URGENTIES IN DE GYNAECOLOGIE
1 INHOUD
2 Gynaecologische anamnese ............................................................................................................ 3
3 Algemeen onderzoek/ inspectie ..................................................................................................... 4
4 Klinisch Gynaecologisch onderzoek ................................................................................................ 7
4.1 Klinisch onderzoek van de genitaliën ...................................................................................... 7
4.1.1 Inspectie van de vulva ..................................................................................................... 8
4.1.2 Speculum-onderzoek ....................................................................................................... 9
4.1.3 Bimanueel onderzoek (vaginaal toucher) van uterus en ovaria (zonder speculum) .... 13
4.1.4 Gynaecologische echografie.......................................................................................... 14
4.2 KLinisch onderzoek van de borsten ....................................................................................... 14
4.2.1 INSPECTIE ...................................................................................................................... 16
4.2.2 PALPATIE........................................................................................................................ 17
4.2.3 Mammografie ................................................................................................................ 20
5 Gynaecologische pathologie ......................................................................................................... 21
5.1 Infecties ................................................................................................................................. 21
5.1.1 Schimmelinfecties ......................................................................................................... 21
5.1.2 Bacteriële vaginose........................................................................................................ 21
5.1.3 Chlamydia trachomatis.................................................................................................. 22
5.1.4 Herpes simplex/ herpes labialis..................................................................................... 23
5.1.5 Syfilis .............................................................................................................................. 23
5.1.6 Bartholinitis ................................................................................................................... 23
5.2 Endometriose ........................................................................................................................ 24
5.3 Beninge uteriene pathologie ................................................................................................. 26
5.3.1 Fibromen ....................................................................................................................... 26
5.3.2 Poliepen ......................................................................................................................... 27
5.3.3 Adenomyose .................................................................................................................. 29
5.4 Borstpathologie: Borstkanker ............................................................................................... 30
5.5 Benigne adnex pathologie ..................................................................................................... 34
6 Gynaecologische zorg van de oudere vrouw ................................................................................ 36
6.1 Ovariumcarcinoom ................................................................................................................ 39
6.2 Bekkenbodem dysfunctie ...................................................................................................... 40
6.2.1 Symptoom Bolgevoel = Vaginale prolaps ..................................................................... 41
1
,7 Casussen ........................................................................................................................................ 44
2
,2 GYNAECOLOGISCHE ANAMNESE
• Algemene anamnese: Beginnen met een open vragen aan de patiënt (bv. “Hoe gaat het?”)
Belangrijk hierbij is het van belang om aandachtig te luisteren, aandacht te hebben voor de
klachten en de patiënte op haar gemak te stellen.
o Menstruatie: Cyclusduur, Laatste regels, Abnormale bloedingen en hoeveelheid
bloedverlies:
▪ Hypermenorree
▪ Amenorree
▪ Spotting
▪ Felrode bloeding (evt. postcoïtaal versus menstruatiebloeding)
▪ Menopauze
o Pijn: Dysmenorree (primair, secundair), dyspareunie (oppervlakkig,diep)
o Anticonceptiva ja of nee?
▪ Ovulatiepijn: Enkel bevragen indien geen anticonceptiva
o Seksualiteit
• Gerichte anamnese:
o Fluor = witverlies
o Pruritus vulvae = jeuk
o Vulvodynie
o Lokalisatie van onderste buikpijn en vragen deze pijn te beschrijven
o Dsypareunie
o Libidoverlies
o Galactorree = Verlies van vocht uit de tepels (melk)
o Mastodynie = Pijnlijke borsten (meer bij hormonale verbanden of spierpijn boven de
ribben)
o Premenstrueel syndroom (buikpijn, emotioneel, pijnlijke borsten, depressieve
gevoelens,…)
o Urologische klachten: Pollakisurie, mictalgie, nycturie,…
o Defecaetieklachten: Constipatie, dyschezie, fecale incontinentie
o Menorraghie: Bevragen of er klonters zijn, hoeveel maandverbandjes of tampons er
gebruikt moeten worden, wanneer er sprake is van bloedverlies, of de bloeding
progressief verloopt,…
▪ Bloedverlies t.h.v. de cervix: Rood, kortdurend bloedverlies en vaak na
betrekkingen
▪ Hevig bloedverlies: Niet echt te verwachten bij de cervix
o Zwangerschap: Indien er een mogelijkheid in op zwangerschap moet dit ALTIJD
getest worden!
3
, • Overige
o APGM (Voornamelijk van belang bij de verloskundige anamnese)
▪ Abortus
▪ Para (aantal bevallingen van levende of niet-levende kinderen)
▪ Graviteit (aantal zwangerschappen)
▪ Mater (aantal levende kinderen)
Bv. A2P3G6M2 =
• 2 abortussen/miskramen
• 3 partussen
• 6 zwangerschappen
• 1 postnataal overleden kind
o Gynaecologische operaties
o Systeemanamnese: chronische aandoeningen,…
o Antecedenten: epilepsie, trombo-embolie, diabetes,…
o Gewichtsveranderingen
▪ Gewichtsverlies na menopauze: Maligniteiten onderzoeken
▪ Laag gewicht voor de maandstonden starten: Anorexia vaak de oorzaak
hiervan
▪ +/- 2 kg bijkomen bij de maandstonden, ongeveer 5kg bij menopauze
o Abusus
o Farmaca
o Sociofamiliaal: beroep, familiale antecedenten
3 ALGEMEEN ONDERZOEK/ INSPECTIE
• Algemene inspectie: grootte, gewicht, bloeddruk
• Obesitas
• Hirsutisme
• Ontwikkeling secundaire geslachtskenmerken
• Huidletsels/ acne/ pigmentatie
• TANNER-STAGES: Om de evolutie van de geslachtskenmerken puberteit te beoordelen:
o Adrenerche: DHEA
o Pubarche: Beharing
o Thelarche: Borstontwikkeling
o Menarche: Menses
▪ De ontwikkeling van puber naar volwassene begint met beharing, dan
borstontwikkeling en een jaar na borstontwikkeling begint meestal de eerste
menstruatie. Op dat moment heeft de vrouw al een grote groeispurt gehad,
na de menstruatie gaan vrouwen niet heel veel meer groeien!
4