SCHEIKUNDE SAMENVATTING VOOR JE PTA! (5 VWO): Kern Vaardigheden, Molrekenen, Evenwichtsreacties en Energie
10 vues 0 fois vendu
Cours
Scheikunde
Type
VWO / Gymnasium
Book
Chemie 5v
Deze samenvatting had ik voor mijn eerste PTA gemaakt, ik heb erg me best ervoor gedaan omdat het mijn eerste examencijfer was voor het vak Scheikunde. Het behandelt alle basis vaardigheden en nieuwe stof. Dankzij deze samenvatting had ik een 8.3 voor mijn PTA met een jaarlaag gemiddelde van een 5....
Ontledingsreactie: uit 1 beginstof ontstaan 2 of meerdere reactieproducten, A → B
+ C.
Vormingsreactie: uit 2 of meerdere beginstoffen ontstaat 1 reactieproduct, A + B
→ C.
Verbrandingsreactie: uit 1 beginstof + O2 ontstaat 1 verbrandingsproduct, A + O2
→ B.
- Volledige verbranding → CO2
- Onvolledig → CO
- Roet → C
H2.2
Dalton: atomen zijn de kleinste deeltjes en zijn ondeelbaar.
Rutherford: de massa van een zo’n neutron of proton = 1u (unit, atomaire massa eenheid).
deeltje: plaats in atoom massa lading
proton kern 1 +1
neutron kern 1 0
elektron elektronenwolk 0 -1
Atoomnummer (staat onder) = aantal protonen = lading van de kern.
Aantal protonen = aantal elektronen.
Massagetal (staat boven) = aantal protonen + aantal neutronen = massa van de kern.
Isotoop = atoom met zelfde aantal protonen als elektronen, maar een verschillend aantal
neutronen.
In het periodiek systeem staan horizontaal de periodes en horizontaal de groepen.
Groep 1 = alkalimetalen. heeft een covalentie van 1.
Groep 2 = heeft covalentie van 2.
Groep 15 = heeft covalentie van 3.
Groep 16 = heeft covalentie van 2.
Groep 17 = halogenen. heeft een covalentie van 1.
Groep 18 = edelgassen. heeft een covalentie van 0.
H2.3
Alkanen vormen een homologe reeks verzadigde koolwaterstoffen met de algemene
formule CnH2n + 2.
Koolwaterstoffen: stof die waterstofgas en koolstof bevat.
H2.4
Elektronenconfiguratie: hoe de elektronen zich verdeeld hebben over de schil.
Valentieschil: buitenste schil van een atoom die elektronen bevat. het aantal van de
valentieschil is gelijk aan de periode.
Covalentie: het aantal bindingen dat een atoom kan aan gaan.
Elektrovalentie: de lading van een ion.
Atoombinding / covalente binding: bij zo’n binding houdt een gemeenschappelijk negatief
geladen elektronenpaar de twee positief geladen atoomresten bij elkaar. Voor deze binding
hebben beide atomen een elektron beschikbaar gesteld.
, In de vaste en vloeibare fase worden de moleculen bij elkaar gehouden door de
vanderwaalsbinding.
Octetregel: vuistregel die zegt dat atomen op een zodanige manier combineren dat ze elk 8
elektronen in hun valentieschil hebben, zodat ze dezelfde elektronenconfiguratie als
edelgassen.
Volgens atoommodel Bohr geldt: het aantal elektronen per schil = 2n^2 (n=welke schil).
H2.5
Of het stroom begeleid in s of l:
s l groep
- - moleculaire stoffen
+ + metalen
- + zouten
niet metaal + niet metaal = moleculaire stoffen.
- atoombinding / covalente binding: een binding tussen atomen, waarin de
atomen een of meer gemeenschappelijke elektronenparen hebben.
- vanderwaalsbinding: aantrekking tussen de positieve protonen op de
negatieve protonen van een ander molecuul. (alleen bij vloeibaar en gas fase). hoe
groter molecuul, hoe sterkere binding.
- structuurformule kun je erbij tekenen: hiervan kun je de structuur bepalen.
metaal + metaal = metalen (rooster).
- metaalbinding: negatieve vrije elektronen houden de positieve atoomresten
bijeen.
metaal + niet metaal = zouten (rooster).
- ionbinding: een positief (metaal) en negatief (niet-metaal) ion trekken elkaar aan.
Niet metalen kunnen negatief worden omdat ze een elektron opnemen.
Metalen kunnen positief worden omdat ze een elektron afstaan.
Het worden ionen, deeltjes met een lading.
De lading is staat in het periodieke stelsel rechtsboven van elk atoom. Sommige atomen
kunnen een lading van +2 of +3 hebben, zoals bijvoorbeeld ijzer. Dan geef je het aan als
een ijzer(II)ion of ijzer(III)ion.
H5
Een samengesteld ion is een groepje atomen met een lading.
Een ion is een enkel atoom met een lading.
Voorbeelden verhoudingsformule van een zout met een samengesteld ion:
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur JohannusPeters. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €2,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.