Omgevingsrecht
Hoofdstuk 1: Omgevingsrecht en het recht
Omgevingsrecht: situering in het recht
= vooral bestuursrecht (= het recht mbt. de organisatie, de bevoegdheden, de werking en het optreden van de
bestuurlijke overheden en de rechtsbescherming van de bestuurde tegen dat optreden)
maar breder omgevingsrecht is eigenlijk een dwarsdoorsnede van het recht en verschillende
rechtstakken:
Bv. een vergunningsplicht om te bouwen
Aansprakelijkheid voor milieuschade
Ecofiscaliteit
…
= toenemende invloed op het privaatrecht
bv. vereist bodemattest bij verkoop van een onroerend goed
Omgevingsrecht = milieurecht + ruimtelijk bestuursrecht
Milieubeleid
Milieuhygiëne: bv. bestrijding van verontreiniging
Milieubeheer: bv. beheer natuurlijke rijkdommen (bodem, water, enz.)
Natuurbehoud: bv. behoud natuurgebieden, wilde flora en fauna
Ruimtelijke ordening: bescherming van de ruimtelijke kwaliteit en bestemming van beschikbare ruimte
vastleggen (toekenning van functies van gebieden, zoals gebieden van wonen, gebieden van landbouw,
gebieden van industrie,…) vaak via gewestplannen
Men beoogt de ruimtelijke ontwikkeling hiermee planmatig te maken in de toekomst
+ het beleid inzake onroerend erfgoed (monumenten, archeologische vondsten enz.)
Energierecht (regulering m.b.t. productie, transport, verbruik van energie)
behoort niet echt tot het omgevingsrecht, maar hangt er wel nauw mee samen.
wint sinds opkomst van de klimaatproblematiek enorm aan belang
Ontwikkeling milieurecht en ruimtelijke-ordeningsrecht in België
Lange tijd: ad hoc benadering van het milieubeleid aan de hand van concrete problemen die zich
voordeden nam men wetgeving aan
Bv. er gebeurt een uitzonderlijke ramp (bv. ontploffing van een fabriek met chemische stoffen,
een olieramp,…), dan worden maatregelen genomen
Exploitatievergunning: voor bepaalde vormen van nijverheid is een toelating van de overheid nodig
Jaren 1970: sectorale benadering in milieubeleid aparte afzonderlijke wetten voor verschillende
milieucompartimenten (oppervlaktewater, lucht, bodem, grondwater, afval, natuur, …)
Sectorale benadering voor ruimtelijke ordening: begin met Stedenbouwwet van 1962
(bouwvergunning, planning)
1
Samenvatting VO 2020/2021
, Voor het eerst gebiedsdekkende ruimtelijke planning met invoering van de gewestplannen
Na de staatshervormingen: omgevingsrecht wordt grotendeels gewestelijke bevoegdheid
Het milieubeleid is sterk internationaal en Europees beïnvloed (richtlijnen over luchtkwaliteit, natuur,
klimaat, …) maar de ruimtelijke ordening NIET (omdat daar in de EU unanimiteit voor vereist is).
Onderzoek wijst uit: 90 % van de milieumaatregelen wordt internationaal of door de EU
beïnvloed; 70 % daarvan wordt door EU beïnvloed
De ruimtelijke ordening wordt natuurlijk wel onrechtstreeks beïnvloed wanneer bv. een
maatregel over milieubeleid wordt genomen, die ook weerslag heeft op de ruimtelijke ordening.
Recente tendensen
Tendens naar integratie en codificatie in het milieurecht
Sinds eind jaren 1980, bv. in Vlaanderen:
Integratie van exploitatie- en lozingsvergunning in milieuvergunning in 1985
Voordeel: door integratie van de verschillende vergunningen is het aantal vergunningen verminderd wat
voor minder en efficiënter werk voor de overheid zorgt
Vroeger: afzonderlijke vergunning per afzonderlijke activiteit (van bv. een bedrijf, denk aan
uitstoot, afvallozing,….), nu 1 allesomvattende vergunning dankzij het integraal beleid
Invloed van werkstukken van professoren
Decreet algemene bepalingen milieubeleid (DABM) in 1995 (systematisch opgebouwd)
Tendens naar integratie en codificatie in het milieurecht én in het ruimtelijke-ordeningsrecht
Sinds begin 21e eeuw, bv. In Vlaanderen
Integratie van stedenbouwkundige en milieuvergunning in omgevingsvergunning in 2014
Nieuwe term overgewaaid uit Nederland:
“Omgevingsrecht” omvat milieurecht + ruimtelijke-ordeningsrecht
In andere talen vaak maar één woord voor milieu en omgeving (bv. Engels: ‘environment’)
Terugdringen van de administratieve lasten
Staat ook centraal sinds 21e eeuw
Bv. door het Omgevingsvergunningsdecreet van 25 april 2014: de milieuvergunning en de
stedenbouwkundige vergunning worden geïntegreerd in de omgevingsvergunning op die
manier hoeven bedrijven in de toekomst nog maar 1 vergunning aan te vragen om een
hinderlijke inrichting te kunnen bouwen en exploiteren.
“Fancy” termen hiervoor vanuit Europa: ‘smarter regulation’, ‘better regulation’, ‘fitness check’
Gevaar: sommigen willen onder dit mom het milieubeleid afzwakken
Milieurecht en ruimtelijke-ordeningsrecht als vakgebied
Zijn jonge rechtstakken waarbij de instrumentele functie van het recht centraal staat ( recht als
instrument om een beleid te voeren en een doel te bereiken).
2
Samenvatting VO 2020/2021
,Zijn belangrijk voor welzijn en voor economie en een belangrijk deel van het bestuursrecht voor de
rechtspraktijk (bv. in Vlaanderen).
Rechtstakken met een eigen systematiek en eigen instrumenten (beginselen, kwaliteitsnormen,
emissienormen, …)
“het bestuderen waard”
Belangrijke handboeken/boeken:
Jaarlijks Milieuzakboekje
Zakboekje Ruimtelijke ordening
Tijdschriften: TMR, TROS, MER, TOO, STORM
…
Het omgevingsrecht is daarnaast belangrijk omdat …
het in ruime mate een juridisch kader vormt voor de overheid om toe te zien op de kwaliteit van de
leefomgeving
het een grote economische impact heeft
het aanknopingspunten heeft met veel traditionele rechtstakken
…
De administratieve organisatie
3
Samenvatting VO 2020/2021
, Bronnen van het milieurecht en het ruimtelijk bestuursrecht
Internationaal niveau
Voor het milieubeleid zijn vooral de VN een de WHO van groot belang.
Europees niveau
Krijgt vooral gestalte door internationale verdragen, maar hier staan vooral centraal: de EU en de Raad
van Europa.
Belgisch niveau
De rechtsbronnen zijn in België zeer verscheiden
GW
wetgevende akten (wetten, decreten en ordonnanties)
samenwerkingsakkoorden
algemene rechtsbeginselen
…
Dit vloeit vooral voort uit de bevoegdheidsverdeling vastgelegd wegens de evolutie van een
eenheidsstaat naar een federale staat (jaren ’70). Over het algemeen zijn vooral de gewesten bevoegd,
behalve voor een aantal kleine zaken (federaal = volksgezondheid, handelsrecht, vaststelling van
productnormen…).
Niet zo belangrijk
Belangrijke basisprincipes algemeen bestuursrecht
Formele vs. materiële motivering bij individuele besluiten
Formeel: in de beslissing zelf uitdrukkelijk
Materieel: in het dossier volstaat
Rechtsbescherming tegen besluiten
De mogelijkheid voor de burger om in rechte op te komen tegen wetgevende akten en besluiten
Administratief beroep vs. jurisdictioneel beroep
Administratief beroep: bij overheid – legaliteitstoetsing en opportuniteitstoetsing
Jurisdictioneel beroep: bij rechter – alleen legaliteitstoetsing
Principe: bij Raad van State (afd. bestuursrechtspraak), tenzij wet- of decreetgever ander
rechtscollege bevoegd maakt
Vaak: de Raad voor Vergunningsbetwistingen
In dat geval is de Raad van State cassatierechter
Exceptie van onwettigheid (art. 159 Gw)
Rechter laat onwettige besluiten buiten toepassing: kan ten allen tijde worden ingeroepen
Raad van State: enkel onwettige verordenende besluiten
4
Samenvatting VO 2020/2021
, Hoofdstuk 2: Milieu, ruimte, beleid en recht
Nood aan een beleid
Waarom is er de noodzaak van een milieubeleid/-recht?
Toenemende aantasting van het milieu door de mens (oa. door bevolkingstoename) zowel regionaal
als mondiaal
De mens is een “nestbevuiler”: maakt eigen leefomgeving kapot, vaak door het nastreven van
economisch gewin
Nadelig juridisch statuut van het milieu
Tragedy of the commons art. 544 en 714 BW
= fabel over herdersgemeenschap die hun schaapjes laten grazen op een gemeenschappelijke
weide. Op een gegeven moment wil een van de herders meer schapen (vermoedelijk met oog
op meer inkomst), de anderen willen dit vervolgens ook en uiteindelijk zijn er te veel schapen
voor de grootte van de weide. Door dat teveel aan schapen gaat de weide stilaan kapot, tot op
een bepaald moment waarop het houden van schapen op deze plek onmogelijk is geworden.
De gemeenschap heeft zichzelf ten gronde gericht: de vrijemarkteconomie weerhoudt
concurrenten niet van de overexploitatie van natuurlijke rijkdommen
Hoe komt dit? De weide = gemeenschappelijk goed, en het gewin aan een extra schaap was
individueel de mens gaat opteren voor het individuele gewin en niet voor het
gemeenschappelijke behoud. De kost voor individueel gewin wordt betaald door de
gemeenschap
Dus: milieubeleid, ruimtelijke ordening, … zijn nodig
Legitimatie voor het omgevingsbeleid in…
Art. 544 en 714 BW: verwijzen naar regulerend optreden van de overheid t.a.v. eigendom en
gemene zaken
Art. 23, 4° GW: recht op bescherming gezond leefmilieu (als sociaaleconomisch grondrecht)
Art. 7bis GW: streven naar een duurzame ontwikkeling
Sociale verzorgingsstaat: houdt in dat de staat niet alleen moet instaan voor economische
welvaart, maar ook voor het welzijn van de burger
legitimeert op die manier dus ook het optreden van de overheid met oog op milieubeheer
Streven naar duurzame ontwikkeling
Duurzame ontwikkeling = ontwikkeling die voorziet in behoeften van de huidige generatie zonder de
mogelijkheden in gevaar te brengen voor toekomstige generaties om in hun behoeften te voorzien.
= afzetting tegenover streven naar economische groei (concept dat voordien prioritair was)
= idee van inter- en intragenerationele billijkheid met finaliteit: voortbestaan van de mens
Het concept vanuit de wetenschap heeft zijn weg gevonden naar (internationale) soft-law en verder (ook
naar harde wetteksten, denk aan art. 7bis GW)
Rapport van de Brundtland commissie in 1987, Rio Verklaring over Milieu en Ontwikkeling in
1992, …
5
Samenvatting VO 2020/2021
, Het concept heeft naast een milieudimensie ook een sociale en economische dimensie
niet alleen milieubeleid, maar alle beleid binnen een maatschappij zou moeten streven naar
duurzaamheid
Is een mooi concept, maar operationalisering en realisering van het concept is moeilijk
bepaalde concrete vragen kunnen moeilijk worden beantwoord
Evolutie in de uitwerking van wat een duurzame ontwikkeling inhoudt:
Was lange tijd sterk in de ban van het recht op ontwikkeling (van de derde wereld)…
VN Verklaring van Rio over Milieu en Ontwikkeling in 1992 (soft law)
VN Millenniumdoelstellingen
VN Sustainable Development Goals (SDG’s) in 2015 vastgelegd voor periode tot 2030 (1. geen
armoede 2. geen honger…)
Kritiek: te veel, conflicterend, … vooral te weinig aandacht voor de milieudimensie, bv. ook niet voor
dierenwelzijn (ondanks enorme vleesconsumptie in het westen)….
… naar (terug) meer aandacht voor de ecologische basis van ons bestaan:
“The most serious sustainability deficit and our greatest challenge is the ecological debt, which we are running up by
overusing and depleting our natural resources and thereby threatening our ability to meet the needs of future generations
within the limits of our planet. Worldwide, the strains on key resources, from fresh water to fertile land, put human existence
in peril. Today humanity uses the equivalent of 1.7 Earths.”
De SDG’s worden vandaag gedoceerd aan de universiteiten.
Functies van het omgevingsrecht
De verwezenlijking van de ruimtelijke ordening, het milieubeleid, … door:
Regulering van het menselijk handelen (bv. vergunningsplicht: “u mag dat niet doen, behalve
met toelating van de overheid”)
Organisatie van de besluitvorming in de overheid en de rechtsbescherming van de burger (bv.
vergunningsprocedure hoe komt men intern tot vergunningsverleningen) enz.
Organisatie van de handhaving (bv. maatregelen bij niet-naleving van de vergunningsplicht):
sanctionerend of preventief
Sommige instrumenten vervullen meer dan 1 functie (bv. vergunningsplicht is regulerend, zie hierboven,
en gaat gepaard met de procedure die betrekking heeft op de besluitvorming en de rechtsbescherming).
Instrumenten van het omgevingsbeleid
Directe vs. indirecte regulering:
Directe regulering of ‘command and control’ (!!) gewenst gedrag wordt op dwingende wijze
voorgeschreven door de wet (verbods- en gebodsbepalingen)
Gedetailleerde gedragsregels (bv. verboden) specifiek over wat je mag doen en wat je niet
mag doen
vs.
Doelvoorschriften (= het gewenste resultaat aangeven, maar onderhorige vrij laten bepalen
welke middelen hij gebruikt om het doel te bereiken) of open normen (je mag geen hinder
veroorzaken, je moet de exploitatie beheren…) = breder
6
Samenvatting VO 2020/2021