Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Economie blok 3 Erasmus Universiteit Rotterdam school of management 2021 €6,99   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Economie blok 3 Erasmus Universiteit Rotterdam school of management 2021

3 revues
 214 vues  3 fois vendu
  • Cours
  • Établissement
  • Book

Samenvatting Economie hoorcolleges met voorbeelden

Dernier document publié: 3 année de cela

Aperçu 4 sur 68  pages

  • Oui
  • 9 mars 2021
  • 9 mars 2021
  • 68
  • 2020/2021
  • Resume

3  revues

review-writer-avatar

Par: rijkvandiest • 3 année de cela

review-writer-avatar

Par: rubenvanleeuwen2 • 3 année de cela

review-writer-avatar

Par: thijsvanoudenaarden • 3 année de cela

avatar-seller
Economie

Kennisclip
De eerste vraag bij het onderwerp vraag en aanbod is: wat is eigenlijk een markt?
- Set of buyers and sellers of a good service (een combinatie van consumenten
en producenten van een product of een dienst)
Hoe ontstaat en werkt zo’n markt eigenlijk? Vragen die besproken worden (rode
draad):
- How many buyers, how many sellers?
- Who has the power?
- How big are the sellers?
- Is it easy to enter the market?
Er wordt begonnen met het basismodel van vraag en aanbod (supply and demand)
- Buyers: want to buy at a low price
- Sellers: want to sell at a high price
Dit leidt tot een assenstelsel, met de prijs verticaal en de hoeveelheid Q op de x-as
horizontaal. De vraagcurve is een dalende lijn en heeft dus een negatieve helling: dit
betekent hoe hoger de prijs, hoe lager de gevraagde hoeveelheid. Deze lijn geeft dus
aan wat de maximale prijs is die een consument wil betalen. De aanbodcurve is een
stijgende lijn en heeft een positieve helling. Dit betekent hoe hoger de prijs, hoe
groter de aangeboden hoeveelheid. Deze lijn geeft aan wat de minimale prijs is
waarbij verkopers bereid zijn te
produceren. Daar waar de lijnen kruisen
zijn consumenten en producenten het met
elkaar eens. De markt is in evenwicht.
Boven dat punt is het aanbod veel groter
dan de vraag en is er dus een
aanbodoverschot (excess supply). Onder
dat punt, dus bij een lagere prijs, is de
vraag veel groter dan het aanbod en heb
je dus een vraagoverschot (exces
demand). Om ervoor te zorgen dat een
markt in evenwicht komt, moet de prijs
veranderen.

Voorbeeld vraagoverschot: Bij een lage prijs willen consumenten veel kopen, maar
producenten zijn maar bereid om weinig aan te bieden. Als e prijs stijgt, zullen
producenten meer gaan aanbieden. Tegelijkertijd zal de gevraagde hoeveelheid
dalen. Hierdoor komt de markt in evenwicht. Dit is een belangrijk concept. Een
verandering in de prijs zorgt voor een beweging langs de vraag of aanbodcurve: dit
noemen we een verandering in de gevraagde of aangeboden hoeveelheid. Daarbij
houden we alle andere factoren constant, alleen de prijs veranderd. Als er iets
anders veranderd dan de prijs, verschuift de gehele vraag of de gehele aanbodcurve
naar binnen of naar buiten; dit noemen we een verandering van vraag of verandering
van het aanbod.

Dingen die een verandering van de vraag kunnen veroorzaken:
- Income or wealth: Inkomen veranderd van de consument


1

, - Consumer taste: de smaak van de consument veranderd.
- Prices of substitutes and compliments
- Number of buyers
Voor een verschuiving van de aanbodcurve geldt hetzelfde. Zo’n verschuiving
betekent dat bedrijven bereid zijn om meer of minder te produceren ongeacht de
prijs. Bijv:
- Technology
- Costs of production (labour and
capital)
- Number of suppliers
- Producer outside option
- Other (weather)
Dit zijn allemaal Voorbeelden van factoren
die ervoor zorgen dat de gehele vraag of
de gehele aanbodcurve verschuift. Een
goed voorbeeld zijn zonnepanelen.


Maar hoe groot is nou die verandering van
bijv. de vraag door verandering in de
economische omstandigheden, Dit wordt
bepaald door de helling van de vraag en
aanbodcurves. (slopes):
- Steep curves; large changes in
price and small changes in
quantity, all else equal. = bij een
steile curve zorgt een grote
verandering in de prijs voor een
kleine verandering gin de
hoeveelheid
- Shallow curves: small
changes in price and large
changes in quantity, all else
equal. = bij een vlakke curve
zorgt een kleine verandering
in de prijs voor een relatief
grote verandering in de
hoeveelheid.

Omdat we vaak uitgaan van een
lineaire vraag is het handig om de
berekening te herhalen. The
equation for price elasticity (demand
or supply):




2

, Hoorcollege 1
Consumentensurplus= het verschil tussen
de prijs die consumenten zouden willen
betalen voor een goed en de prijs die ze
daadwerkelijk moeten betalen. Het is dus
het verschil tussen de marktprijs en de prijs
aangegeven door de vraagcurve.

Voorbeeld: de consument is bereid om P1
te betalen, maar in werkelijkheid betaald de
consument de marktprijs: P2. Deze ligt een
stuk lager en de consument houdt dus P1-
marktprijs over. Dat is zijn eigen surplus.
Een andere consument is bereid om P2 te betalen en ook deze consument heeft een
surplus: P2 – marktprijs. Het totale consumentensurplus voor alle consumenten is de
driehoek onder de vraagcurve en boven de prijs. Het verschil voor elke consument
tussen zijn bereidheid om te betalen voor het product en de uiteindelijke marktprijs
gemeten door deze driehoek.

Producenten surplus = het verschil tussen de prijs waarvoor producenten bereid zijn
een goed te verkopen en de prijs waarvoor ze h et daadwerkelijk kunnen verkopen.

Voorbeeld: een producent is bereid zijn
product te verkopen tegen prijs P1, zijn
product kan tegen lage kosten worden
geproduceerd, en hij krijgt een aanzienlijk
hogere marktprijs. Hierdoor heeft de
producent ook een surplus. We noemen dit
het producenten surplus. Het surplus is het
verschil tussen P1 (de prijs die hij bereid is te
accepteren) en de daadwerkelijke marktprijs.
Het producenten surplus is gelijk aan de driehoek boven de aanbodscurve tot de
marktprijs.

Als je het producenten surplus en
consumentensurplus bij elkaar optelt, krijg je
de totale welvaart die door de markt is
gecreëerd. Dit is gelijk aan de som van het
consumentensurplus en het producenten
surplus.

Voorbeeld consumentensurplus: Jet is bereid
om 1 euro te betalen voor een stroopwafel.
Roos is bereid om 0.50 euro te betalen voor een stroopwafel. De prijs van de
stroopwafel is 0.75 euro. Wat is Roos en Jets gecombineerde consumentensurplus?
Antwoord: voor Jet 0.25 persoonlijke surplus, Roos heeft geen surplus, oftewel 0,
dus het totale surplus is 0.25



3

, Voorbeeld producenten surplus: Michiel is bereid om een stuk appeltaart te verkopen
voor 1.75 euro. Yvonne is bereid om een stuk appeltaart te verkopen voor 1.50 euro.
Als de evenwichtsprijs 2 euro is, wat is dan de gecombineerde waarde van Yvonne
en Michiels producenten- surplus?
Antwoord: 0.75, Michiels persoonlijke surplus is 0.25 en Yvonne ‘s persoonlijke
surplus is 0.50, dus in totaal 0.75

De begrippen producent en consumentensurplus kunnen worden gebruikt om de
impact van elke verandering aan weerszijden van de markt te analyseren
- Verschuivingen in de vraag- of aanbodcurve (zie boek): het maakt niet zo uit
of die veranderingen aan de vraag of aanbodzijde plaatsvinden.
- Hoeveelheidsregelgeving (zie boek)
- Prijsinterventies: je kunt ook kijken wat prijsinterventies met de markt doen
-Prijsplafonds en -vloeren
-Belastingen
-Subsidies
Je moet de grijze onderdelen zelf bestuderen in het boek.

- Overdracht/ transfer: overschot dat van producenten naar consumenten
verschuift, of vice versa, als gevolg van een regeling. Dit refereert naar het
surplus dat van de producent naar de consument gaat als gevolg van een
overheidsmaatregel, of andersom.
- Deadweight loss (DWL): de vermindering van het totale overschot dat optreedt
als gevolg van een marktinefficiëntie. Dit is de welvaart dat verloren gaat door
een inefficiënte markt. Vaak zorgen overheidsmaatregelen voor dit soort
inefficiënties.

Prijsplafonds:
Politici pleiten vaak voor prijsregulering voor producten waarvan de prijzen sterk zijn
gestegen
- Prijsplafond - maximale prijs waartegen goed/ dienst verkocht/ gekocht kan
worden
- Voorbeeld: huur, tandartsprocedures
Prijsstijgingen kunnen
vervelende gevolgen hebben
voor consumenten. De overheid
heeft dan ook een prijsplafond
ingesteld, voor bepaalde dingen
zoals tandartsbehandelingen.

Zonder prijsplafond is de markt
in evenwicht bij P* en Q*.
wanneer een prijsplafond wordt
ingesteld zien we dat de vraag
een stuk hoger wordt dan het
aanbod. De vraag is in deze
grafiek aangegeven met quantity demanded by a market. Het aanbod is in de grafiek
aangegeven met quantity supplied tot he market. Hierdoor zien we dat het
producentensurplus afneemt, van vlak DEF (originele producentensurplus), het wordt
een stuk kleiner door het prijsplafond, namelijk alleen F. Het consumentensurplus


4

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur chelseavanvaalen. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

80796 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€6,99  3x  vendu
  • (3)
  Ajouter