7.1 Biologists use microscopes and the tools of biochemistry to study cells
• de globale afmeting noemen van een dierlijke cel en een bacterie.
De globale afmeting van een bacterie is tussen de 100 nm en 1 um.
De globale afmeting van een dierlijke cel is tussen de 10 um en 100 um.
• het principe van celfractionering beschrijven.
Voor celfractionering wordt gebruik gemaakt van centrifuge. Bij iedere verschillende
snelheid van de centrifuge zal een andere subeenheid van de cel naar de bodem zakken.
Hoe hoger de snelheid hoe kleiner de de onderdelen in de pellet.
7.2 Eukaryotic cells have internal membranes that compartmentalize …
• verschillen en overeenkomsten benoemen tussen prokaryote en eukaryote cellen.
Overeenkomsten:
Plasmamembraan, cytosol, ribosomen en chromosomen die DNA bevatten.
Verschillen:
Locatie van het genetisch materiaal, aanwezigheid van celorganellen en de grootte.
Eigenschappen Prokaryoot Eukaryoot
Kern Nucleoid (DNA ligt los) Nucleus
Afmeting ± 1 um ± 20 um
Organellen Geen (alleen ribosomen) Wel celorganellen
Celwand Ja Nee
Plasmamembraan Ja Ja
• uitleggen waarom er een ondergrens en een bovengrens is voor celgrootte.
De lagere limiet is er omdat de kleinste cellen net groot genoeg zijn om genoeg DNA te
kunnen dragen voor metabole processen. De hogere limiet is er omdat het celoppervlak
groot genoeg moet zijn ten opzichte van het volume van de cel.
• het belang uitleggen van compartimentalisatie van de eukaryote cel.
Door compartimentalisatie kunnen er meerdere lokale milieu’s ontstaan zodat onderdelen
van cellen optimaal hun eigen specifieke metabole functie uit kunnen oefenen.
1
, Cellulaire Biochemie
7.3 The eukaryotic cell´s genetic instructions are housed in the nucleus …
• de structuur en functie van de kern beschrijven en in het kort aangeven hoe de
kern de eiwitsynthese aanstuurt.
De nucleus is omgeven door een kern envelop die bestaat uit een dubbelmembraan. In
de kern envelop zitten porien die een belangrijke rol spelen in het toelaten en uitstoten
van eiwitten en RNA. In de nucleus bevinden zich chromosomen die bestaan uit
chromatine. In de nucleus wordt rRNA gesynthetiseerd en uitgestoten in vesicels naar de
ribosomen.
• de globale structuur en functie van een ribosoom beschrijven.
Ribosomen zijn kleine bolletjes die bestaan uit ribosomaal RNA (rRNA) en eiwitten.
Cellen waar veel eiwitten worden gesynthetiseerd hebben aanzienlijk meer ribosomen dan
cellen waar minder eiwitten gesynthetiseerd worden.
Ribosomen transleren rRNA tot eiwitten.
2
, Cellulaire Biochemie
7.4 The endomembrane system regulates protein traffic and performs …
• de structuur en functie beschrijven van de onderdelen van het endomembraan
systeem.
Het endmembraan systeem bestaat uit de volgende onderdelen:
1. Endoplasmatisch reticulum (ER)
Het ER bestaat uit smooth ER (geen ribosomen aan de buitenkant van het
membraan) en het rough ER (wel ribosomen).
Smooth ER is verantwoordelijk voor de synthese van lipiden, metabolisme van
koolhydraten, het afbreken van medicatie en drugs en het opslaan van calcium-
ionen. Voorbeeld: in de levercellen is veel meer smooth ER terug te vinden dan in
andere cellen van het lichaam omdat hier alcohol, drug en medicatie afgebroken
moet worden.
Rough ER, hier worden veel eiwitten gesynthetiseerd door de gebonden
ribosomen. Ze maken van de losse aminozuren langere polypeptide ketens en
vouwen het tot een functioneel secretie eiwit. Het rough ER houdt de secretie
eiwitten gemaakt door gebonden (ER) ribosomen gescheiden van eiwitten die
worden gemaakt door losse ribosomen. De sestertie eiwitten worden vervolgens
dmv transport vesicles door de cel vervoerd. Ook maakt het rough ER zijn eigen
membraan, door telkens peptide ketens aan zijn eigen membraan toe te voegen.
2. Golgi apparaat
Nadat de transport vesicles met de secretie eiwitten het ER verlaten komen ze aan
bij het golgi apparaat. Het werkt als een soort warenhuis waar producten van het
ER worden ontvangen, gesorteerd en verstuurd.
Het Golgi apparaat bestaat uit membraan zakjes genaamd cisternae. De ene kant
wordt de cis kant genoemd, deze zit aan de kant van het ER en ontvangt de
3
, Cellulaire Biochemie
transport vesicles. Aan de andere zit de trans kant, dit is als het waren het deel
waar de vesicles weer verstuurd worden.
De inhoud van de vesicles worden meestal wel gemodificeerd in het Golgi.
Voorbeeld: glycoproteinen die in het ER worden gecreëerd hebben al
gemodificeerde koolhydraten door het ER maar in het Golgi apparaat worden
sommige suiker monomeren weggehaald en vervangen. Hierdoor ontstaat een
grote variatie in koolhydraten. Ook andere macromoleculen worden veranderd in
het Golgi.
De pakketjes die het Golgi verlaten worden “getagged” met bepaalde
fosfaatgroepen zodat ze herkent kunnen worden en hun specifieke en identieke
eind locatie kunnen bereiken.
3. Lysosomen
Het zijn kleine zakjes omringt door membraan die bestaan uit enzymen.
Lysosomen worden gebruikt om macromoleculen te “verteren”. De pH in de
lysosomen is er laag omdat dit optimaal is voor de daaruit bestaande enzymen
voor de vertering.
Deze vertering doen ze op 2 manieren: fagocytose en autofagie.
Bij fagocytose fuseert een lysosoom gevuld met hydrolytische enzymen met een
vacuole gevuld met macromoleculen, eenmaal gefuseerd start de vertering.
Bij autofagie wordt de inhoud van een vesicle gerecycled, deze vesicles bestaan
vaak uit beschadigde organellen.
• de rol van het ER in eiwit glycosylering en zwavelbrugformatie beschrijven.
• de vorm en functie beschrijven van de vacuole.
Vacuolen zijn een geintegreerd onderdeel van het endmembraan systeem van de cel. Ze
dragen gebaseerd op hun locatie specifieke onderdelen en voedingstoffen met zich mee.
De inhoud van vacuolen is anders dan de inhoud van cytosol.
7.5 Mitochondria and chloroplasts change energy from one form to another
• de structuur, globale functie en herkomst van een mitochondrium beschrijven.
Zowel mitochondria als chloroplasten zijn evolutionair gevormd volgens de endosymbiose
theorie. Volgens deze theorie heeft een verre voorganger van de eukaryote cel gebruik
gemaakt van een prokaryote cel die zonder fotosynthese in staat was om zuurstof te
gebruiken voor metabole processen. Uiteindelijk zijn de cellen samen gaan werken en
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur nikkibekhof. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.