Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
INVESTEREN & BELEGGEN SAMENVATTING HOORCOLLEGES MIDTERM €2,99   Ajouter au panier

Notes de cours

INVESTEREN & BELEGGEN SAMENVATTING HOORCOLLEGES MIDTERM

 5 vues  0 fois vendu
  • Cours
  • Établissement

Investeren en Beleggen samenvatting van alle gegeven hoorcolleges te Tilburg University tot en met de MIDTERM

Aperçu 3 sur 21  pages

  • 26 avril 2021
  • 21
  • 2019/2020
  • Notes de cours
  • Jac kragt en peter de goeij
  • Toutes les classes
avatar-seller
Investeren: Kasstroom analyse, tijdswaarde van geld, capital budgetting, risico/rendement trade-off.

Beleggen: Risico/rendement trade-off, portefeuilletheorie, efficiënte markten.

 Beleggingsproducten: Financiële producten; aandelen en obligaties.
 Investeringsproducten: Reële producten bedoelt voor productieproces; machines, fabrieken.
 Beide leveren cashflow in de toekomst.
 Andere reële producten gebruikt om te consumeren.
 Menselijk gedrag bij schaarse beleggings- en investeringsproducten.

Financieel waarderen van deze producten:

 Afruil van rendement en risico
 Het effect van tijd

Investeren en Beleggen < Financiering < Economie

Macro- en micro-economie gaan over vraag en aanbod. Financiering
en Investeren en Beleggen gaan over risico en tijdswaarde van geld.

Investeren en beleggen beantwoordt de vragen:

 Wat doet tijdsverloop met waarde?
o Rente, inflatie
o Rendement
 Welke compensatie wordt gevraagd voor risico?
o Prijs van risico
 Wat is een beleggings- of investeringsproduct waard?
o Andere factoren die waarde beïnvloeden

Centrale vraag dit college:

 Geld vandaag staat niet gelijk aan geld morgen.
 “De kost gaat voor de baat uit.” Kosten en baten van een investering vallen niet op hetzelfde
moment.
 Met gebruik van rente en discontering is de waarde die een cashflow heeft op verschillende
momenten met elkaar te vergelijken.

Prijs en geld vandaag

 Geld vandaag (“Cash today”):
o Nu om te zetten in consumptie/producten
o Objectief want het is waarneembaar
 Contante waarde (“Present Value”):
o De berekende waarde vandaag van cashflows later
o Subjectief vanwege aannames in het terugrekenen naar vandaag

§3.1 Waarderingsbeginsel (“Valuation principle”)

Wanneer bij een investering de opbrengsten hoger zijn dan de kosten, dan:

,  Is het “economisch juist” te investeren en zou er tot investeren moeten worden besloten,
 Indien investeringen en opbrengsten zijn uitgedrukt in marktprijzen.

“Zou… moeten”:

 Want een bedrijf dient in het belang van zijn eigenaren te handelen binnen de geldende
wetgeving,
 En moet rekening houden met andere belanghebbenden, zoals medewerkers, klanten,
leveranciers, het milieu, enz.

§3.2 Rente en tijdswaarde van geld

Wat is rente (“Interest rate”)?

 Rente is een vergoeding voor uitstel van consumptie.
 Rente is een kost voor vervroeging van consumptie.

Tijdswaarde van geld (“Time Value of Money”)

 Verschil tussen geld later en geld vandaag is ongeveer rente.

Wat bepaalt de rente?

 Inflatie, economische groei

§3.2 Rentebegrip

Risicovrije rente (“risk-free interest rate”): R f

 Tijdswaarde geld is risicovrij
 Rente op staatsobligatie is niet strikt risicovrij
 Maar deze wordt daar wel vaak aan gelijk gesteld

1
Discontovoet [rente terugdraaien] (“discount factor”):
1+ Rf
1
 Bij 10% rente is de discontovoet: =0,9091
1+ 0,10
 Disconteren naar vandaag tegen 10% van €1100 over een jaar: 0.9091 * €1100 = €1000

§3.2 Leningen

Spaarrekening, obligatie, hypotheek, leasecontract, telefoonabonnement, studielening, credit card.

§3.3 (Netto) Contante waarde

Contante waarde (CW) (“Present Value”):

 De waarde vandaag tegen cashflows later
 Berekenbaar (bij een bekende discontovoet)

Netto Contante Waarde (“Net Present Value”):

,  De CW van opbrengsten min de CW van kosten
 De som van de CW van positieve en negatieve cashflows

§3.3 De Netto Contante Waarde Beslisregel

Welke keuze te maken bij investeringsmogelijkheden?

 Neem degene met de hoogste netto contante waarde!
 Doe niets wanneer NCW negatief is.

Opbrengst beste keuze – Verdiensten andere optie (disconteren) – beginwaarde = nettowinst




§3.4 Arbitrage

Het gelijktijdig kopen en verkopen van hetzelfde product

 Met als doel eraan te verdienen.
 Voorwaarde: Handelaar doet niets aan of voor het product.

§3.4 Wet van één prijs

We gebruiken het begrip “Arbitrage” omdat:

 Het een mechanisme achter de wet van één prijs is.
In een normale markt hebben identieke producten dezelfde prijs. Identieke financiële producten
hebben identieke cashflows. De aanname is dat prijsverschillen worden “weggearbitreerd”.
 Ook voor financiële producten geldt daarmee:
Een aandeel, obligatie, enz. heeft maar één prijs, althans op hetzelfde moment
(“simultaneously”). Werkt goed vanwege de grote transparantie in financiële markten.

§3.5 Obligaties (“Bonds”)

Obligatie: lening die is gestandaardiseerd voor wat betreft:

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur jrgenvanes. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €2,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

80467 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€2,99
  • (0)
  Ajouter