Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Volledige + uitgebreide samenvatting van alle artikelen Forensische Victimologie €8,99   Ajouter au panier

Resume

Volledige + uitgebreide samenvatting van alle artikelen Forensische Victimologie

1 vérifier
 325 vues  30 fois vendu
  • Cours
  • Établissement

Omvat de volgende artikelen van week 1 t/m 5 (vertaalt naar het NL): Buruma, Y. (2020). Een mentaliteitsgeschiedenis van slachtofferemancipatie. Nederlands Tijdschrift voor Strafrecht, 1(1), 3-10. Groenhuijsen, M.S. (2008). Slachtoffers van misdrijven in het recht en in de victimologie. Ver...

[Montrer plus]

Aperçu 4 sur 249  pages

  • 1 mars 2021
  • 249
  • 2020/2021
  • Resume

1  vérifier

review-writer-avatar

Par: idunavdl • 7 mois de cela

Traduit par Google

Very comprehensive - cannot be called a summary. Even all kinds of examples have been adopted

avatar-seller
Week 1

Buruma (2020) – Een mentaliteitsgeschiedenis van slachtofferemancipatie


§1 – Inleiding
De Wet-Terwee trad 25 jaar geleden in werking. Daarmee werden de mogelijkheden
voor het slachtoffer om zich te voegen in het strafproces verruimd en werd de
schadevergoedingsmaatregel geïntroduceerd. De vraag is nu of de aandacht voor
slachtoffers inmiddels is doorgeschoten. Het woord van het slachtoffer heeft niet alleen
in verschillende tijden maar ook in verschillende contexten een andere lading: de jurist
heeft de persoon met een gezicht die achterin de zittingszaal zit voor ogen of de diep
getroffen nabestaande; de socioloog denkt aan de witte marsen en politici die zich
uitspreken in naam van slachtoffers. Beide werkelijkheden beïnvloeden elkaar, maar
vertonen ook een autonome dynamiek.

Er zullen drie periodes worden besproken:
 Wederopbouw (1950-1970)
 Culturele revolutie (1970-1995)
 Risicomaatschappij (1995-heden)

§2 – Wederopbouw
Na WO II was Nederland een arm land en had zij 230.000 slachtoffers. Aan het eind van
1945 had 10% van de bevolking geen dak boven zijn hoofd, naast alle andere materiële
schade. Zeer velen waren dus direct of indirect slachtoffer. Als berechting volgde, ging
het erom wat hij had gedaan of juist niet had gedaan en niet wat het slachtoffer was
overkomen.

Arendt, een beroemde filosofe en zelf Jodin:
‘The wrongdoer is brought to justice because his act has disturbed and gravely
endangered the community as a whole, and not as in civil suits, because damage has
been done to individuals who are entitled to reparation. The reparation effected in
criminal cases is of an altogether different nature: it is the body politic itself that stands
in the need of being “repaired”, and it is the general public order that has been thrown
out of gear and must be restored, as it were. It is, in other words, the law, not the
plaintiff, that must prevail.’

In de Oresteia van Aeschylus is het ‘natuurlijke recht’ op wraak al een halt toegeroepen:
de wraakgodinnen werden terechtgewezen door de godin Pallas Athene, omdat hun
weliswaar een plaats toekomt bij de beoordeling van een misdaad, maar ze moeten
weten dat de beslissing uiteindelijk niet bij hen hoort te liggen maar bij de rechter. De
door Arendt verwoorde opvatting moet ook worden begrepen tegen de achtergrond van
haar wens dat de bestraffing van Eichmann niet zou worden beschouwd als wraakneming
(door overwinnaars), maar als voldoening aan de eisen van het recht.

Ook rechters in gewonere zaken volgen deze opvatting. Daarbij zijn zij naar de geest van
de tijd tevens door- drongen van de gedachte dat een misdadiger een tweede kans moet
krijgen. Zo komt resocialisatie niet alleen als doel in de Gevangenismaatregel van 1951
terecht, maar tempert het geloof in dat strafdoel de potentieel strenge gevolgen van de
traditionele strafrechtelijke opvattingen.

,De straffende logica van Arendt waarbij het kwaad wordt vergolden dat de
rechtsgemeenschap is aangedaan, wordt gekenmerkt door een rechtsopvatting die dicht
aanligt tegen de morele veroordeling van een individuele dader terwijl het slachtoffer
buiten beeld blijft. Te onderscheiden hiervan is een andere rechtsopvatting. Deze wordt
gekenmerkt door de ook al heel oude compenserende logica. In de eenvoudigste vorm
gaat het om een oog voor een oog, maar veelal gaat het ook om exact vastgestelde
betalingen waarmee de ene familie of clan de andere clan genoegdoening geeft voor het
leed dat aan een van hen is aangedaan, opdat bloedwraak kan uitblijven (zoen- en
weergeld). Bij die compenserende logica wordt vanwege het publiek belang om de
rechtsvrede te herstellen vergoeding gegeven voor de schade die een individu is
aangedaan. Maar deze benadering speelde na de oorlog niet. Ook rechtsherstel, zoals
teruggave van geroofde eigendommen, verliep moeizaam. Het lot van de
vervolgingsslachtoffers werd toen ondergeschikt geacht aan algemeen nationale
belangen, zoals de wederopbouw van het land.

In de strafrechtelijke literatuur van die dagen kwam het slachtoffer zelden voor. Het
strafrecht kent maar één hoofdrolspeler: de verdachte/dader. Vrij noemt het leed dat het
slachtoffer is aangedaan als een van de factoren die kan worden meegewogen om de
‘subsocialiteit’ van de daad te bepalen, zoals ook de navolgingsdrang van derden en
de ontzetting van vierden. Die subsocialiteit bepaalt of een feit straf- of
vervolgenswaardig is. Willem Nagel, gaat hier in de late jaren ‘50 dieper op in met het
woord victimologie. Hij ziet in dat schade aan de rechtsorde altijd abstract blijft en
meent dat de ‘victimologische notie’ ons moet terugbrengen naar het concrete
slachtoffer: ‘Het slachtoffer moet zo veel mogelijk betrokken worden in het strafgeding,
het letsel tussen dader en slachtoffer moet zo goed mogelijk worden vastgesteld en de
schadevergoeding behoort zo veel mogelijk mee te worden nagestreefd in dat geding.’
Om te voorkomen dat geen sprake is van gerechtvaardigde strafzucht, maar van
wraakzucht, moet de rechter ‘slechts met strenge matiging honoreren’.

§3 – Culturele revolutie
Vanaf het midden van de jaren ‘60 gaan de babyboomers en worden de traditionele
normen losser. De veranderingen dragen bij aan een culturele revolutie die niet alleen in
Nederland plaatsvindt. Politieagenten mogen de lange lat niet langer gebruiken en de
rechtspraak wordt van klassenjustitie beticht. Er is een aangescherpte opvatting over de
trias politica. De rechter is er niet alleen om recht te doen aan de verdachte, maar ook
om te toetsen of de autoriteiten zich wel aan de wet houden (policing the police) en om
rechten te geven aan de zwakkeren in de samenleving.

Een impuls daarvoor is de eerste veroordeling van Nederland door het EHRM in een
militaire zaak (1976). Tegen die achtergrond vinden de eerste erkenningen van de
rechten van slachtoffers plaats. Ik noem het ontstaan van Blijf van mijn lijf (1974), dat
onderdak biedt aan slachtoffers van huiselijk geweld, en het Schadefonds
geweldsmisdrijven (1975). Oprichting van Slachtofferhulp Nederland (1984), waardoor
het persoonlijke belang van de belanghebbende geaccentueerd werd met de aanpassing
van de regeling van het beklag over het niet vervolgen van strafbare feiten (art. 12 Sv).
Het heeft wel even geduurd voordat wettelijke slachtofferrechten tot stand kwamen.
Daarbij speelt een rol dat in de strafrechtpraktijk eerst de aandacht uitging naar een
versterking van de rechten van de aangeklaagde partij: het zwijgrecht van de verdachte
werd weer ingevoerd en belangstelling voor de vraag of de overheid zich bij de opsporing
en vervolging aan de regels heeft gehouden.

,Een ander geluid was dat vanuit het abolitionisme: bepleit vanuit een
maatschappijkritische opvatting de afschaffing van het strafrecht. De herstelrechtelijke
benadering plaatst het compenserende denken weer scherp in het licht. Daarbij gaat het
om het herstellen van schade aan het slachtoffer en het herstel van vrede in de
microgemeenschap waarvan dader en slachtoffer deel uitmaken.

Geleidelijk aan wordt de positie van het slachtoffer in strafzaken sterker. Factoren die
hiervoor van belang zijn:
 Compassie met de slachtoffers van zwaardere delicten.
 Slachtofferschap wordt steeds meer beschouwd als een gemeenschappelijk
kenmerk van diverse emanciperende groepen, zoals de vrouwenbeweging met
nadruk op slachtofferschap van verkrachting, ongelijke behandeling en de
waardigheid van vrouwen. Het leidt ertoe dat sommigen liever het woord ‘victim’
– met de associatie van hulpeloosheid – vervangen door het woord ‘survivor’. Het
verlangen dat mensen greep op hun eigen leven kunnen hernemen die ook door
anderen wordt herkend. Juridische garanties kunnen het kader bieden om
slachtoffergroepen verder te laten emanciperen.
o Het onschuldige slachtoffer heeft zo een paradigmatische betekenis
gekregen voor emancipatiebewegingen die zich slachtoffer van
achterstelling en onrecht voelen.
o De combinatie van compassie en een breder emancipatiestreven heeft
bijgedragen aan de ontwikkeling van de rechten van de slachtoffers van
misdrijven.

§4 – Risicosamenleving
De inwerkingtreding in 1995 van de Wet-Terwee is een vrucht van de rechtenrevolutie.
Maar deze markeert ook de opkomst van een meer slachtoffergericht strafrecht. Het is
de tijd waarin de risicosamenleving tot stand komt.
 Tsjernobyl (1986): het bestaan van bijna onzichtbare gevaren die ons allen
slachtoffer kunnen maken. Het existentiële gevaar komt voortaan van binnen uit
de samenleving.
 De wandaden van Marcel Dutroux leiden in Nederland tot het begrip ‘zinloos
geweld’: de willekeurigheid van geweld.
 Door de stijgende misdaadcijfers en de na 9/11 breed verbreide angst voor
terroristische aanslagen, neemt het besef toe dat iedereen slachtoffer kan
worden.
 Tegen deze achtergrond wordt de bescherming tegen een overmatig optredende
overheid vervangen door zorgen over een tekortschietende overheid m.b.t. het
recht op bescherming.
 Tegelijkertijd wordt de belangstelling voor wat slachtoffers te zeggen hebben
groter: de herwaardering van het slachtoffer. Het slachtoffer verheft zijn stem en
dat brengt de Nederlandse Juristen Vereniging tot een jaarvergadering onder de
titel ‘Het opstandige slachtoffer’ (2003).


Juridisch krijgt de positie van het slachtoffer een krachtige impuls met:
 Het Kaderbesluit van de Europese Unie (2001/220);
 De schriftelijke slachtofferverklaring (2004);
 De invoering van het spreekrecht (2005);
 De Wet versterking positie slachtoffer (2010): Voortaan is het slachtoffer niet
langer slechts aangever, getuige, belanghebbende in de zin van art. 12 Sv of
benadeelde partij, maar krijgt hij of zij zelfstandig eigen rechten.

,  Het spreekrecht is niet langer beperkt tot verklaringen over de gevolgen van het
strafbare feit, maar wordt aanvaard dat het slachtoffer ook over het bewijs en de
beoogde strafmaat spreekt, terwijl de kring van spreekgerechtigden dan wordt
uitgebreid (2017).
 Rapport ‘Recht doen, kansen bieden’ (2018): Voorgesteld wordt
slachtofferbelangen ‘zwaarder dan nu’ mee te wegen bij het nemen van
beslissingen over de voorwaardelijke invrijheidstelling. Dat kan door bijvoorbeeld
locatieverboden of contactverboden op te leggen, of door van de toekenning van
een v.i. af te zien als er risico’s bij de terugkeer zijn geïdentificeerd gerelateerd
aan slachtoffers, die door het stellen van voorwaarden onvoldoende kunnen
worden beheerst.

De positie van het slachtoffer is versterkt in het strafproces, evenals de rechten van
allerlei andere emanciperende groepen. In dit nieuwe tijdvak zijn ‘slachtoffermoraal en
identiteitspolitiek’ keerzijden van dezelfde medaille geworden. Kritiek hierop van
verschillende kanten:
 Links wordt erop gewezen dat:
o Daders en slachtoffers niet twee verschillende klassen vormen;
o Het vergroten van de tegenstelling tussen slachtoffers en daders aan het
oog onttrekt dat het vooral maatschappelijk onrecht is waardoor daders
tot hun handelen komen en dat de daders van vandaag de slachtoffers
van gisteren zijn.
o Verrijn Stuart schrijft dat ‘slachtofferisme’ ook de voedingsbodem is
voor een criminaliteitsbestrijding waarbinnen preventie steeds
belangrijker werd.
 Rechts wordt de identiteitspolitiek van emanciperende groepen bekritiseerd.
Mensen zouden hun persoonlijke verantwoordelijkheid ontkennen door het
slachtofferschap van hun gelijken als rechtvaardiging aan te voeren (zoals
etniciteit). Hier is enige grond voor waarschuwingen, zowel wat betreft vrees voor
een doorgeschoten geloof in preventie (met het oog op mogelijke slachtoffers),
als wat betreft het wegredeneren van eigen verantwoordelijkheid van daders
(omdat zij zelf slachtoffer zijn). Beide ongewenste effecten verhouden zich slecht
met elkaar: het is nu veel moeilijker voor (diverse categorieën) veroordeelden om
na de straf een nieuwe kans in te samenleving te krijgen dan de vorige eeuw, én
de eigen verantwoordelijkheid naar huidige maatstaven onvoldoende werd
onderkend met de ‘banaliteit van het kwaad’.

Enkele neveneffecten van de grotere rol van het slachtoffer
De toegenomen aandacht voor slachtoffers lijkt het veiligheidsdenken dus te hebben
versterkt. Empirisch is echter niet vol te houden dat de erkenning van de positie van het
slachtoffer ertoe heeft geleid dat de straffen in Nederland strenger werden. Bijvoorbeeld
omdat het strenger straffen sinds 2008 weer is afgebogen, maar de belangstelling voor
slachtoffers niet.

Welke mogelijke neveneffecten heeft de aandacht voor het slachtoffer voor de
strafrechtspleging gehad?
 De grotere stem van het slachtoffer zou leiden tot emotionalisering van het
strafproces, zeker toen in 2016 het slachtoffer voortaan was toegestaan als
procesdeelnemer (niet: procespartij) te spreken over de gewenste strafmaat. Naar
schatting maken jaarlijks 400-600 slachtoffers en nabestaanden gebruik van het
spreekrecht. De rechter is niet verplicht te reageren op het spreekrecht en het

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur ShivaneFrauenfelder2020. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €8,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

78998 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€8,99  30x  vendu
  • (1)
  Ajouter