Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Begrippenlijst Samenleving en Diversiteit €2,99   Ajouter au panier

Autre

Begrippenlijst Samenleving en Diversiteit

 6 vues  0 fois vendu
  • Cours
  • Établissement
  • Book

Begrippenlijst antropologie en sociaal werk

Aperçu 2 sur 5  pages

  • 29 juin 2021
  • 5
  • 2020/2021
  • Autre
  • Inconnu
avatar-seller
Antropologie en Sociaal Werk – Begrippenlijst

Hoofdstuk 1 De sociaal werker als antropoloog

 Cultuur  verwijst naar het algemene patroon van menselijke activiteit en de symbolische
structuren die deze activiteit een zekere betekenis geven
 Participerende observatie  meedoen en waarnemen, door actief mee te doen aan het
normale leven, probeert de veldwerker het vertrouwen te winnen van de lokale bevolking
om het sociale leven zo ‘authentiek’ mogelijk te observeren
 Thick description  het geven van een uitgebreid beeld van de omstandigheden waaronder
mensen leven
 Empathie  inlevingsvermogen, vaardigheid om je in te leven in de gevoelens van anderen
 Outreachend werken  opbouwen van vertrouwen en empathisch inleven in de leefwereld
van de wijkbewoners
 Normatief sociaal werk  sociaal werker probeert vanuit een superieure positie de cliënten
‘beschaafder’ te maken, professioneel handelen heeft ook een morele kant
 Evolutionisme  Charles Darwin – superioriteitsgevoel en de behoefte mensen beschaving
bij te brengen, komt vanuit evolutionisme, ofwel, alleen de sterkste overleven
 Rituelen  gericht op sociale cohesie en harmonie in de gemeenschap te herstellen en moet
samenleving in evenwicht houden. Ritueel op manifest niveau is het individu inzicht
verschaffen in zijn probleem (Structureel functionalisme)
 Politiserend werken  tak van sociaal werk die start bij de observatie dat allerlei problemen
samenhangen met sociaaleconomische kenmerken van de cliënten en dus minstens deels
een maatschappelijke oorzaak hebben (Conflictsociologie)
 Positieve neoliberale werken  tak van sociaal werk die uitgaat van vrijheid van het individu
 Antropologie  tak van wetenschap die de mens in al zijn aspecten bestudeert

Cultuur volgens de drie sociologische stromingen
Structureel functionalisme Cultuur is aangeleerd gedrag, is gericht op sociale cohesie en
harmonie in de gemeenschap.
(Malionwski, Durkheim, Sociale ongelijkheid wordt gezien als een onvermijdelijk gegeven.
Mauss, Gans) Ritueel op manifest niveau is het individu inzicht verschaffen in zijn
probleem. Op latent niveau dient SW’er het welbegrepen eigen
belang van de samenleving en moet zogen voor rust en harmonie.
Conflictsociologie Cultuur is een dwingende set van normen en waarden die
opgelegd worden door sociale instituten en die leiden tot grotere
(Karl Marx, Max Weber, ongelijkheid tussen verschillende sociale groepen.
Hegel) Maatschappelijke structuur leidt tot conflicten en
maatschappelijke ongelijkheid. Kijken naar de economische
verhoudingen binnen de samenleving. Klassenstrijd staat centraal.
Symbolisch interactionsime Cultuur is een systeem van ‘opvattingen’ uitgedrukt in symbolische
vormen, door middel waarvan mensen communiceren, sociale
(Blumer, Geertz, Goffman) verhoudingen bestendigen en een houding in leven ontwikkelen.
Mensen stemmen hun gedrag af op de betekenis van de situatie en
creëren ze symbolen, religies en rituelen. Dit leidt tot reacties.
1. Mensen reageren op dingen op basis van betekenis;
2. Mensen geven betekenis aan de dingen om hen heen in
interactie met medemensen;
3. De uitkomst van deze interacties bepaalt hoe mensen
omgaan met de sociale realiteit  sociale actie.

, Hoofdstuk 3 Netwerkbenadering, Eigen Kracht-conferentie en de indiaanse Peyote cult

 Eigen Kracht-conferentie  eigen verantwoordelijkheid, zelfredzaamheid of empowerment
 Existentialisme  mens is niet een ding met eigenschappen, maar een wezen dat zichzelf
continu ervaart en interpreteert. Jean Paul Sarte - eigen bestaan vormgeven
 Postmodernisme  de maatschappij wordt niet meer bepaald door industrialisering, maar
door informatie. Informatie en toegang hiertoe bepalend voor machtsverhoudingen
 Theemutscultuur  tijdperk waarin het individu nauwelijks bestond, maar deel uitmaakte
van een gemeenschap en zijn zin/ betekenis daaraan ontleende. Hiërarchisch, voorspelbaar
 Walkman-ego  de op consumptie gerichte moderne mens die niet geïnteresseerd is in
gemeenschapszin en samenhang
 Homo zappens  iemand die in grote mate gebruikmaakt van informatietechnologie
 Sociaal kapitaal  de relaties en netwerken die mensen hebben die hun in staat stellen
macht en invloed uit te oefenen in de samenleving
 Disidentificatie  persoonlijke connecties met een groep worden geminimaliseerd
 Dissociatie  het afstoten van de oude groep en het aannemen van nieuwe groepsidentiteit
 Bonding  vorm van groepsverwantschap tussen mensen die zich in elkaar herkennen
 Bridging  verbinding tussen mensen die niet gelijk zijn
 Religie  zoeken naar betekenis en zinvolle verbindingen in het leven (horizon- & verticaal)
 Cult  (religieuze) subcultuur die zich vaak afzet tegen de gevestigde orde
o ontstaan op basis van charismatisch leider – scientology cult: leden worden
aangetrokken tot een ‘heilige man’ die in contact staat met bovennatuurlijke orde
o spontaan ontstaan – Peyote cult: informele samenkomst van mensen met gelijke
ervaringen, ideeën en belangstellingen.
 Vloeibare moderniteit  tijdperk waarin alles voortdurend verandert, amper zekerheden
 Neo-tribalisme  sociologisch concept dat ervan uitgaat dat mensen in reactie op de
massacultuur nieuwe samenlevingsverbanden creëren die lijken op premoderne stammen
 Repressieve prestatiesamenleving  samenleving waarin de overheid het uiterste uit haar
burgers wil halen en daar ook streng op toeziet

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur s1160852. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €2,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

79202 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€2,99
  • (0)
  Ajouter