In dit zorgplan worden drie casussen uitgewerkt, één daarvan is een uitgebreid zorgplan voor een man met dramatisch alcoholgebruik. De twee andere uitwerkingen gaan over LVB en een oudere.
Casuïstiek – Jacob Jansen
Een 53-jarige man wordt door zijn vrouw voor een intakegesprek aangemeld bij het
consultatiebureau voor alcohol en drugs (CAD). Hij verzet zelf de afspraak twee keer. Volgens zijn
echtgenote is de patiënt de afgelopen jaren steeds meer gaan drinken. Hij drinkt nu ongeveer twaalf
glazen bier per dag. Sinds hij overmatig drinkt, is de patiënt volgens zijn echtgenote af en toe
opvliegend, slaapt hij onrustig en meldt hij zich regelmatig ziek op zijn werk. Verder heeft hij last van
paniekaanvallen en vermijdt hij drukke ruimten zoals winkels, markten en restaurants. De patiënt en
zijn vrouw hebben twee kinderen, van 11 en 13 jaar oud. De oudste zoon is de laatste maanden
teruggetrokken en gaat niet meer naar de voetbal omdat zijn vader regelmatig in aangeschoten
toestand was komen kijken. Soms verzuimt hij van school, maar zijn prestaties zijn nog goed. Hij is
boos op zijn vader, maar heeft vooral een verdrietige indruk.
De patiënt heeft een eerste afspraak bij een verslavingsarts, die de patiënt psychiatrisch en
lichamelijk onderzoekt en een laboratoriumonderzoek afspreekt. Bij statusmentalisonderzoek wordt
een matig verzorgde man gezien met een alcohol geur. Hij is aanvankelijk afwerend in het contact en
doet in het eerste gesprek vaag over zijn alcoholgebruik. Het kost hem moeite om oogcontact te
maken en hij lijkt zich te schamen voor zijn klachten en alcoholgebruik. Hij spreekt met dubbele tong
maar het bewustzijn is helder en de oriëntatie is intact. De aandacht is met moeite te trekken en te
behouden. Het geheugen voor de lange en korte termijn lijkt intact. De intelligentie wordt geschat als
gemiddeld. De waarneming is ongestoord. Het denken is traag, maar wel samenhangend. Er zijn geen
wanen. De stemming is wat mat, maar niet somber; het affect moduleert adequaat. Er zijn geen
suïcidegedachten of -plannen. De patiënt is bij het eerste gesprek nogal terughoudend over zijn
klachten. Een tweede gesprek blijkt nodig om zijn alcoholprobleem goed in kaart te brengen. De
patiënt blijkt al vanaf zijn vijftiende levensjaar alcohol te drinken. De hoeveelheid is in de loop der
jaren langzaamaan groter geworden. De laatste vijf jaar drinkt hij twaalf tot vijftien glazen per dag. Hij
drinkt iedere dag, want als hij een dag niet drinkt, krijgt hij last van zweten, hoofdpijn, trillen,
onrustgevoelens en soms een paniekaanval. Hij slaapt goed in, maar wordt vroeg wakker. Ook heeft
hij de laatste tijd last van pijnlijke benen. De patiënt vertelt dat toen zijn kinderen werden geboren,
hij gedurende drie jaar helemaal niets gedronken heeft. Een jaar nadat hij gestopt was, kreeg hij
onverwachts last van angst en trillen, pijn op de borst en hartkloppingen. De huisarts heeft deze
aanvallen destijds gediagnosticeerd als paniekaanvallen. Hij moest zich ziekmelden en ging steeds
meer drukke ruimtes en ver van huis vermijden. Hij is weer begonnen met alcohol drinken, omdat de
paniekaanvallen steeds heftiger werden, hij zonder alcohol geen boodschappen durfde te doen en
niet meer met de bus durfde te reizen. Zijn angstklachten zijn de laatste tijd verergerd; hij gaat
nauwelijks nog alleen van huis en heeft vaak paniekaanvallen. De verslavingsarts bespreekt in het
aanmeldingsoverleg met de aanwezige collega’s van het CAD wat haar twijfels zijn over de manier
waarop zij de angstklachten moet classificeren: (1) stoornis in alcoholgebruik als enige classificatie,
waarbij de paniekaanvallen worden geïnterpreteerd als behorend tot dit syndroom en (2) een
stoornis in alcoholgebruik met een paniekstoornis en agorafobie. De paniekaanvallen worden bij deze
tweede mogelijkheid dus separaat van de middelenafhankelijkheid als classificatie toegekend. De
verslavingsarts begint met de behandeling. De patiënt stopt niet direct bij het eerste gesprek met het
gebruik van alcohol. Hij ziet het nut hier eigenlijk niet van in. De verslavingsarts geeft uitgebreid
voorlichting over de schadelijke gevolgen van overmatig alcoholgebruik, voor zijn gezondheid, maar
ook voor zijn gezin. Na enkele gesprekken is de patiënt nog steeds niet in staat het alcoholgebruik te
stoppen en de verslavingsarts weet niet hoe nu verder.
, Verwerk twee verschillende verklaringsmodellen
Bio psychosociaal model
Biologisch aspect = Jacob vertoont fysieke symptomen zoals zweten, hoofdpijn, trillen en
paniekaanvallen bij het stoppen met alcohol. Dit wijst op een ontwikkelde fysiologische
afhankelijkheid van alcohol. Ook kunnen de pijnlijke benen een teken zijn van een neurologische
stoornis, wat een gevolg kan zijn van langdurig overmatig alcoholgebruik.
Psychologisch aspect = de patiënt vertoont symptomen van angst, dit zie je terug in de
paniekaanvallen. Deze ontstaan op de momenten wanneer hij de poging doet om alcohol te
vermijden, dit maakt de paniekaanvallen/angst erger. Hierbij kunnen psychologische factoren zoals
stress, zelfbeeldproblemen of depressie een rol spelen en dit kan zijn alcoholgebruik verergeren.
Sociaal aspect = Jacob drinkt al sinds zijn vijftiende en zijn drinkgedrag is in de loop van de jaren
toegenomen. Het gezinsleven lijdt onder zijn alcoholmisbruik, zoals blijkt uit het terugtrekken van zijn
zoon de verstoring van zijn werk. Door zijn alcoholmisbruik gaat Jacob zich vaker ziekmelden, drukke
ruimtes vermijden en durft hij zonder alcohol geen boodschappen te doen en niet meer met de bus
te reizen. Dit verkleint zijn sociale netwerk.
ICF-Model
Lichaamsfuncties = dit omvat de biologische en fysiologische functies van het lichaam. In de casus van
Jacob gaat het hierbij onder ander over de fysieke symptomen van alcoholafhankelijkheid, zoals
zweten, hoofdpijn, trillen en paniekaanvallen bij stoppen. Ook gaat het om de neurologische
complicaties van alcoholgebruik, zoals pijnlijke benen.
Stoornis = in het geval van Jacob spreken we over een stoornis in alcoholgebruik, waarbij hij
afhankelijk is geworden van alcohol en fysieke en psychische symptomen ervaart wanneer hij
probeert te stoppen met drinken. Daarnaast heeft Jacob symptomen van angststoornissen,
waaronder paniekaanvallen.
Activiteit = het alcoholmisbruik van de patiënt beïnvloedt zijn dagelijkse activiteiten negatief, zoals
werken, boodschappen doen en sociaal bezig zijn. Hij vermijdt drukke ruimten en heeft moeite om
van huis te gaan vanwege zijn angst.
Participatie = het alcoholmisbruik en daarmee samenhangende angststoornissen hebben een
negatieve invloed op de participatie van John zijn gezinsleven, werk en sociale activiteiten. Dit slaat
ook door op de kinderen, zijn zoon is gestopt met voetbal vanwege het gedrag van zijn vader tijdens
sommige wedstrijden.
Omgevingsfactoren = Jacob drinkt al sinds zijn vijftiende, dit laat zien dat hij continu de
beschikbaarheid had over alcohol en hij hiermee is opgegroeid. Als zijn sociale kring een tolerantie
heeft voor overmatig alcoholgebruik, kan dit zijn drinkgedrag versterken. In de casus zie je dat het
gezin van Jacob lijdt onder zijn alcoholmisbruik, ook kan dit wijzen op een gebrek aan steun of
beperkingen van zijn familie tegenover het alcoholprobleem. Dit kan het voor Jacob moeilijker maken
om hulp te zoeken of openlijk over zijn problemen te praten, ook kan dit leiden tot een gevoel van
isolement. Het isolement wordt op dit moment steeds groter bij Jacob. Je ziet ook in de casus terug
dat Jacob in zijn eerste gesprek terughoudend is over zijn alcoholgebruik en zich lijkt te schamen voor
zijn klachten.
Persoonlijke factoren = In het gesprek met de arts maakt Jacob, man van 53, moeilijk oogcontact en
spreekt hij met dubbele tong. Ondanks dat is zijn bewustzijn helder, oriëntatie intact en wordt er een
gemiddelde intelligentie geschat. Ook de waarneming is ongestoord en er is geen sprake van wanen.
Zijn vrouw beschrijft echter dat Jacob af en toe opvliegend is, onrustig slaapt en zich regelmatig
ziekmeldt van werk. Jacob heeft met zijn vrouw een gezin van 2 kindjes, zijn zoontje is boos op hem
maar heeft vooral een verdrietige indruk.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Nataschavdveer. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.27. You're not tied to anything after your purchase.