Samenvatting De Samenleving, kennismaking met de sociologie

Positivisme

Réponse: Inzicht werven op wetenschappelijke basis (Comte)

Positivistische methode

Réponse: Logisch systeem dat zijn kennis baseert op directe, systematische observaties van het sociale gedrag.

Empirische gegevens

Réponse: Informatie die we met onze zintuigen kunnen verifiëren.

Conflictanalyse

Réponse: Laat zien hoe sociale ongelijkheden in stand worden gehouden

Cultuur

Réponse: Wijze van denken en handelen en de materiële objecten die in combinatie de levenswijze van een volk vormen.

Redenen vergelijking rijke landen met andere landen (4x)

Réponse: - Leven dat we leiden gevormd door land waarin we leven. - Contacten tussen samenlevingen zijn toegenomen. - Veel sociale problemen in westerse wereld, zijn elders ernstiger. - Globaal denken helpt inzicht in onszelf krijgen.

Positieve effecten van sociologie (4x)

Réponse: - Nagaan wat er wel en niet klopt van het gezondverstanddenken. - Beter inzicht in mogelijkheden en hindernissen die we in ons dagelijks leven tegenkomen. - Geeft mogelijkheid om actieve rol te spelen in samenleving waarvan we deel uitmaken. - Helpt ons om in wereld te leven die zich kenmerkt door diversiteit.

Sociale veranderingen die transformatie van de samenleving teweeg brachten (3x)

Réponse: - Industrialisering - Groei van steden - Politieke veranderingen

Ontwikkelingsfasen van de sociologie (3x)

Réponse: - Theologische fase (God) - Tafysche fase (Natuur) - Wetenschappelijke fase (wetenschap)

Sociologische benaderingen (4x)

Réponse: - Structureel functionalisme - Conflictbenadering - Symbolisch interactionisme - Rationele keuze benadering

Onderzoekers met bijdrage aan socialisatieproces (6x)

Réponse: - Sigmund Freud - Jean Piaget - Lawrence Kohlberg - Carol Gilligan - George Herbert Mead - Erik H. Erikson

Sigmund Freud Psychoanalyse

Réponse: - Basisbehoeften = Levensdrift en doodsdrift - Perosonlijkheidsmodel Id Ego Superego - Sublimering = Compromis tussen Id en samenleving

Jean Piaget Cognitieve ontwikkelingstheorie

Réponse: Fasen waarin we denken en de wereld begrijpen (4x): - 0tm2 Sensorisch-motorische fase Ervaren de wereld door middel van zintuigen. - 2tm6 Preoperationele fase Taal en andere symbolen gebruiken - 7tm11 Fase van concrete bewerkingen Causale verbanden in omgeving zien - Na 12 Fase van formele bewerkingen Abstract en kritisch denken

Lawrence Kohlberg Morele ontwikkelingstheorie

Réponse: Fasen van moreel denken (3x): - Preconventionele niveau Goed = wat goed voelt - Conventionele fase Minder zelfzuchtig, leren wat goed en fout is. - Postconventionele fase Verder dan normen en waarden; abstracte, ethische beginselen.

Soorten groepen (2x)

Réponse: - Primaire groepen - Secundaire groepen

Leiderschapsstijlen (3x)

Réponse: - Autoritaire leiders - Democratische leiders - Laisser-faire leiders

Onderzoeken naar groepsconformiteit (3x)

Réponse: - Onderzoek van Asch Twee strepen: 'welke langer?' - Onderzoek van Milgram Schok toedienen - Groepsdenken van Janis Ministers beïnvloedbaar door mening groep

Interactie beinvloed door sociale diversiteit (3x)

Réponse: - Grote groepen keren zich naar binnen - Heterogene groepen keren zich naar buiten. - Fysieke grenzen creeren sociale grenzen.

Sociale stratificiatie

Réponse: Systeem waarmee een samenleving categorieën mensen rangschikt in een bepaalde hiërarchie.

Kastenstelsel

Réponse: Een op afkomst of toeschrijving gebaseerde sociale stratificatie.

Klassenstelsel

Réponse: Een sociale stratificatie die zowel op afkomst als persoonlijke prestaties gebaseerd is.

Intergenerationele mobiliteit

Réponse: Als kinderen een andere sociale positie innemen.

Meritocratie

Réponse: Op persoonlijke verdienste gebaseerde sociale stratificatie (kennis, capaciteiten)

Agriculturele revolutie (4x)

Réponse: - Permanente vestiging - Productie overschot - Specialisatie - Handel

Industriële revolutie (5x)

Réponse: - Nieuwe energiebronnen - Centraliseren van arbeid in fabrieken - Fabricage en massaproductie - Nog meer specialisatie - Loonarbeid

Informatierevolutie en postindustriële samenleving (3x)

Réponse: - Van concrete producten naar ideeën. - Van mechanische vaardigheden naar communicatieve vaardigheden - Van fabriek naar 'overal'

Economische sectoren (3x)

Réponse: - Primaire sector - Secundaire sector - Tertiaire sector

Gevolgen van de wereldeconomie (5x)

Réponse: - Internationale arbeidsverdeling - Producten via meerdere landen vervoerd. - Economische activiteiten niet door regeringen gecontroleerd. - Klein aantal internationaal opererende bedrijven controleert een groot deel van de economische activiteiten - Globalisering van economie beïnvloedt leven van werknemers in Nederland

Grondprincipes sociale stratificatie (4x)

Réponse: - Kenmerk van de samenleving, niet eenvoudigweg een reflectie van individuele verschillen - Van generatie op generatie overgegeven - Een universeel maar variabel verschijnsel - Bestaat niet alleen uit ongelijkheid maar ook uit overtuigingen

Waarom bleef marxistische revolutie uit? (4x)

Réponse: - Fragmentatie van de kapitalistische klasse - Hogere levensstandaard - Meer werknemers organisaties - Meer juridische bescherming

Ongelijkheid in Nederland (6x)

Réponse: - Inkomen - Vermogen - Macht - Onderwijs - Beroepsprestige - Voorouders, etniciteit en sekse

Klassen in Nederland (6x)

Réponse: - Hogere bovenklasse - Lagere bovenklasse - Bovenkant van middenklasse - Gemiddelde middenklasse - Arbeidersklasse - Onderklasse

Invloed van klassen op: (4x)

Réponse: - Gezondheid - Waarden en attitudes - Politiek - Gezin en sekse

Sociale factoren die aan deviantie ten grondslag liggen (3x)

Réponse: - Wat voor deviant doorgaat wordt bepaald door de gangbare normen in een bepaalde cultuur - Mensen worden deviant als anderen hun als zodanig definiëren - Sociale match is een factor die zowel een rol speelt bij de gangbare norm als bij het definiëren van norm overtredend gedrag

Essentiële functies van deviantie (Durkheim (4x)

Réponse: - Deviantie bevestigt bestaande waarden en normen - Reacties op deviantie maken duidelijk waar de morele grenzen liggen - Reacties op deviantie brengen mensen dichter bij elkaar - Deviantie bevordert sociale verandering

Verschillende typen deviantie (Merton's straintheorie) (5x)

Réponse: - Ritualisme - Conformiteit - Vernieuwing - Rebellie - Retraitisme

Kenmerken van deviante subculturen (6x)

Réponse: - Veroorzaken van problemen - Stoerheid - Geslepenheid - De behoefte aan opwinding - Ongeloof in het bestaan van een menselijk lot - Verlangen naar vrijheid

Kenmerken van deviante subculturen (6x)

Réponse: - Veroorzaken van problemen - Stoerheid - Geslepenheid - De behoefte aan opwinding - Ongeloof in het bestaan van een menselijk lot - Verlangen naar vrijheid