Samenvatting colleges en taken GGZ1025 Zorg(en) voor gezondheid
48 vues 1 fois vendu
Cours
GZW1025 - Zorg Voor Gezondheid (GGZ1025)
Établissement
Maastricht University (UM)
7 gehaald op tentamen! Dit is een uitwerking van alle taken en colleges van het 5e blok van jaar 1 van Gezondheidswetenschappen: Zorg(en) voor Gezondheid.
(taak 1 t/m 10)
Taak 0 - Depressie: een impressie
1. Wat is depressie en hoe wordt dit gediagnosticeerd?
Depressie als syndroom → een constellatie van symptomen die in een bepaalde
samenhang voorkomen. Eén van de componenten is een depressieve stemming of
aanmerkelijk verlies van interesse of plezier. Maar van een stemmingsstoornis
wordt pas gesproken als iemand ook nog andere verschijnselen vertoont → DSM-IV
TR.
Kenmerkend voor een depressieve stoornis:
problemen in stemming: somberheid, neerslachtigheid;
cognitieve problemen: verminderd zelfrespect, overdreven schuldgevoelens;
gedragsproblemen: gebrek aan initiatief en vermindering van het
activiteitenniveau;
motivationele problemen: niets meer willen, het leven beu zijn;
lichamelijke problemen: gewichtsverlies, doodmoe zijn.
De depressieve stoornis: ‘depressie in engere zin’
Kenmerkend: de patiënt heeft een of meer depressieve episoden meegemaakt,
terwijl er daarnaast geen manische of hypomane episoden zijn voorgevallen.
Een depressieve stoornis kan op alle leeftijden ontstaan. Personen zonder intieme
banden, gescheiden mensen en verweduwden lopen een grotere kans om de
stoornis te krijgen.
Bij mensen die een depressieve episode hebben doorgemaakt, is de kans op
herhaling van een dergelijke episode aanmerkelijk, en die kans neemt toe naarmate
zij meer depressieve episoden hebben gekend.
Kernsymptomen van een depressieve episode:
Depressieve stemming en/of verlies van interesse en plezier;
Moeite om taken te beginnen en af te ronden;
Duidelijke afname of toename in gewicht of eetlust;
Slaapklachten;
Psychomotorische remming of agitatie;
Moeheid of gebrek aan energie;
Zich waardeloos of schuldig voelen;
Concentratieproblemen;
Besluiteloosheid;
Doodsgedachten.
→ diagnose: minimaal 5 van de bovenstaande criteria, waarvan minimaal een van
de 2:
A. depressieve stemming;
, B. verlies van interesse en/of plezier.
Andere klachten:
burn-out;
lusteloos (geen seks willen);
piekeren;
relatieproblemen;
stress;
herfstdip of winterdepressie
Milde depressieve episode (2 of 3 kenmerken aanwezig)
Patiënt is verontrust, maar waarschijnlijk in staat om met meeste
activiteiten door te gaan
Matig depressieve episode (4 of meer kenmerken)
Patiënt heeft waarschijnlijk veel moeite om met normale activiteiten door te
gaan
Ernstige depressieve episode zonder psychotische symptomen (meerdere
kenmerken + verontrusting, typisch verlies van zelfrespect en ideeën over
waardeloosheid of schuld)
Onrustige depressie
Major depressie (grote depressie)
Vitale depressie
Suïcidale gedachten en handelingen, een aantal somatische symptomen
Ernstige depressieve episode met psychotische symptomen (beschrijving van
e.d.e. zonder psychotische symptomen + hallucinaties/wanen (kunnen
stemmingscongruent zijn), psychomotorische vertraging, ernstige versuffing die
normale sociale activiteiten onmogelijk maakt)
Major depressie met psychotische symptomen
Psychogeen depressieve psychose
Psychotische depressie
Reactieve depressieve psychose
Levensgevaar door suïcide, uitdroging of verhongering
Andere depressieve episodes
Atypische depressie
Eenmalige episodes van ‘gemaskerde’ depressie NOS
Ongespecificeerde depressieve episode
Depressie NOS
Depressie stoornis NOS
2. Wat is erfelijkheid en is depressie erfelijk?
,Ziektes zijn erfelijk, als deze ontstaan door een afwijking (mutatie) in een gen. Dit
kun je aantonen met DNA-onderzoek. Als een mutatie al bekend is, weten artsen
vaak hoeveel kans er is dat je de ziekte aan een kind doorgeeft.
Familiaire aanleg → soms is er geen mutatie te vinden, maar komt een bepaalde
ziekte vaker in de familie voor. Dan kan er een aanleg in de familie zijn voor deze
ziekte. Je kunt dan niet voorspellen wie er last van zal krijgen.
Bij het ontstaan van depressie spelen verschillende zaken een rol, waaronder
geslacht, leeftijd, erfelijkheid en sociale omgeving.
Dominant - recessief. Weten hoe je een ziekte erft (bijv. via ouders of nieuwe
mutatie).
Mutatie: foutje in een van de genen.
Ouders zijn bloedverwanten (verre familie) → meer risico op erfelijke aandoening.
DNA is opgebouwd uit nucleotiden. A-T / C-G. Aminozuren vormen samen een eiwit.
Elk gen bevat informatie om die eiwitten te vormen. Eiwitten zijn erg belangrijk voor
het lichaam en voor lichaamscellen. Aminozuren bepalen of een cel een lichaamscel
wordt, of een zenuwcel of een andere cel.
Karyogram → overzichtelijk plaatje van chromosomenparen. Hieraan kun je zien of
er een afwijkende vorm is of er genoeg chromosomen zijn.
Depressie is een multifactoriële aandoening. Dit houdt in dat meerdere zaken een
rol spelen bij het ontstaan van de stoornis, waarvan erfelijkheid er een is. Depressie
kan dus erfelijk zijn. Kinderen van ouders met een depressie hebben bijna 3 keer
zoveel kans om zelf een depressie te krijgen.
Bron: Erfocentrum
1 op de 5 mensen in Nederland heeft een depressie gehad. Vrouwen hebben bijna 2
keer zo vaak een depressie (bijv. na postnataal/na zwangerschap).
3. Kun je depressie voorkomen?
Preventieve interventies hebben als doel de invloed van risicofactoren en in stand
houdende factoren te beperken (stress en kwetsbaarheid) en de invloed van
beschermende factoren te versterken. Zelfhulp en zelfmanagement zijn belangrijke
elementen. Bij depressieve klachten kunnen de volgende interventies worden
ingezet:
psycho-educatie;
leefstijladvisering;
gestandaardiseerde (groeps)cursussen (inclusief e-health interventies).
Preventieve interventies kunnen gedefinieerd worden als interventie szie worden
uitgevoerd voor subjecten voldoen aan de criteria van een mentale stoornis volgens
de DSM-IV of ICD. Interventies gericht op mensen die wel voldoen aan de criteria
, voor een dergelijke aandoening worden beschouwd als behandeling of
onderhoudsbehandelingen, die worden gegeven aan patiënten met chronische en
langdurige aandoeningen.
3 typen preventie kunnen worden onderscheiden:
universele preventie: algemene populatie of gedeeltes hiervan ongeacht het
het risico dat ze hebben op de ontwikkeling van een stoornis (bv.
schoolprogramma, mediacampagnes);
selectieve preventie: gericht op groepen met een hoog risico die nog geen
stoornis hebben ontwikkeld. Hoog risico houdt in dat mensen recent een
stressvolle levensgebeurtenis hebben meegemaakt (bv. dood, ziekte);
geïndiceerde preventie: gericht op mensen die symptomen hebben voor een
stoornis, maar nog niet voldoen aan de volledige diagnostische criteria (bv.
social skills training bij mensen met sociale angsten).
Preventie van depressie bij ouderen is belangrijk omdat:
verhoogde levensverwachting;
de ziektelast van depressie is heel groot;
huidige behandelingen kunnen de ziektelast van depressie slechts beperkt
verminderen;
Er is geen bewijs dat preventieve interventies daadwerkelijk effect hebben op
vermindering van incidentie van depressieve stoornissen → preventie kan nog
steeds heel belangrijk zijn. Hoewel het goed is dat men in staat is om de hoogste
risicogroepen te identificeren, zijn de mogelijkheden van preventie om bij te dragen
aan de vermindering van de ziektelast van depressie nog beperkt.
Vanuit het oogpunt van de volksgezondheid kan het promoten van fysieke activiteit
een waardevolle mentale functie zijn in het verminderen van het risico op het
ontwikkelen van depressie.
25 van de 30 studies → inverse relatie gevonden tussen fysieke activiteit en
ontwikkeling van depressie
4 studies → vrouwen die deelnamen rapporteerden minder snel depressie bij
een follow-up.
Lichaamsbeweging is een effectieve behandeling voor depressie. Bij milde tot
matige depressie kan het effect van lichaamsbeweging vergelijkbaar zijn met
antidepressiva en psychotherapie; voor ernstige depressie lijkt lichaamsbeweging
een waardevolle aanvullende therapie te zijn bij de traditionele behandelingen.
Bewegingstherapie zorgt voor een verbetering van de fysieke gezondheid,
lichaamsbeeld, copingstrategieën voor stress, kwaliteit van leven, onafhankelijkheid
in activiteiten van het dagelijks leven bij ouderen. Er moeten motivatiestrategieën
worden opgenomen in bewegingsinterventies om zowel de motivatie van de
patiënten als hun langdurige therapietrouw te vergroten, rekening houdend met
emotionele, cognitieve en fysiologische componenten van depressie.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur kikiboumans. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,19. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.