Inleiding tot financiën
GESCHIEDENIS GELD EN BANKEN
1. – video: https://www.youtube.com/watch?v=fTTGALaRZoc--
a. The original idea was to make life simpler
b. 11th century Italy was the center for European trade. The only problem
were the many currencies, so the money trading activities usually took
place in daylight on benches because it was so constant and fast.
c. “bank” is afgeleid van “banca” (Italiaans) = houten bank waarop
Italiaanse geldwisselaars hun activiteiten deden.
d. Banks are in the risk management business
e. People keep their money in the banks and receive a small amount of
interest. The banks takes this money and lends it out at much higher
interests. It is essential for our economy
f. They have 5 other activities: accepting saving deposits, credit card
business, buying and selling currencies, custodian business and cash
management
g. Kredietcrisis 2008: ontstaan in Amerika door een stagnerende
huizenmarkten dan overgewaaid naar Europa omdat Europa heel
geëngageerd was in Amerika (bv Dexia, vroegere Belfius, had een
dochteronderneming daar een kredietverzekeraar). Dit zorgde ook dat
mensen bankiers niet meer vertrouwden. Hierna zijn er veel
maatregelingen genomen om er voor te zorgen dat dit niet meer kan
gebeuren.
h. Andere manieren om te financieren:
investeringsbank (bedrijven en overheden helpen in het aantrekken van
geld door middel van het uitgeven en verkopen aandelen en obligaties +
geven advies over transacties zoals fusies en overnames.)
kredietunie ( een kedietvereninging zonder winstoogmerk waarin
ondernemers zich per regio of per branche organiseren om elkaar geld te
lenen.)
crowdfunding ( leningen krijgen van grote groepen kleine investeerders
om de risico’s te verkleinen, bank is tussenpersoon)
Micro krediet (veel kleine leningen meestal voor ontwikkelingslanden
zodat ze kunnen ontsnappen aan armoede)
2. Functie van de bank? Optreden als tussenpersoon:
-- video: hoe werkt een bank?--
a. transformatiefunctie van een bank: bank gebruikt geld en zet het om naar
kredieten, kredietverlening aan gezinnen, particulieren, bedrijven, andere
banken1 en de overheid.
1
Er komt geld binnen bij banken (door storting lonen,….) en er gaat geld weg (door
aankopen,…). De geldhoeveelheid wisselt. Bij de ene bank gaat er wat meer geld weg
dan bij de andere of er komt meer geld bij dan bij de andere. Ze maken elk op het
eind van de dag saldo balans op en probeert naar de evenwichtssituatie te gaan. Als
bank geld overheeft dan gaat ze gaan zoeken waar ze dit kan plaatsen nl. bij een
andere bank. Ook als ze geld te weinig hebben gaan ze bij een andere bank gaan
lenen (inter-banken markt)
, Inleiding tot financiën
b. Waar halen banken hun geld? Bij de deposito’s van hun andere klanten:
zichtrekening, spaarrekening, termijnrekening en kasbonnen
c. Tussen wie financiële middelen heeft en zij die financiële middelen nodig
hebben
d. Welke 3 vormen van omzetting komen aanbod?
i. Valuta omzetting: je kan rekening openen bij de bank met een
vreemde munt (bv dollarrekening) deposito’s omzetten van één
munt in de andere, als een bedrijf dan een lening wil voor de dollar
dan kan de bank deze rekeningen gebruiken
ii. Schaalomzetting: bank haalt heel veel kleine deposito’s binnen, ze
gaan die dan allemaal bundelen om een groot bedrag ter
beschikking kunnen stellen voor leningen (transformatiefunctie)
iii. Termijnomzetting: Korte termijn deposito’s (geld op zichtrekeningen
en spaarrekeningen) zet het in lange termijnen kredieten
3. Indekking van Risico’s
a. Liquiditeitsrisico? Het feit dat je op elk moment je geld kan opvragen en
de bank moet in zijn geheel het geld kunnen teruggeven (groot risico als
bank wilt uitlenen en meerdere mensen vragen hun geld op. Banken
moeten dus dit risico bestuderen en zo safe mogelijk spelen)
b. Kredietrisico? Iemand leent (ze moeten kunnen aantonen dat hun
inkomen hoog genoeg is dat je ermee kan terugbetalen, kijken of je niet
op de zwarte lijst2 staat) maar kan op bepaald moment lening niet meer
afbetalen door omstandigheden. De bank zal dus niet het hele bedrag
kunnen recupereren (intermediair!!)
c. Renterisico? Bank moet rentemarge positief houden (verschil tussen de
inkomsten van de rente uit kredieten en de kosten voor de rente op
deposito’s). De klant kan er voor kiezen telkens een vast bedrag te
betalen en als dan de rente op deposito’s stijgt kan de bank dit niet
doorrekenen aan de klant waardoor hun rentemarge negatief wordt.
d. Er zijn weinig inkomsten voor de bank want ze moeten de rentes
salarissen, iT-systemen, beheersen van die risico’s en distributie betalen.
e. Als economie goed begint te draaien en de prijzen stijgen, zal de inflatie, (
een algehele stijging van het prijspeil. Het gevolg van inflatie is dat je
voor hetzelfde geld minder kunt kopen (geldontwaarding)), ook stijgen,
daardoor zal de koopkracht stijgen. De Europese nationale bank (ECB) wil
de inflatie onder controle (tussen 1,5% en 2%). Ze zullen dus de rentes
verhogen om de economie af te remmen, de banken zullen volgen. Als het
dus goed gaat zullen de rentes veel duurder worden voor de banken en de
opbrengsten zijn minder flexibel en dus hebben ze nog minder marge.
omgekeerd als de economie slecht gaat en de inflatie daalt dan zullen de
banken de rentes doen dalen om de economie te stimuleren
2
Als je ooit al problemen hebt gehad met kredieten niet af te betalen, of weigert te
betalen of als je al een aantal keer geleend hebt. Dan kom je op de zwarte lijst en kan
de lening geweigerd worden door de bank. Ze mogen nog een lening geven maar dan
zijn ze zich bewust dat er risico’s zijn
, Inleiding tot financiën
4. Geschiedenis van het gebruik van geld
--video: ontstaan banken--
a. Grieken en Romeinen: gebruik van vee = PECUNIA (latijn voor geld) is
afgeleid van PECUS (latijn voor vee). Dit was niet praktisch voor
rondreizende handelaren → Zout, schelpen, unieke stenen als
betalingsmiddel → Gebruik van metalen: door de duurzaamheid en
verdeelbaarheid. Munten raken meer verspreid als betalingsmiddel omdat
het gemakkelijk was → Vanaf 17e eeuw: papiergeld gemakkelijker dan
zwaardere munten
b. Geld gelinkt aan goud opnieuw afgeschaft in 1971
voor 2e wereldoorlog link afgeschaft zodat Duitsers niet te rijk werden. Na
oorlog direct terug ingevoerd, bretton woods, alle valuta gelinkt aan dollar
en dan dollar gelinkt aan goud en ontstaan van vaste wisselkoersen. Dan
problemen in Amerika en president Nixon zegt dat linkt afgeschaft word
nu: staat t.o.v je hoeveelheid geld de grote van je economie (ECB is daar
mee bezig): economie krimpt= minder hoeveelheid, economie groeit=
meer hoeveelheid
c. Vandaag is geld puur gebaseerd op vertrouwen en de grote van de
economie (we zijn dat samen overeengekomen dat een briefje van 5 euro
5 euro waard is)
5a. De oudheid
Mesopotamië en babylonië: vooral religieuze invulling van bankactiviteiten
(religieuze ordes)
De priesters orders
o Giften in ruil van bescherming van de goden
o Opeenstapeling van kleine giften
o Lenen aan handelaars en landbouwers (akkers, vee, slaven)
o Registreren deze transacties op kleitabletten (bv code van Hammurabi)
Super veel transacties → regels nodig (bv code van Hammurabi)
5b. Griekenland
Bakermat van belangrijke ontwikkelingen in het bankbedrijf
Elke Griekse handelsstad had eigen munt (er was geen geheel Griekenland)
Geldleners = trapezieten (bij hen geld lenen voor vanalles)
Geldwisselaars = collubisten (munt van éne stad in andere stad)
Na uitbreiding Atheense Rijk en bloei van buitenlandse handel → 1 Griekse
munt: de drachme (onderverdeeld in 6 obolen)
o 1 obool = 0,666 gram zilver
o 1 drachme = 4 gram zilver
Ontwikkeling efficiënt betalingssysteem: document uitschrijven als je geld laat
bewaren bij trapezieten of collubisten, als je dan in een andere stad bij hun
collega dit document laat zien kan je daar geld ‘afhalen’ (dit moet dus zeer goed
gerigistreed worden)
, Inleiding tot financiën
Eerste openbare banken waren voor het innen van balstingen, beheren van
overheidsfondsen en staatsuitgaven betalen
5c. Romeinen
Eerst weinig interesse in bankwezen
Door veroveringen
o Contacten met andere volken
o Nood aan internationale handel
o Inning en overdracht belastingen
o Betaling van legers (soldij)
→ nood aan betalingssysteem
Ontstaan van
o Privé bankiers (Argentarii): waren aanwezig tijdens markten, beurzen later
in factorijen
→ vooral op interne markt actief
o Openbare banken (Mensae): meerder kantoren met centrale kas in Rome
→taken? Innen van belastingen, overheidsbetalingen en toezicht op
wisselkoersen
Romeinen hebben vooral gezorgd voor juridische basis voor deposito’s,
kredieten en financiële transacties.
5d. de middeleeuwen
Byzantium: bankwezen ontwikkelt
Westen: feodale samenleving
→ verschillende munten
Geldwisselaars vonden opnieuw gat in de markt (Syriërs)
MAAR: Karel De Grote stelde verbod op innen van intresten op uitlenen van geld
in 789 na christus
Enkel kloosterordes kregen uitzondering
En ook Joden want die trokken zicht niets aan van katholieke beslissingen
Kruistochten zorgen voor een heropleving van handel tussen oost en west
centrale rol voor Lombarden (noord- italianen): enkele rijke families starten
wisselkantoren op
→ Ontwikkeling van systemen voor internationale betaling door toename
internationale handel en ik ga kredieten aan particulieren en overheid
Betalingen in contanten: gelswisselaars & betalingen op termijn: “lettera di
pagamento”
→ ontstaan van kredietleningen
→aanleiding tot gelschepping
Lombarden felle concurrentie tegenover Tempeliers (uitvinders
wisselbrief/cheque)