Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Biologie Nectar H15 Kwetsbare ecosystemen €2,99   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Biologie Nectar H15 Kwetsbare ecosystemen

2 revues
 114 vues  5 achats
  • Cours
  • Type
  • Book

Samenvatting van H15 kwetsbare ecosystemen uit Nectar biologie 4e editie voor 5 VWO. Paragraaf 1-5 zijn samengevat. Ook in verschillende bundels verkrijgbaar.

Dernier document publié: 3 année de cela

Aperçu 2 sur 5  pages

  • Oui
  • 2 mai 2021
  • 21 juin 2021
  • 5
  • 2020/2021
  • Resume
  • Lycée
  • 5

2  revues

review-writer-avatar

Par: remmie • 1 année de cela

review-writer-avatar

Par: jelmerecity • 3 année de cela

avatar-seller
H15 Kwetsbare ecosystemen

15.1 Energiestromen

Ecosysteem= Begrensd gebied met wisselwerking tussen de organismen onderling (biotische factoren) en
hun omgeving (abiotische factoren)

Anorganische stoffen= Stoffen zonder C-H verbindingen, komen vrij in natuur voor.
Organische stoffen= Stoffen met C-H verbindingen, worden door een organisme gemaakt.
 Door fotosynthese maken planten met behulp van zonlicht glucose (C6H12O6) uit CO2 en H2O
 Uit anorganische stoffen ontstaan organische stoffen, die als bouwstof kunnen functioneren.
 Energie die planten vastleggen via fotosynthese is beschikbaar voor andere organismen in ecosysteem.

Kringloop/ voedselketen:
1. Producten= Organisme aan het begin van voedselketen die energie vastleggen in organische
stoffen vanuit anorganische stoffen (is autrotoof).
a. Foto-autotrofe organismen= Maakt met behulp van licht energie organische stoffen
uit anorganische stoffen (planten).
b. Chemo-autotrofe organismen= Maakt met behulp van energie uit oxidaties van
anorganische stoffen organische stoffen.
2. Consumenten= Gebruiken deel organische stoffen als bouwstof en deel brandstof
a. Vrijgekomen energie gebruiken ze voor cel processen + hersenactiviteit.
b. Deel energie verlaat consumenten als warmte
c. Heterotofe organismen= Organismen voor organische stoffen afhankelijk van voedsel.
3. Reducenten= Organismen aan eind van voedselketen die leven van gestorven organismen
en hun organische afvalproducten.
 Uiteindelijk zijn alleen anorganische stoffen over, vrijgekomen warmte verlaat het ecosysteem.

Nitriet bacteriën= Chemo-autrotofe bacterien die energie halen uit oxidatie van NH4+ tot NO2-
Nitraatbacterien= Chemo-autrotofe bacterien die energie halen uit oxidatie van NO2- tot NO3-
 Zijn chemo-autrotofe organismen die met chemosynthese glucose vormen uit CO2 en H2O
Chemosynthese= Opbouwen van organische stoffen uit anorganische met behulp van energie die
vrijkomt bij een chemische reactie met anorganische stoffen.

Verschil tussen stofkringloop en energiekringloop  Stoffen verdwijnen niet uit de kringloop (gesloten) en
energie verdwijnt wel uit de kringloop (open)

, 15.2 Populaties

Fitness= Vermogen om bepaalde allelen door te geven aan de volgende generatie.
Inteelt= Paring met familieleden wat leidt tot lichamelijke gebreken.
 Meer inteelt bij kleine populaties  meer nakomelingen hebben gebreken + populatie sterft sneller.
 Gevarieerde genetische samenstelling van populatie verhoogt overlevingskansen.

Populatiedynamiek: Hoe populatie veranderd
- Afname door sterfte en emigratie
- Toename door geboorte en immigratie
 Ongunstige biotische en abiotische factoren beïnvloedden de populatie negatief.

Leven in een nieuwe omgeving:
- Door verandering van omstandigheden kunnen er andere habitats en ecologische niches ontstaan.
- Grootste biodiversiteit is waar ecosystemen langzaam in elkaar overgaan.

Gradiënt ecosysteem= Ecosysteem met geleidelijke veranderingen van soorten samenstelling +
milieufactoren dat zorgt voor grote biodiversiteit.

Eilandtheorie= Voorspelt grootte van biodiversiteit van geïsoleerde gebieden (zoals een eiland)
- Aantal soorten dat op bepaald moment in geïsoleerd gebied leeft is afhankelijk van de snelheid
waarmee soorten zich vestigen of uitsterven.
- Evenwichtspunten SDC, SCS, SDL, SCL hangen samen met grootte van gebied + afstand om er te komen
o Grootte: S= small/klein, L= large/groot, Afstand: C= close/ dichtbij, D= distant/ veraf
o Punt SCL voorspelt dat op een groot eiland dicht bij het vasteland meer soorten zullen leven.
- Groot eiland: Heeft meer habitats en ecologische niches dan klein gebied
o Er kunnen meer soorten vestigen + snelheid van uitsterven is kleiner
 Beschrijft verband tussen biodiversiteit en factoren als de grootte van een eiland en de afstand die
organismen moeten afleggen om er te komen.

Founder effect= Bij kolonisatie is de allelensamenstelling van de nieuwe populatie minder gevarieerd
dan de allelensamenstelling van de oorspronkelijk populatie.
Flessenhalseffect= Verandering in allelfrequenties na een epidemie, brand of andere ramp waarbij het
aantal individuen/ allelen sterk is afgenomen.
Genetic drift= Allelen van dieren verdwijnen waardoor populatie genetisch gezien nog meer verarmt.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur danevanengelen. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €2,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

73314 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€2,99  5x  vendu
  • (2)
  Ajouter