Samenvatting Belastingrecht voor Bachelors en Masters 2020/2021 Theorieboek - belastingrecht
Samenvatting GRC - S3.4
Vermogensvergelijking inkomstenbelasting
Tout pour ce livre (71)
École, étude et sujet
NCOI (NCOI)
HBO Fiscaal Recht En Economie
IB geen Winst en Loonbelasting
Tous les documents sur ce sujet (3)
Vendeur
S'abonner
ramonateerink
Aperçu du contenu
Hoofdstuk 3 Raamwerk Wet IB
3.2 Belastingplicht, Art 1.1 Wet IB,
IB wordt geheven over natuurlijke personen. Inwoners NL, binnenlands belastingplichtigen,
betalen IB, als hij inkomen geniet, waar ter wereld dat ook maar genoten is, art. 2.1 lid 1
letter a, woonplaatsbeginsel, wet IB.
Art. 2.1. lid 1 letter b Wet IB buitenlandse belastingplichtigen, betalen slechts belasting over
het inkomen dat genoten is in NL (bronstaatbeginsel).
Woonplaats, art 4 AWR
De woonplaats wordt bepaald aan de hand van de feitelijke omstandigheden, waar ligt het
sociaal en economisch middelpunt van iemands leven.
Woonplaatsfictie, art 2.2 Wet IB:
1. Iemand die ophoudt in NL te wonen en binnen een jaar weer terugkomt, blijft
binnenlands belastingplichtig, ook tijdens verblijf buitenland.
2. Zogenoemde diplomatenfictie: NL die als ambtenaar in het buitenland gaan werken,
blijven onder voorwaarden geacht in NL te wonen.
3.3 Inkomen en tarieven, art 2.3 Wet IB
Het drieboxenstelsel.
Box 1: inkomstenbelasting en premies volksverzekeringen.
Belastbaar inkomen Box 1 x tarief box 1 = Belasting en premies box 1
Belastbaar inkomen Box 2 x tarief box 2 = Belasting box 2
Belastbaar inkomen Box 3 x tarief box 3 = Belasting box 3 +
Totale heffing box 1 tm 3
Af: Totaal van de heffingskortingen -/-
Totaal verschuldigde heffing
Af: Ingehouden LH
Ingehouden Div.bel.
Evt. ingehouden kansspelbelasting +
Voorheffing -/-
Uiteindelijk verschuldigde heffing
Af: Voorlopige aanslagen/teruggaaf -/-
Nog te betalen/ nog te ontvangen
Box 1: belastbaar inkomen uit werk en woning, art. 3.1 Wet IB
Belastbaar inkomen werk en woning bestaat uit verschillende componenten.
Art. 2.10 en art. 2.10a Wet IB, de tarieven. Het verschuldigde percentage aan IB over de
eerste twee schijven wordt verhoogd met de premie volksverzekeringen.
Correctie noodzakelijk indien en voor zover bepaalde kosten tegen het hoogste belasting-
tarief in aftrek zijn gebracht, art 2.10 lid 2 en lid 3 Wet IB en art 2.10a lid 2 en lid 3 Wet IB;
1. Ondernemersaftrek;
2. Mkb-winstvrijstelling, mits grondslag vd vrijstelling positief is;
, 3. Terbeschikkingstellingsvrijstelling, mits grondslag vd vrijstelling positief is;
4. Aftrekbare kosten mbt eigen woning;
5. Persoonsgebonden aftrek voor zover meegenomen bij het bepalen vh inkomen Box 1.
Indien het belastbaar inkomen in Box 1, incl. bovenvermelde posten, meer bedraagt dan
€68.507., is de verhoging 3,5% vh totaal van de bovenstaande 5 posten. Bedraagt het
inkomen minder dan €68.507, dan neemt men het belastbaar inkomen in box 1 en telt men
de som vd bovengenoemde 5 posten daarbij op. Op dit totaal brengt met dan €68.507, het
punt waarbij de hoogste belastingschijf wordt bereikt, in mindering. Als er een negatief
bedrag resulteert, is er niets tegen de hoogste belastingschijf afgetrokken en vindt er geen
correctie plaats. Is het verschil positief, dan wordt de verschuldigde belasting verhoogd met
3,5% van dat verschil.
Box 2 Belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang
Mensen met een belang van minimaal 5% in rechtspersoon. Belastingtarief bedraagt 26,25%
Box 3 Belastbaar inkomen uit sparen en beleggen
Hebben van vermogen, niet werkelijk genoten inkomsten belast. Forfaitair bepaald inkomen.
Belastingtarief bedraagt 30%.
Verzamelinkomen, art. 2.18 Wet IB
De som van inkomen uit W&W, inkomen uit AB en inkomen uit S&B.
3.4 Heffingskortingen
Gecombineerde heffingspercentage is de som van het tarief vd IB en het premie percentage
voor de volksverzekeringen.
Gecombineerde heffingskorting is de heffingskorting die wordt toegepast op de gecombi-
neerde heffingspercentage. Art. 8.1 tm 8.19 Wet IB.
Toepassing van heffingskorting kan niet leiden tot uitbetaling van de heffingskorting. 1
uitzondering, belastingplichtige met een fiscaal partner. Indien fiscaal partner geen of weinig
heffing is verschuldigd, door geen of weinig inkomen, kan volledig korting genieten als
andere partner voldoende belasting is verschuldigd, art. 8.9 Wet IB. Alleen algemene hef-
fingskorting, arbeidskorting en inkomensafhankelijke combinatiekorting kunnen via partner
worden geind.
Ad.1, Geldt voor iedere belastingplichtige, inkomensafhankelijk. Bedraagt €2.711 bij
inkomen tot €20.711, inkomen hoger dan €20.711 vermindering met 5,672% van het box 1
inkomen boven die €20.711.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur ramonateerink. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.