1.1.1.1 Samenstelling van de beenderen
We onderscheiden kraakbeenweefsel en botweefsel
Kraakbeenweefsel:
Minder sterk
Elastischer
Glad
Laat bewegelijkheid toe
Vb, in de neus, in de oorschelpen
Botweefsel:
Stevig
Minder elastisch
Verschillende manieren van verbondenheid:
Door middel van gewricht (articulatio) - knie
Door middel van kraakbeen - verbinding costae – sternum (ademen)
Door middel van vergroeide naden - schedelbeenderen
Botweefsel bestaat uit beencellen (osteocyten), collageen en verschillende minerale zouten.
Pijpbeenderen bestaan uit diafyse en epifyse. Bij nog groeiende beenderen bevindt zich tussen
diafyse en epifyse kraakbeen, dit kraakbeen wordt epifysairschijf of metafysairschijf genoemd. Aan
buitenzijde van pijpbeen is er beenvlies of periost, dit heeft een binnenste en een buitenste laag.
Binnenste laag: ligt tegen het bot, bevat osteoblasten (= beenvormende cellen)
Buitenste laag: aanhechtingsplaats voor spieren en ligamenten.
er dringen ook bloedvaten door die het bot zullen voeden.
1
,Tenslotte heb je nog 2 soorten beenmerg in het bot (zie afb pg 19), het gele en het rode.
Geel: 96% vet, in de mergholten van het been, ter opvulling van tussenruimten
Rood: in spleten van het spongieus bod, belangrijkste bloedvormende orgaan vd mens
! zie afb pg 20
1.1.2 Soorten beenderen
Lange beenderen: pijpbeenderen
Zie hierboven
Vb femur, humerus …
Korte beenderen
Geen groeikraakbeenschijf
Veel spongieus bot
Weinig compact bot
Geen diafyse
Vb hand- en voetwortelbeentjes (carpus en tarsus)
Platte beenderen
Laag sponsachtig bot
Omringd door extern (buitenste) bot en intern (binnenste) bot
Vb cranium, scapula
Onregelmatige beenderen
Centraal spongieus deel
Omringd door weinig compact bot
Vb vertebra
1.1.2.1 Structuur van de beenderen
De structuur van de beenderen is sterk afh van omgevende weefsel, men kan het schematisch
onderscheiden:
Effen vlakken
Been enkel door het beenvlies bedekt is geweest
Geen enkele structuur zit hierop vast
Verhevenheden
Een spier trekkracht op het bot heeft uitgeoefend
Knobbels
Verzakkingen
Echt of relatief
Relatief door verheffing van de omgeving
Op plaatsen waar zenuwen en bloedvaten voorbij komen
Openingen
Zenuwen of bloedvaten door lopen(foramen), meerdere foramina noemt men
kanalen(canales).
,Os coxae.............................................................heupbeen
Os sacrum...........................................................heilig been
Os coccygis.........................................................staartbeen
Humerus.............................................................opperarmbeen
Radius.................................................................spaakbeen(duim)
Ulna....................................................................ellepijp
Manus.................................................................hand
Femur.................................................................dijbeen
Tibia....................................................................scheenbeen
Fibula..................................................................kuitbeen(kleine teen)
Talus...................................................................enkel
Calcaneus...........................................................hiel
Pes......................................................................voet
1.1.4 Mechanische eigenschappen van beenderen
1.1.4.1 Elasticiteitsmodulus (Young)
Wat?
Is een maat voor de stijf- of starheid van een lichaam
Geeft de mate van elasticiteit weer onder belasting
Hoe?
Elasticiteitsmodulus = aangebrachte spanning/elasticiteit
Anistotroop= sterkte van bot is afhankelijk van richting waarin het wordt belast.
! + uitleg pg 26 bij grafiek
1.1.4.2 Wet van Wolff
Bot is afhankelijk van botdensiteit en kan beïnvloed worden door:
Erfelijkheid (voor een groot deel)
Geslacht (15% groter bij jongens)
Ziekte
Mechanische belasting (fysieke activiteit)
Botdensiteit neemt af naarmate leeftijd vordert.
Piekbotmassa: wordt bereikt tussen 25 en 35 jaar
! + grafiek pg 27 + uitleg pg 27
! + grafiek pg 28 + uitleg pg 28-29
1.1.5 Aandoeningen
1.1.5.1 Fracturen
Directe breuk: vb schop op been
Indirecte breuk: vb sleutelbeenbreuk bij steun zoeken met arm.
Soorten:
Afrukkingsfracturen
Bij plotse hevige spiercontractie wordt aanhechtingspunt afgerukt
Stressfracturen
3
, 10% van sportblessures
Treedt op wanneer botten zich niet kunnen aanpassen aan eisen van het moment
Letsel groeikraakbeenschijf
7-9j en 12-16j, groeispurt niet kunnen volgen
ziekte Osgood Schlatter (vooral jongens 10-16j)
+ lezen pg 33
Verschijnselen:
Pijn, zwelling, blauwverkleuring
Gestoorde werking, afwijkende stand, iets horen kraken
Bevestiging door röntgenfoto’s, bij vermoeidheidsbreuk soms maar later zichtbaar
Preventie:
Leeftijd: < 10j , 4a5 keer hoger dan 20-50 jarigen, > 50j 3 keer hoger dan middengroep
Na fixatie, nood aan actieve bewegingstherapie
Want door fractuur is er spieratrofie, inactiviteitatrofie, gewrichtsstijfheid en
doorbloedingsstoornissen
1.1.5.2 Beenvliesontstekingen(=shin splints = springschenen = tibiaal stress syndroom)
Veel voorkomende overbelastingsblessure aan binnenzijde van het scheenbeen.
5 stadia:
Lichte pijn en stijfheid na sport
Starpijn bij sport, keert na sporten langduriger terug
Pijn gedurende sport, ook erna
Pijn gedurende sport en erna en geeft negatieve invloed op sportbelasting
Continue pijn
Oorzaken:
Overbelasting van de buigspieren in tenen en voet. (belangrijke rol balans lichaam)
Onaangepaste trainingsopbouw
Lopen op harde ondergrond, slecht schoeisel
Beenlengte verschil, standafwijking voeten
Dysbalans buigers en strekkers voet
Verkorte kuitspieren
Overgewicht
1.1.5.3 Osteoporose(bontontkalking)
Oorzaak:
Lage botdensiteit
Vaker voor bij oudere mensen
! + uitleg lezen in cursus pg 38-40
1.2 Gewrichten (pg 41-61)
Arthropologie: studie van de gewrichten
2 klassen: -Synarthrosen(onbeweeglijke gewrichten)
-Diarthrosen(beweeglijke gewrichten)
1.2.1 Structuur en bouw
1.2.1.1 Synarthrosen
Eigenschappen:
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur davidlammens. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,69. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.