Marketing:
Inleiding:
Nieuw marketing model nodig omdat er zoveel veranderingen komen in:
o Maatschappelijk ecosysteem, m.a.w impact van bedrijven op maatschappij zijn niet
te onderschatten. (onaanvaardbaar resultaat van ontwikkeling bij productie zorgt
ervoor dat het doorgedrongen is dat het ecosysteem goed moet onderhouden
worden. D.w.z. dat ze letten op de economie, de ecologie en de maatschappij)
o Consumenten die goed willen geïnformeerd zijn (consumenten willen zeker zijn van
hun aankoop dus willen ze prijzen vergelijken, reviews lezen,…)
o Bedrijven en uitdagingen vandaag (deze veranderen door de jaren heen, aandacht
ligt het ene jaar meer op bijvoorbeeld transparantie dan op ethiek, en dit kan nog
steeds veranderen)
o Marketingprofessionals (al die veranderingen geven aan dat de uitdagingen voor
marketeers (specialisten in marketing) zeer groot zijn. De functie van een marketeers
is door die veranderingen dan ook uitgebreider. Daarom T-shaped Marketeer:
horizontaal staat de basis kennis van verschillende disciplines, verticaal staat de
diepere kennis, ervaringen en bekwaamheid in meerdere velden)
Flowmarketing gebaseerd op aantal basisconcepten:
o Flow: mentale staat, zoveel concentratie dat men geen aandacht heeft voor tijd of
ruimte doelgericht werken, onmiddellijke resultaten zien v.d. acties en er
tevreden over is
o Consumer Flow: Mentale staat van consument bij frictieloze ervaring bij aankoop- en
gebruiksproces. Betekent: elk product/dienst, op elke plaats en elk tijdstip zo
gemakkelijk mogelijk kan gebruiken ( zorgt voor klantentevredenheid)
o Flow Marketing: nieuwe manier van benaderen van marketing om Consumer Flow te
verkrijgen. Slim antwoorden op 6 vragen:
Content? (wat in etalage)
Conversatie? (antwoorden op vragen & reacties)
Conversie? (interesse omzetten naar aankoop)
Brand activation? (naar etalage lokken)
Omnichannel? (waar etalages hebben)
Customer experience? (gebruikers tevreden maken/houden)
o Customer Flow: de manier waarop de consument aankoopt. 4 vragen:
Oriëntatie (wat voldoet allemaal aan mijn behoefte, is betaalbaar en
gemakkelijk/snel aankopen)
Beslissen (beste keuze ivm tijd en budget)
Kopen (gemakkelijkste in bezit krijgen)
Gebruiken (beste manier om te gebruiken)
M.a.w.: zonder goed te beseffen vloeiend op verschillende platformen gaan,
info uitwisselt, goederen ontvangt en terugzendt, sterk let op mening van
andere consumenten en zonder probleem van merk wisselt
Random over marketing
o Wat is retail-apocalyps en wat zijn de oorzaken van retail-apocalyps (=crisis in het
winkellandschap)?
Leegstaande panden. Eenheidsworst in het aanbod. En shops die hun waar
aan dumpingprijzen aan de man of vrouw proberen te brengen.
, Wanneer het gaat over de crisis in het winkellandschap, wordt de
verschuiving naar het 'waanzinnig wanstaltige web' toch nog vaak als
hoofdoorzaak aangewezen. Ook de economische realiteit en de stijging van
de huurprijzen van (prestigieuze) winkelpanden zorgen hiervoor.
o Hoe moeten winkels zich gaan opstellen in de toekomst?
Vind je niche. Wie zijn plek weet te vinden in het overaanbod, die maakt een
grote kans om te overleven. Een retailplek zal niet langer een plaats zijn waar
hoofdzakelijk dingen verkocht worden. Het zijn fysieke portalen naar
merkbeleving, plekken waar we dingen kunnen bijleren, kunnen
experimenteren, geëntertaind worden en eventueel zelf kunnen creëren.
o Wat is marketing?
Marketing heeft traditioneel betrekking op alle activiteiten die een bedrijf
uitvoert om de verkoop van producten of diensten te bevorderen. Maar
consument staat centraal en is uitgangspunt voor beslissingen!
o Voordeel? Marktgerichter werken Omzet zal stijgen
o Nadeel? Budget nodig, te veel geld uitgeven aan nutteloze dingen.
o Consuminderen: 2e hands kopen, dingen hergebruiken, aankopen uitstellen.
Hoofdstuk 1: De onzekere consument
Onethisch gedrag van bedrijven voorbeelden:
o Sjoemelsoftware ivm uitstoot auto’s
o Niet eerlijk zijn over ingrediënten of origine
o Misbruik machtdominantie
o Boekhoudkundige fraude
o …
Technologische ontwikkelingen leiden ertoe dat sociale verhoudingen
veranderen/versnellen. Hierdoor versnelt het levensritme waardoor mensen gevoel hebben
dat ze minder controle hebben in zowel omgang met elkaar als leven organiseren.
o Snelle verandering:
Stap 1: technologische verandering:
Technologische revoluties:
o Industriële revolutie
o Stoom & spoorwegen
o Staal, elektriciteit, zware industrie
o Olie, auto’s en massaproductie
o Informatie en telecommunicatie
o Sinds 2017: AI en robotica
, Manier dat technologie behoeften (Maslow) bevredigd:
Stap 2: direct gevolg van technologische vooruitgang = sociale verandering:
sociale relaties staan onder druk, er moet aan gewerkt worden
Vriendschap: sociale media = negatief effect: enkel investeren (in
relaties) als je er iets uit haalt als vriend (=bankiersparadox)
bijvoorbeeld: je hebt veel vrienden op fb maar toch weinig mensen
waarmee je écht connecteert)
Partnerschap: ½ verbintenissen scheidt
Gezinsschap: veel kinderen maken de scheiding van ouders mee.
Burgerschap: houding tegenover politieke instellingen
Stap 3: indirect gevolg: verandering van levensritme
Aanvoelen van steeds toenemende druk: alles kan 24/7/365
o op elke fysieke locatie kunnen meer activiteiten verricht
worden
o op elk tijdstip kunnen meer activiteiten verricht worden
, o met wie we maar willen
=> ‘druk druk druk’ : toenemende stress
bijv burn-outs en depressies zijn duidelijke gevolgen
van het drukke levensritme
Instant kritische consument: wil beste deal, is egoïstisch, het verleden van het merk boeit
me niet, nu is wel belangrijk
o vertrouwen = fundament van economie en dus ook basis van waarde-uitwisseling
van instant kritische consument en bedrijf
Hoofdstuk 2: VERTROUWEN VAN CONSUMENT
communicatieproces bekijken want voor marketing betekent onzekerheid dat merken
minder vertrouwd worden en merkcommunicatie niet hun doel bereikt.
Geactualiseerd communicatieproces: in het origineel zat er geen vertrouwen in verwerkt.
Zender (= verkoper) zendt een code uit die de ontvanger (koper) moet decoderen. Dit
gebeurt via het kanaal die de klant het meeste gebruikt. Hier kan ruis optreden door
bijvoorbeeld second screen watching (gsm en tv staat op). Vroeger was dit genoeg als model,
maar omdat de consument zo onzeker is, speelt vertrouwen een grote rol; als het
vertrouwen niet goed zit, is de kans op succesvolle communicatie klein. (op de klassieke
manier)
Niveaus van vertrouwen: vertrouwen in…
o Waardeaanbod: geloven dat prijs-kwaliteitverhouding goed is. Ergens anders
hetzelfde product goedkoper vinden schaadt
het vertrouwen in een merk
o Merk: kan ik geloven wat dit merk me belooft?
Communicatie moet onderscheidend en
overtuigend zijn, maar ook waar. Dit ligt mee
aan de basis voor de consument zijn
uiteindelijke beslissing.
o Bedrijf: hier is de term corporate responsibility
belangrijk. Doen ze goed voor de maatschappij?
(Planeet en mensen)
Basisprincipe: bedrijf voegt waarde toe aan de markt, in ruil voor winst en uitkeren
van dividenden.