Migratie, integratie en diversiteit
1 Inleiding
Hoe is de Vlaming, in zijn literaire en culturele verbeelding, zich beelden gaan vormen van
wie niet intrinsiek tot de Vlaamse Natie wordt gerekend?
→ vaak gaat het om migranten, mensen uit gekoloniseerde gebieden,…
= interdisciplinaire benadering
1.1 Kernbegrippen:
→ Veel verschillende visies, maar gaan hier toch definities geven van het IOM zodat er
eenzelfde idee is tijdens deze lessen.
1.1.1 MIGRATIE
Migratie: (tijdelijke) verplaatsing van de ene plaats naar de andere.
Migrant: een persoon die verhuist of verhuisd is over een internationale grens of binnen een
staat/land weg van zijn/haar woonplaats, ongeacht:
o De legale status van de persoon
o Of het een vrijwillige verhuis is of niet → wordt soms gebruikt om te kijken of je door
politieke conflicten, klimaatsveranderingen,… gepusht werd om te verhuizen. Zien zo
soms dat mensen vaker onvrijwillig verhuizen omwille van economische redenen.
Maar dus allemaal onder dezelfde noemer als ‘migrant’.
o De oorzaak van de verhuis
o De duur van het verblijf
à defintie verwijst naar de staat en internationale grenzen.
The Absence of Paths = artistiek project in Venetië → idee om soort immigratiedienst te
creëren op de ‘bienale’ waar je een ‘freeza’ kon krijgen: destination en origine = unknown.
Idee van project: mensen zouden vrijwillig naar verschillende landen,… moeten kunnen
gaan. MAAR is in realiteit niet zo: niet altijd makkelijk om een grens over te steken.
Paspoorten:
o Variëren in prijs.
o Vb. goedkoopste paspoort ter wereld in VAE
à moet dus al een bepaalde hoeveelheid geld hebben om een grens te kunnen
oversteken.
o Variëren in waarde (sterke en zwakke).
o Vb. Duitsland heeft het sterkste paspoort: kan naar 176 in de wereld reizen
zonder visum!
à Voor veel landen: paspoort én visum nodig (wordt in paspoort gestempeld)! Dit
visum heeft ook nog een prijs.
o Vb. slechtste/zwakste paspoort in Afghanistan: kan maar naar 24 landen zonder visum.
1
,Voor welke landen moet je een visum aankopen?
à Wordt bepaald door het land waar je naartoe wilt.
Vb. in Marokko geen visum nodig en in Tunesië wel, in Cuba visum nodig en in Argentinië
niet, Verenigde Staten hanteert een zwarte lijst: als je na 9/11 in Irak, Iran, Syrië,… bent
geweest moet je een visum aanvragen (duurder en langzamer)
WAAROM? à heeft waarschijnlijk te maken met de manier waarop dat land naar ons land
kijkt en de relaties hiertussen.
Nationaliteit = cruciaal begrip in dit verhaal.
= juridische band tussen een individu en een staat à staten beslissen op welke voorwaarde
zij een nationaliteit aan iemand toekennen.
Vb. bepaald aan de hand van de geboorteplaats, afstamming (bloedbanden), (duur) van
verblijf,… à verschilt van staat tot staat.
1.1.2 INTEGRATIE
à duidelijke verschillen in definities in academische literatuur of in het dagelijkse leven.
o Integratie: het tweerichtingsproces van wederzijdse adaptatie tussen migranten en
de samenleving waarin ze wonen, waarbij migranten geïncorporeerd worden in het
sociale, culturele, economische en politieke leven van de ontvangende samenleving.
Het omvat een set van gedeelde verantwoordelijkheden voor de migranten en de
gemeenschappen, en bevat andere gerelateerde noties zoals sociale cohesie en
sociale inclusie.
In de academische literatuur à 2 dimensies:
o de mate waarin je je cultureel aanpast en je eigen culturele identiteit kan/mag/wil
behouden.
o sociaal contact en contact en deelname aan de instituties van de nieuwe
samenleving.
Deze 2 worden vaak door elkaar gehaald. Maar vooral: wederzijdse adaptatie waarbij de
migranten hun eigen culturele identiteit mogen behouden, maar moeten ook wel
deelnemen aan de instituties (bv. onderwijs) in het migratieland.
Andere aansluitende begrippen:
o Assimilatie: ook contact, maar mag eigen cultuur niet behouden.
o Separatie: kunnen cultuur wel behouden, maar nemen niet echt deel aan het leven.
Vb. Joodse gemeenschap in Antwerpen.
Probeer je “integratie” echt duidelijk op te delen: moeilijkheden → vb. taal = deels nodig
voor contact, maar ook een deel van iemand zijn cultuur.
Vb. meertaligheid op school: kinderen die thuis een andere taal dan Nederlands spreken, in
welke mate mogen zij deze taal ook gebruiken op school? Want wanneer je iemand zijn taal
‘afneemt’ of ‘beledigd’, beledig je dan ook niet onrechtstreeks zijn cultuur?
2
,1.1.3 DIVERSITEIT
o Diversiteit ( = verscheidenheid): kan plaatsvinden binnen een samenleving, in de
vorm van verschillende etnische groeperingen, gender, socio-economische status
(opleiding, afkomst ouders, beroep ouders,…), leeftijd (generatiekloof), leefstijlen,
maar ook in de natuur.
Wat met etnische diversiteit/etniciteit?
à Ook op veel verschillende manieren in te vullen.
Ras = etniciteit = cultuur = taal? → niet allemaal hetzelfde!
Verschillende invullingen mogelijk:
1. Primordialisme: verwijst naar dieperliggende verwantschapsstructuren met een
groep/cultuur. Gebaseerd op:
a. Biologische basis (genetica en geografische factoren)
b. Cultureel-historische basis (maar geïnternaliseerd als ‘natuurlijk’)
2. Sociaal constructivisme: deel uitmaken van een etnische groep is afhankelijk van sociaal-
historische context en dus veranderbaar. Heeft geen biologische ondergrond.
3. Instrumentalisme: focust op de politisering van etnische identiteit. Hoe heeft de politiek
bepaalde etniciteiten gevormd en in stand gehouden?
a. Met name sterk uitgewerkt in de verklaring van nationalisme en natievorming.
b. Verder werkend op politieke en economische realiteiten.
c. Het gebruik van culturele hulpbronnen voor politieke strijd.
Etnische groep volgens Barth:
à Vorm van sociale organisatie. We zien mensen met allemaal verschillende gebruiken,
culturen, uiterlijk,…
o Mensen willen dit beter begrijpen en kunnen aflijnen (etnische grenzen).
o Mensen willen zichzelf en anderen duidelijk kunnen indelen in groepen en ook door
anderen gezien worden als deel van deze groep.
o Kan wel veel verschillende etniciteiten hebben, bv. Antwerps, Europees, Vlaams,…
= vrij abstract
1.1.4 Internationaal Verdrag Burgerrechten en Politieke Rechten (1966) Artikel 27
In Staten waar zich etnische, godsdienstige of linguïstische minderheden bevinden,
mag aan personen die tot die minderheden behoren niet het recht worden ontzegd, in
gemeenschap met de andere leden van hun groep, hun eigen cultuur te beleven, hun eigen
godsdienst te belijden en in de praktijk toe te passen, of zich van hun eigen taal te bedienen.
1.1.5 UNESCO-verdrag betreffende de bescherming en de bevordering van de diversiteit
van cultuuruitingen (2005)
ZICH ERVAN BEWUST dat de culturele diversiteit tot het gemeenschappelijk erfgoed van de
mensheid behoort en tot ieders voordeel moet worden gekoesterd en bewaard (preambule)
3
, Onder „culturele diversiteit” wordt verstaan: de veelheid aan vormen waardoor de culturen
van groepen en samenlevingen tot uiting komen. Deze uitingen worden binnen en tussen de
groepen en samenlevingen overgebracht [Artikel 4(1)]
Elke partij kan... rekening houdend met de eigen omstandigheden en behoeften,
maatregelen nemen ter bescherming en bevordering van de diversiteit van cultuuruitingen
op haar grondgebied [Artikel 6(1)]
1.2 Casus 1: the danger of a single story
1.2.1 Pippi Lankous
o Eind januari 2021
o Pippi Lankous is de heldin uit de kinderboeken van Astrid Lindgren
o Geschreven in jaren 1940-50
o Pippi = oersterk, vrijgevochten, antiburgerlijk, anti-autoritair, grappig, brutaal,
sympathiek…
o Pippi in Taka-Tuka land
o Pippi gaat met haar vriendje Tommy en Anneke op vakantie naar Taka-Tuka land,
een subtropisch eiland in de Stille Zuidzee. Pippi’s vader, de zeerover Efraim
Langkous, is daar door de lokale bevolking koning gemaakt op de dag dat hij er
aanspoelde op het strand.
o Enkele fragmenten:
§ “Van over de grote, wijde zee kwam ons dikke, blanke opperhoofd. Hier is
de plaats waar hij aan land spoelde in de tijd dat de broodvruchtenbomen
bloeiden. Moge hij altijd even dik en blank en mooi blijven als toen hij
kwam.”
§ “Daar stond koning Efraïms troon van bamboeriet [...] waar hij op zat als
hij regeerde. Voor Pippi hadden de Taka-Tuka- landers een wat kleinere
troon gemaakt en die naast die van haar vader neergezet.”
o Racistisch? à ‘Witte’ man en volkomen buitenstaander wordt neergezet als een
logische heerser over de zwarte bewoners. De eilandbewoners zijn onderdanig;
blanke heerser:gezag en prestige.
§ Lijkt sterk op wersters kolonialisme EN op erg onkritische, verheerlijkende
wijze weergegeven.
§ Ondergeschiktheid van zwarte bevolking en de ‘witte’ superioriteit als
vanzelfsprekend voorstellen is een vorm van racisme.
o Argumenten:
§ Pippi verspreidt en legitimeert koloniale en racistische denkbeelden
§ Extra schadelijk want kinderboeken
§ Actie nodig (aanpassingen tekst, illustraties, verwijderen…)
§ Dekoloniseren
• Bestuderen en blootleggen van koloniale machtsverhoudingen en
de doorwerking van die verhoudingen tot vandaag in onze diverse
samenlevingen
• Bewustmaking rond de effecten van kolonialisme en racisme
• Koloniale opvattingen in de publieke ruimte problematiseren en
indien nodig verwijderen
4