Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Hoorcollegedictaat week 4 Personenschade €2,99   Ajouter au panier

Notes de cours

Hoorcollegedictaat week 4 Personenschade

 27 vues  2 fois vendu
  • Cours
  • Établissement

Hoorcollegedictaat van het vierde hoorcollege van het vak Personenschade: theorie en praktijk. Alle powerpointslides zijn in het document verwerkt en alles is (bijna) letterlijk meegetypt.

Aperçu 4 sur 33  pages

  • 26 février 2021
  • 33
  • 2020/2021
  • Notes de cours
  • E.w. bosch
  • Toutes les classes
avatar-seller
HC 4: Smartengeld, vordering benadeelde partij
Mr. E.W. Bosch

Smartengeld
Art. 6:106 BW:
Voor nadeel dat niet in vermogensschade bestaat, heeft de benadeelde recht op een
naar billijkheid vast te stellen schadevergoeding:
a. indien de aansprakelijke persoon het oogmerk had zodanig nadeel toe te
brengen;
b. indien de benadeelde lichamelijk letsel heeft opgelopen, in zijn eer of goede
naam is geschaad of op andere wijze in zijn persoon is aangetast;
c. indien het nadeel gelegen is in aantasting van de nagedachtenis van een
overledene en toegebracht is aan de niet van tafel en bed gescheiden echtgenoot, de
geregistreerde partner of een bloedverwant tot in de tweede graad van de
overledene, mits de aantasting plaatsvond op een wijze die de overledene, ware hij
nog in leven geweest, recht zou hebben gegeven op schadevergoeding wegens het
schaden van zijn eer of goede naam.

We beginnen vandaag met smartengeld, dat is meer de inhoud; wat is smartengeld,
wanneer heb je er recht op, wat is de omvang. Dat ziet meer op de schade. Bij vordering
benadeelde partij gaan we een van de mogelijkheden behandelen om dat recht ook
geldend te maken. Het is natuurlijk mooi dat je een aanspraak hebt, maar op het
moment dat je dat niet geldend kan maken dan houdt het ook op.

Smartengeld staat gewoon in de wet wanneer daar aanspraak op bestaat. Dan heet het
opeens: ‘nadeel dat niet in vermogensschade bestaat’. We hebben het over immateriële
schade. In de wet staat precies wanneer je daar aanspraak op kan maken. Op het
moment dat je met een smartengeld vordering aan de slag gaat, moet je ook
daadwerkelijk de wet erbij pakken en bekijken of je hem aan een van deze haakjes kan
hangen. Lukt dat niet, dan is er gewoonweg geen vorderingsrecht. Dan kan er wel
immateriële schade zijn geleden, maar dat is op zich niet genoeg. Je zult ook een
vorderingsrecht moeten hebben die moet berusten op de wet. Als ik dan kijk, dan zie
je dat het gaat om de gevallen waarbij de aansprakelijke persoon het oogmerk had om
bepaald nadeel (dat immaterieel nadeel) toe te brengen, en indien de benadeelde
lichamelijk letsel heeft opgelopen, in zijn eer of goede naam is geschaad of op een
andere wijze in zijn persoon is aangetast. Het kan ook zijn dat het nadeel gelegen is in
een aantasting van de nagedachtenis van een overledene en toegebracht is aan de niet
van tafel en bed gescheiden echtgenoot. Je ziet zo dat er een aantal categorieën zijn. In
de praktijk zie je dat de belangrijkste is toch gewoon de lichamelijke letselschade.
Belangrijkste is toch lichamelijk letsel. Het lichamelijk letsel kan fysiek zijn, maar kan
ook geestelijk zijn, zoals we later zullen zien.

Smartengeld – de basis
§ De rechter heeft discretionaire bevoegdheid m.b.t. het bepalen van de omvang
van de vergoeding, die meebrengt dat hij onder omstandigheden een
vergoeding geheel kan afwijzen
(HR 27 april 2001, NJ 2002, 91 (‘eer en goede naam’))
§ De rechter dient de schadevergoeding naar billijkheid vast te stellen. Daarbij
moet de rechter rekening houden met alle omstandigheden van het geval (o.a.
aard/ernst letsel)
(HR 17 november 2000, NJ 2001, 215 (Druijff/BCE Bouw))


1

, § De rechter mag bij de begroting mede letten op de ontwikkelingen in het
buitenland, maar deze ontwikkelingen kunnen niet bepalend zijn voor de in
Nederland toe te kennen bedragen
(HR 17 november 2000, NJ 2001, 215) (Druijff/BCE Bouw))

Als we dan naar de basis gaan, dan zie je dat ik een aantal uitspraken van de HR op een
rijtje heb gezet hoe dat dan werkt die begroting. De rechter heeft een discretionaire
bevoegdheid m.b.t. het bepalen van de omvang van de vergoeding die meebrengt dat
hij onder omstandigheden een vergoeding geheel kan afwijzen. Dat is de eer en goede
naam-arrest.

Uit een ander arrest blijkt dat de rechter de schadevergoeding naar billijkheid dient
vast te stellen. Daarbij moet de rechter rekening houden met alle omstandigheden van
het geval. Die kennen jullie, want op het moment dat je een tentamenvraag maakt en
er wordt gevraagd hoe beoordeel je dit, dan begin je meestal dat het afhangt van de
omstandigheden van het geval. Dus dat je daarbij bij alle omstandigheden rekening
moet houden, is waar. Wat is nu de praktijk? Tuurlijk, de aard en de ernst van de
normschending zijn van belang. Op het moment dat het gaat om
schuldaansprakelijkheid dan kom je verder dan bij kwalitatieve aansprakelijkheid.
Tegelijkertijd zit het grote verschil met name in de gevolgen. Wat is de ernst van de
gevolgen. In hoeverre heb je je leven moeten aanpassen na het voorval. Wat zijn de
beperkingen die je dan sedert het ongeval hebt doorgemaakt en dan met name daar
dan weer de looptijd van. Op het moment dat je letsel hebt dat binnen een jaar geneest,
dan loopt dat niet zo vaart. Maar op het moment dat dat letsel blijvend van aard is en
ervoor zorgt dat je bijv. je hobby niet meer kan doen, dat je omgeschoold moet worden
dan wordt het bedrag al wel eens hoger.

In hetzelfde arrest, Druijf/BCE Bouw, heeft de HR bepaald dat de rechter bij de
begroting mede mag letten op de ontwikkelingen in het buitenland, maar dat deze
ontwikkelingen niet bepalend kunnen zijn voor de in Nederland toe te kennen
bedragen. Ik ga jullie vragen om deze citaat even vast te houden, want dan gaan we
straks kijken waarom is dat nou relevant; wat maakt het nou uit wat het buitenland
doet.

Smartengeld: vaststellen hoogte?
Hoe gaat het praktisch? Praktisch pakken we de smartengeldbundel erbij, een ANWB-
gids. Een aantal jaar geleden kwam deze twee keer per jaar uit, sinds een aantal jaar
komt er nu ieder jaar een nieuwe versie uit. Dat is een heel mooi dik boek en daar staan
allemaal samenvattingen in. Een heel klein stukje over is het een man of is het een
vrouw. Wat was de datum. Daar staat dan iets over een kleine omschrijving, wat is er
gebeurd en wat zijn de klachten. Dan heb je een bedrag wat er oorspronkelijk is
toegewezen en vervolgens wat het geïndexeerd zou zijn op het moment dat je het
indexeert naar nu. Wat doe je in die gids? Je gaat op zoek naar een situatie die lijkt op
de situatie waar je het bedrag voor zoekt. Het vervelende is, die staat er nooit in. Het
wijkt altijd af. In jouw geval is het een meneer, in het boek was het een mevrouw. In
jouw geval waren er drie operaties geweest, in het boek waren het er maar twee of juist
vier. Dat is het lastige, je vindt nooit precies hetzelfde.

Docent was in opleiding tot letselschadebehandelaar, werkte toen nog voor een
verzekeraar. Dan spreken we ergens rond de eeuwwisseling, 1999. Toen zat hij in een
klasje wat inmiddels ASR heet met alleen maar met schadebehandelaren die in


2

,opleiding waren tot letselschadebehandelaar bij een verzekeraar. We zaten allemaal
aan de betalende kant. Op het moment dat je halers en betalers (belangenbehartigers
en verzekeraars) in een kamer zet, dan is het niet gek dat ze op verschillende bedragen
uitkomen. We waren allemaal schadebehandelaar in spé bij een groot
schadeverzekeraar. Er zaten mensen van ASR, Aegon, Allianz, Stad Rotterdam en voor
de groep stond een afdelingshoofd van een letselafdeling en die had een hele mooie
casus op het bord gegooid. Gewoon wat bullet points met dit speelt er. We hadden
allemaal voor ons dezelfde bundel liggen en dezelfde druk, dus we hadden dezelfde
informatie. Vervolgens was het verhaal: joh, als jij deze zaak moet beoordelen, welk
bedrag aan smartengeld ga jij dit slachtoffer aanbieden? Daar hebben we allemaal ruim
de tijd voor gekregen en vervolgens ging hij een rondje doen. Het laagste bedrag zat
ergens rond de 20.000 gulden. En het hoogste bedrag was ergens rond de 110.000
gulden. Daar zat echt een fors verschil in, bijna een ton verschil tussen
gelijkgestemden. Toen begon hij te lachen na het rondje en zei hij: jullie hebben het
allemaal fout, want blader maar eens door naar pagina dat en dat nummer dat en dat,
en verrek daar stond precies diezelfde casus. Niemand had hem gevonden, we zaten
met een man of 30. Hij zegt: ik kan jullie uitleggen hoe dat komt, want je gaat die
bundel niet open in. Je gaat niet die bundel in met kijken waar ik op uit kom. Nee, je
gaat die bundel in met een onderbuikgevoel. En dat onderbuikgevoel dat stuurt je een
bepaalde kant op. Zeg dat je rugletsel hebt, dan ga je naar afdeling rug door ongeval en
dan steek je in op het niveau van het bedrag waar je ongeveer aan denkt en daar ga je
zoeken. En doordat die beschrijvingen af en toe zo beperkt zijn (soms is het een halve
pagina, maar meestal zijn het vier/vijf regels), vind je al vrij snel iets wat lijkt op jouw
zaak. En dan zeg je kijk ik heb hem gevonden. Terwijl als je er open in zou gaan en goed
zou zoeken, dan zouden we hem hebben moeten vinden. Dat was dus geen van ons 30
gegeven. Verzekeraars wordt altijd voorgehouden begin vooraan en werk naar achteren
en kijk hoe snel je iets vindt. Mocht je belangenbehartiger zijn, dan zou ik zeggen begin
achteraan want daar zitten de hoge bedragen en werk dan naar beneden totdat je wat
vindt. Maar steek hem niet in dat onderbuikgevoel, want je gaat wat vinden en je doet
mensen waarschijnlijk dan tekort zoals dat in dit geval was.

Smartengeld – de bodem
• Op grond van art. 6:106 BW bestaat recht op vergoeding van ander nadeel
dan vermogensschade (onder andere) indien de benadeelde lichamelijk letsel
heeft opgelopen.
• Hof Den Bosch oordeelde dat
een blauw oog te gering letsel
was om voor enige
vergoeding in aanmerking
te komen.
• Slachtoffer ging in cassatie

Wat is dan de bodem? Op grond van 6:106 BW bestaat recht op vergoeding van ander
nadeel dan vermogensschade. Onder andere op het moment dat er sprake is van
lichamelijk letsel. Toen kwam er een zaak bij het hof Den Bosch en die zei: ja een blauw
oog, dat is natuurlijk wel letsel, maar eigenlijk is het te gering om voor vergoeding in
aanmerking te komen. Wat doe je dan op het moment dat je zo’n zaak hebt? Dan ga je
uiteraard in cassatie en daarmee kwam de vraag dus bij de HR te liggen. Is een blauw
oog inderdaad te gering letsel om voor enige vergoeding in aanmerking te komen?




3

, Is een blauw oog inderdaad te gering letsel om voor enige vergoeding in aanmerking
te komen:
A. Ja
B. Nee

29 mensen van jullie zegt nee dat is niet te gering. Er zijn er 3 die zeggen ja joh, bij dat
soort letsel dat is zo gering daar heb je geen recht op schadevergoeding. We gaan eens
even kijken wat de HR ervan vond.

Hoge Raad 29 juni 2012, JA 2012/147 m.nt. S.D. Lindenbergh
“…De klachten zijn in zoverre gegrond dat de door het hof als vaststaand
aangemerkte omstandigheid dat [eiser] aan de mishandeling een blauw oog heeft
overgehouden, en dus lichamelijk letsel heeft opgelopen, hem op de voet van art.
6:106 lid 1, onder b, BW recht geeft op een naar billijkheid vast te stellen
schadevergoeding. Zonder nadere toelichting valt niet in te zien dat dit letsel te
gering is om voor enige vergoeding in aanmerking te komen…”

De klachten zijn in zoverre gegrond… Zonder nadere toelichting valt niet in te zien dat
dit letsel te gering is om voor enige vergoeding in aanmerking te komen. Dus 29 keer
juist, 3 keer niet juist. Dat is op zich raar, want in een van de vorige slides stond nu
juist dat de HR had gezegd dat die naar billijkheid vastgesteld mag worden en dat de
rechter dus ook in de omstandigheden van het geval aanleiding kan zien om die
vergoeding op nul te zetten. Wat leert ons dit arrest dan, het blauwe oog arrest. Dat
leert ons dat het niet kan in de omstandigheid dat het letsel beperkt was. Je zou
eventueel wel kunnen zeggen dat de gevolgen heel beperkt zijn, maar als je zegt het
letsel is te gering, dan gaat het hem niet worden. Dat is op zich ook logisch, want als je
de grens legt bij letsel dan kan je niet vervolgens zeggen van: dan is dit letsel te gering.
Dat wil natuurlijk ook weer niet zeggen dat er enorme bedragen hoeven te worden
toegewezen, want je kan dus in dit soort situaties zeggen: dan hebben we het over een
bedrag van een paar tientjes/honderd euro, maar dat hoeven niet hele bedragen te zijn.

Ontwikkelingen smartengeld
HR 19 juli 2019, HR:2019:1278 (Groninger Aardbevingen)
• De omvang van immateriële schade laat zich niet min of meer forfaitair
vaststellen
• Het gaat om hoogstpersoonlijke vordering, omstandigheden van het geval
• In het licht van de aard & ernst in bepaalde gebieden kan de rechter voor deze
inwoners een minimumomvang vaststellen
• Partijen kunnen uiteraard zelf tot een regeling komen.
[In maart 2019 meer dan 5200 smartengeldvorderingen gebundeld en aanhangig
gemaakt in één dagvaarding]

De omvang van de immateriële schade laat zich niet min of meer vaststellen. Dat is een
arrest van juli 2019 in de Groninger aardbevingen. Voor ons waar ik zit redelijk ver
weg, voor jullie redelijk dichtbij. Wat hier speelde is dat er door een flink aantal eisende
partijen aan de HR was gevraagd wilt u maar een smartengeldvergoeding toewijzen.
En de HR zegt: die omvang, die kan ik niet min of meer forfaitair vaststellen. Ik kan
niet een bepaalde categorie gaan maken, want het gaat om hoogstpersoonlijke
vorderingen. De omstandigheden van het geval zijn van belang. Het is bijna niet te
doen om een soort matrix te ontwikkelen waarin je al die omstandigheden in beeld
hebt. In het licht van de aard en ernst in bepaalde gebieden kan de rechter voor deze


4

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur wendelaoudkerkpool. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €2,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

80364 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€2,99  2x  vendu
  • (0)
  Ajouter