CONSTRUCTIE 2: HOOFDSTUK 2: FUNDERINGEN
• opfrissing / herhaling
- Welke factoren bepalen de keuze van de funderingsmethode?
- Welke problemen kunnen zich voordoen bij fundering van een gebouw op een hellend terrein?
- Hoe kan grond ontwaterd worden?
- Hoe kunnen we de eigenschappen van grond kennen?
- Waarom moet een fundering vorstvrij, wortelvrij, roervrij, … aangelegd worden?
- Situeer de soorten fundering volgens hun diepte.
- Verduidelijk de diverse funderingsmethoden op staal en leg uit wanneer wij welke methode
gebruiken.
- Op welke diepte dient de fundering te worden aangebracht en met welk factoren rekening
houden?
- Wat verstaat men onder zichtbare en onzichtbare fundering?
- Beschrijf kort en illustreer de begrippen: slibwand, damwand, berlinerwand, palenwand, …
slibwanden:
o in de grond gevormde gewapende betonnen wand (grijper =
haalt grond uit put)
o (bentoniet zorgt voor voldoende druk)
o waterkerend, grondkerend en/of dragend
o waterstopvoeg
o trillingsvrij, lage geluidsbelasting: techniek die meestal in
druk bebouwde omgeving wordt toegepast
damwanden:
o ingedreven of getrokken (meestal stalen) damplaten
o grondkeren en/of waterkerend
o snelle uitvoering & werken in moeilijke situaties
o geringe trillingen, weinig geluidshinder
o ankerstaven: stalen strengen die in grond worden geboord
gouden prop op uiteinde prop verhinderd samen met
strengen dat de wand naar binnen wordt geduwd
o tijdelijk of permanent
berlijnse wand (berlinerwand):
o eerst stalen profielen & beschoeiing in meestal hout,
stalen of betonnen platen, dan grondwerken
o grondkerend
o meestal tijdelijk
micropalen door fundering boren om fundering te versterken
bestaande fundering versterken bij:
nog een niveau op woning bouwen
bestaande fundering = zwak
men wilt een kelder aanbrengen als de buren het niet hebben
bestaande fundering verbreden verbind verbreding met elkaar
1
, palenwand (tangent of secant (secantpalen = palen die door
elkaar snijden)):
o wand gevormd door palen
o dragend, grondkerend, waterkerend (secant)
o trillingsvrij, lage geluidsbelasting
o verschillende technieken voor uitvoering van de palen mogelijk
palenwand verhindert dat grond waar men van wilt dat het op zijn plaats blijft staan in
de put terechtkomt = meestal achteraf niet meer zichtbaar
vernagelde wand:
o versterking of realisatie van hellingen
o trillingsvrij, zonder geluidsoverlast
o gewapend spuitbeton
grondbevriezing:
o tijdelijk verstevigen van ondergrond door ijswanden
o grondwater noodzakelijk (zonder grote stroming)
o voor complexe bouwputten in moeilijk toegankelijke
omgevingen
baretten:
o in grond gevormde gewapende betonnen kolom (~
diepwanden)
o dikspoeling
o horizontale & verticale lasten opnemen
grondankers:
o tijdelijke of definitieve ankers met corrosiebescherming
o opnemen van verticale of horizontale druk
o verankering van grondkerende wanden, vernageling
- Beschrijf het procedé van het ondermetselen:
bij een ondermetseling wordt de grond onder de bestaande (stroken)fundering weggegraven
in stroken met een breedte van 1,00 à 1,50 meter met als doel de funderingsaanzet te
verlagen tot op meer draagkrachtige grondlagen, de wanden van de sleuf worden daarbij
verticaal of zeer steil uitgevoerd over het algemeen wordt er geen of slechts een zeer
beperkte beschoeiing voorzien (voor de stabiliteit van de gerealiseerde sleuven wordt er
gerekend op de samenhang (cohesie) van de grond, de hoogte waarover op deze wijze kan
worden uitgegraven is gewoonlijk beperkt tot max. 2 à 3 meter)
na het bereiken van de vooropgestelde diepte wordt een nieuw funderingselement
aangebracht (vroeger bestond dit meestal uit metselwerk; de laatste jaren wordt er steeds
vaker geopteerd voor een betonwand)
ondermetselen kan enkel worden toegepast wanneer het grondwaterpeil beneden het
diepste uitgravingspeil is gelegen of mits het verlagen van het grondwaterpeil
2
, het uitgraven en het ondermetselen dient te gebeuren op één werkdag gezien het risico op
het ontspannen van de grond omheen de sleuf en de daarmee gepaard gaande zettingen
bij het weggraven van de grond onder de bestaande fundering wordt er gerekend op de
gewelfwerking in de bestaande fundering en op de overdracht van de belasting t.g.v. de
uitgegraven sleuf naar de naast de sleuf gelegen zones, waar zich dus een toename van de
spanning op het aanzetvlak van de fundering voordoet (dit geeft aanleiding tot zettingen)
daarom wordt een ondermetseling steeds uitgevoerd in opeenvolgende moten met een
voldoende grote tussenafstand
de aansluiting tussen de bestaande fundering en de ondermetselde wand dient zeer goed
verzorgt te worden om spanningsconcentraties te voorkomen
het ondermetselen wordt ook toegepast wanneer er een gebouw met een ondergrondse
verdieping wordt opgericht naast een gebouw dat niet onderkelderd is
• probleemstelling
- belasting van/op gebouw ondergrond
• vraagstelling
- Hoe lasten overbrengen op ondergrond?
- Wat is de fundering van een gebouw?
- Welke factoren bepalen de keuze van een funderingstype?
- Welke grondsoorten bestaan er?
- Wat is ‘draagvermogen’?
- Wat is ‘toelaatbare gronddruk’?
- Hoe kunnen we de draagkracht van de grond bepalen?
- Hoe kunnen we grond verbeteren?
- Wat is grondwater?
- Hoe kan grond ontwaterd worden
- Op welke diepte moet een fundering worden aangezet?
- Waarom moet een fundering vorstvrij, wortelvrij, roervrij worden aangelegd?
- Hoe worden bouwputten uitgevoerd?
- Hoe worden bouwputten uitgevoerd langs bestaande constructies?
- Hoe kunnen we een bestaande fundering versterken?
• rol van de fundering
- de fundering brengt de belasting van/op het gebouw over op de vaste (draagkrachtige) grond
zodat een (nagenoeg) vaste stand wordt verzekerd. (er is altijd een zekere zetting van 1 – 1,5 cm
van een gebouw, dit is niet ongewoon en leiden niet per se tot schade van het gebouw, alleen
pas als er een verschil in zetting is als ene deel van het gebouw meer gaat zetten dan ander
deel, dan krijgt men scheuren in het gebouw (zetting is samendrukken van de grond onder
invloed van het gewicht van het gebouw)
- nooit boven grondwater funderen, want anders duwt
het grondwater alles naar boven, bv. zwembad
- belasting gebouw: nuttige lasten, toevallige lasten en eigen gewicht
3
, - draagkrachtige grond: grond die in staat is om het gewicht van het gebouw en de krachten die
inwerken van het gebouw op te vangen en over te dragen naar lager gelegen grondlagen
- vaste stand: zekere zetting is mogelijk, maar moet beperkt blijven en mag niet differentieel zijn
• door de fundering op te nemen werkingen
- typen belastingen
het eigengewicht (EG) = gewicht van samenstellende onderdelen van het gebouw, bv.
baksteen, fundering, vloerplaten, vloerafwerking, pleisterwerk…
de nuttige lasten (NL) = lasten door het gebruik van het gebouw, bv. meubels, personen…
de toevallige lasten (TL) = lasten die zich soms voordoen, bv. windbelasting,
sneeuwbelasting…
en in sommige gevallen:
grond- en/of waterdruk
zwelling van de grond te wijten aan schommelingen van het
watergehalte
de effecten van thermische bewegingen
calamiteiten, bv. auto rijdt tegen woning
• grond
- classificatie van gronden (vereenvoudigd):
onsamenhangende soorten (= waterdoorlatend en weinig
samendrukbaar, waardoor er slechts geringe zakking zal optreden
zwelling van de grond
bv. zand, grind (loopt doorheen vingers) goed om te funderen
(zand laat water snel door)):
o grind (losse grond): grindbanken met een laagdikte van 3 meter en
een gelaagdheid loodrecht op de drukkracht geven een grote
weerstand en zijn betrouwbaar
o zand (losse grond): de mineralogische samenstelling van zand is erg uiteenlopend
naargelang soort, vindplaats en geologische herkomst, grotendeels bestaat het uit kwarts,
een glashelder mineraal, dat echter door bijmengselen allerlei kleuren kan aannemen
(zand is net zoals grind waterdoorlatend, maar kent een kleinere korrelgrootte)
duinzand heeft kleine korrels, heidezand is wat grover
goede bouwgrond vanaf een laagdikte van minstens 3 meter
samenhangende soorten (= watervasthoudend & samendrukbaar, waardoor er grotere
zakkingen kunnen optreden bv. klei, leem, veem veem = rampzalig/verschrikkelijk, want
organische, niet-verteerde bestanddelen dure funderingstechnieken (klei houdt water
lang vast)):
o klei (losse grond):
fijne stofvormige deeltjes kwarts, veldspaat, glimmer,... met hoog watergehalte
bij belasting wordt het water langzaam uitgedreven naar de omringende lagen en de
kleigrond klinkt in (zettingen doen zich langzaam voor: kleigrond in dikke laag kan hoge
4