatie kat
400 v.C.: Romeins tijdperk
1
, - Levensstandaard stijgt: 1e tekenen van gastronomie (bv. houden van duiven en wilde
hazen, houden van eenden en ganzen: foie gras, houden van parelhoen uit Afrika)
Middeleeuwen:
- De meest bekende huisdiersoorten zijn al in de omloop
- Kalkoen en cavia komen later pas uit Amerika
- Na 1600 v.C.: konijnen
Huidige grote diversiteit huisdierenrassen komt door:
1. Aanpassingsvermogen aan mens
2. Doorgedreven selectie door mens (= meest recente fase domesticatie)
a. Specifieke en wetenschappelijk gefundeerde paringen tussen fokdieren
à versnelde specialisatie gedurende de laatste eeuwen (zeer snel sinds 1950)
b. Stijging productiviteit nutshuisdieren
c. ° gespecialiseerde rassen binnen soorten
d. Empirisme maakt plaats voor high-end selectie
à 1950: kunstmatige inseminatie
Gevolgen van domesticatie en selectie op huisdieren
Natuurlijke selectie: individuele eenvormigheid
Domesticatie en selectie: induceren uitwendige verscheidenheid
- Vb. lichaamshoogte honden: 15-95cm
Uitwendige morfologische kenmerken
1. Dieren onder toezicht: moeten zich niet meer verdedigen tegen natuurlijke
belagers
à gewei, hoornen, slagtanden vallen weg
vb. everzwijn: gespierd, stormram versus varken: fragiel, focus op vlees
2. Door selectie worden abnormaliteiten ingevoerd
vb. onderkaakverkorting, ledematenverkorting, reductie lengte vd
ademhalingswegen
! Kan levensbedreigend zijn
3. Minder nood aan aanpassing omgeving:
à ° verscheidenheid in beharings- en lichaamsbedekkingsvormen
! Dit verandert ook vaak wegens ‘liefhebberij’ mensen
à monotone schutkleuren maken plaats voor gespecialiseerde raskenmerken
Functionele (fysiologische) kenmerken
1. Gedragsverandering: dulden aanwezigheid mens
2. Afhankelijk voor voedsel, huisvesting, bescherming, gezondheid
3. Wijziging instinct: bv. Paringsgedrag
4. Bevordering geheugen, wil en verstand (dragen dit over aan nakomelingen)
5. Grote speciesverschillen in aanleercapaciteit (hond en paar zijn beste). Berust op:
a. Herhaling: leidt tot automatisme
b. Ritme: volgorde, onderhouden memorisatie
c. Continuïteit: permanent onderhouden
d. Progressiviteit: van eenvoudig à meer ingewikkeld
2
, à Efficiënte africhting: onmiddellijke en onvoorwaardelijke gehoorzaamheid
à Band huisdier-mens veel hechter! Gehoorzamer in productieprocessen en
sportomstandigheden
à Gewijzigde communicatiestrategieën van dier naar mens toe (ipv naar ander dier
toe)
6. Gewijzigde voortplantingskarakteristieken:
a. Vroegrijpheid door selectie: vlugger naar consumptie
b. Evolutie van seizoensgebonden (afgestemd op beste seizoen) naar continue
kwekers
! Bij paard en kleine herkauwer is seizoensgebonden wel gebleven
c. Tamme dieren onder bescherming mens zijn vruchtbaarder: er is een
toename vd worpgrootte bij multiparen
d. Achteruitgang moederinstinct t.v.v. productiviteit: kip, koe
7. Verandering in hersenomvang en -organisatie:
a. Verkleining delen die voor waarneming en motoriek zorgen: minder alert voor
predatoren
b. Vergroting delen voor verstand en geheugen
c. Verdwijnen van instinctmatige reflexen: vluchten, verdedigen
d. Industriële uitbating werkt hersenreductie in de hand
8. Infokken erfelijke gebreken:
a. Overleven zonder bijstand mens wordt soms onmogelijk
vb. honden: verkorte doggenmuil, te groot hoofd (keizersnede)
vb. rund: dikbil (keizersnede)
vb. varkens: stress à dood
1.4 Systematiek
REGNUM ANIMALIA: volgens volgorde
- Classes: klassen
- Ordes: orden
- Familiae: families
- Genera: geslachten
- Species: diersoorten
o Rassen
Belangrijkste klassen: Aves (vogels) en Mammalia (zoogdieren)
MAMMALIA: 14-tal orden, 4 belangrijke
Hoofdkenmerken:
- Warmbloedig/homoïotherm
- Behaard (soms rudimentair zoals de walvis)
3
, - Bijna allemaal levendbarend
- Voeden hun jongen met melk: zogen
1. Lagomorpha: haasachtigen (hebben nog 2 stifttanden in bovenkaak achter
knaagtanden en worden hierdoor ook Duplicidentata genoemd)
a. Familie Leporidae:
i. Lepus Europeus: haas
ii. Oryctolagus cuniculus: konijn
iii. Rodentia: rat, muis, cavia (= Simplicidentata)
2. Carnivora: roofdieren
a. Suborde Pinnipedia (zeeroofdieren): walrus, zeehond, zeeleeuw
b. Suborde Fissipedia (landroofdieren):
i. Species Canis Familiaris: huishond
ii. Species Felis Catus: huiskat
3. Perissodactyla: onevenhoevigen
a. Familie Equidae: paardachtigen
i. Paard:
1. Equus Przewalski: Mongools wit paard
2. Equus Caballus Gmelini: Tarpan paard
3. Equus Caballus: gedomesticeerd paard
ii. Ezel:
1. Equus Asinus Africanus: Nubische ezel
a. Hiervan is de Equus Asinus Asinus (huisezel) van
afgeleid
2. Equus Asinus Somalicus: Somalische ezel
3. Equus Zebra (zebra) en halfezel: wild gebleven
4. Artiodactyla: evenhoevigen
a. Suborde Neobundontala (NIET-herkauwer): wild zwijn en sus scrofa (varken)
b. Suborde Ruminantia (herkauwer): rund, schaap geit
i. Subfamilie Bovidae: holhoornigen
1. Caprinae: bokken
a. Ovis Aries: huisschaap
b. Capra Hircus: huisgeit
2. Bovinae: runderen
a. Bubalus: buffels
b. Bos: bibos, poephagus en opnieuw Bos (Bos Taurus
(huisrund) en Bos Indicus (Zebu)
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur delphinegillain. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €15,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.