100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Ziekteleer Neurologische aandoeningen $9.22   Add to cart

Summary

Samenvatting Ziekteleer Neurologische aandoeningen

 28 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting van de powerpoints en notities van zowel Prof Demeestere als Desloovere

Preview 4 out of 92  pages

  • January 10, 2024
  • 92
  • 2023/2024
  • Summary
avatar-seller
Neurologische ziekteleer
LESSEN DESLOOVERE

Les 28/09: Anatomie van het oor
 De drie zintuigen met als doel evenwicht en stabilisering blik
- Evenwichtsorgaan (bevindt zich in het oor)
- Visuele informatie: coördinatie
- Proprioceptie: positie hoofd tov rest wereld
 Foto gehele oor:
- Gehoorgang  trommelvlies (achteraan)  
middenoor  de 3 gehoorbeentjes: hamer/malleus,
stijgbeugel/stapes, aambeeld/incus 
evenwichtsorgaan en slakkenhuis hangen samen (vaak
samen pathologie)  daarvan vertrekt zenuw
(cochleavestibularis: info slakkenhuis en evenwicht
doorsturen)

Anatomie binnenoor en evenwichtsorgaan
 Evenwichtsorgaan: practica les  korte samenvatting
- Labyrinth bestaat uit cochlea en evenwichtsorgaan
- Evenwichtsorgaan: 3 semicirculaire kanalen met endolymfe vloeistof + utriculus + sacculus)
- Hieraan: nervus vestibularis (deel van craniale zenuw VIII)  gaat naar vestibulaire kernen
- Functies:
o Blikstabilisatie
o Evenwicht: samen met info uit visus en proprioceptie systemen
o Oriëntatie en navigatie
 Semicirculaire kanalen:
- 1ste deel: half cirkelvormige kanalen (semicirculaire kanalen: anterieur, posterieur en horizontaal)
o zitten vast op middelste gemeenschappelijk deel
o Andere functie dan middelste gedeelte
o Detectie doen van elke beweging
 Registratie van draaibewegingen
- Gemeenschappelijk gedeelte met evenwichtsorgaan = ultriculus  registratie zwaartekracht

 3 compartimenten evenwichtsorgaan
- Blauw: belangrijkste = endolymfecompartiment (1/3)
o Langs ene kant trilharen: voor gehoor verantwoordelijk 
verbonden met middendeel slakkenhuis (trilharen)
o Andere kant voor evenwicht
o Vestibulaire zintuigcellen liggen hier
- Perilymfe compartiment (rond blauw)  benige omkadering 2/3
- Benig labyrint: holte waarin labyrint zit
- Zwaartekracht: sacculus en utriculus

 Schematisch:
- Middenoor (MO): twee verbindingen

, 1) Stijgbeugel /stape is laatste deel gehoorbeentjes  maakt contact met ovale venster ( =
membraan die scheiding vormt tss middenoor en binnenoor  trilt als we spreken)  wordt
doorgegeven naar perilymfe compartiment
o Dit kan zowel naar slakkenhuis als naar evenwichtsorgaan gaan
2) Ronde venster (vormt de uitgang: trillingen komen hier terug uit)
- Endolymfe compartiment (middenin, donkergrijs)
o In elk van die half cirkelvormige kanalen zit telkens een verdikking (ampulla)  daar zit een
klep/cupula en sluit de kanalen/ampulae volledig af (zit water in)
- Utriculus: gemeenschappelijke ruimte waar de 3 semicirculaire kanalen samenkomen
Detectie draaibewegingen
- Utriculus en sacculus (met elkaar verbonden)  bepaald epitheel namelijk de macula = allemaal
trilhaartjes (horizontaal en verticaal)  verantwoordelijk voor registratie zwaartekracht (registreren
lineaire versnellingen)
o U en S zijn verbonden via ductus endo lymfaticus  gaat naar craniaal  saccus
endolymfaticus
o Endolymfe geproduceerd in sacculus
o Resorptie in ductus en saccus endolymfaticus

Vestibulaire zintuigcellen
 2 types vestibulaire zintuigcellen (die zitten in de cupula in de ampula)
- Type 1: verantwoordelijk voor registratie langzame bewegingen
- Type 2: snelle beweging

 Bij beweging cupula in ampulla:
- Trilhalen bewegen (zijn allemaal op zelfde manier georiënteerd)
a) Stereocilia meerdere, kleine trilharen
b) Kinocilium: één groot en lang trilhaar
- Trilharen zitten vast in een klep (cupula densiteit gelijk aan die van endolymfe  niet onderhevig
aan de zwaartekracht)  bij beweging trilharen in gelatineuze massa  stimulatie vestibulaire deel
 signaal naar nervus vestibularis (in halfcirkelvormige kanalen)

 2de deel = macula
- vlak epitheel met allemaal trilharen op in zelfde manier georiënteerd
- Op macula: gelatineuze massa met Cacarbonaatkristallen  onderhevig aan de zwaartekracht
omdat die kristallen erop liggen

Halfcirkelvormige kanalen
 Wat
- 3 halfcirkelvormige kanalen in 3 vakken van de ruimte
o 1: horizontaal kanaal (nog 30 graden van echte horizontale vlak)
 Bij vierpotig dier staat dit verticaal
o 2 verticale kanalen (anterieur (2) en posterieur (3))
- 90° tov elkaar om iedere beweging te realiseren
- 45° tov saggitale of frontale vlak
- Kanalen zijn gekoppeld (horizontaal: L en R 30° tov elkaar)
- Voorste verticale kanalen in zelfde vlak als achterste verticale vlak aan andere kant
 Symmetrisch en in spiegelbeeld tov elkaar  info van 2 kanten met elkaar
vergelijken
 Trilharen in de cupula ook in spiegelbeeld tov elkaar
o Horizontaal kanaal: kinocilia aan de middellijn georiënteerd

, - Kanalen met elkaar gekoppeld, verticale hoek van 45° met saggitale vlak, liggen in spiegelbeeld tov
elkaar
 Horizontale kanaal
- U = ultriculus (gemeenschappelijk gedeelte)
- Werkt functioneel als een cirkel door het middelste gedeelte
 Macula:
- Gelegen in utriculus en sacculus
- Calciumcarbonaatkristallen: 6 hoekige kristallen die mooi geordend zijn
 Belangrijk voor registratie zwaartekracht
- Macula = horizontale gedeelte
- Macula sacculus (2 flapjes) staan verticaal


Vestibulaire reflexbanen (autonoom)
 Info nodig voor…
- Blikstabilisatie: vestibulo- oculomotorische baan
- Houding (vb op 1 been staan): vestubulo-spinale baan
 Hoe lopen deze?
- Vestibulo- oculomotorische baan : Van slakkenhuis  vestibulaire kern (naast hoorn 4e ventrikel) 
2e zenuwbaan naar occulomotore in hersenstam en van daar naar het oog
- Vestibulo spinale baan: evenwichtsorgaan  vestibulaire kern  ruggenmerg  spier
 Centrale verbindingen:
- Banen hebben systemen die moeten ingrijpen wanneer er een probleem is
- Vestibulaire ganglion (1e neuron komt toe)  naar vestibulaire kernen  oogspierkernen
o 2 belangrijke verbindingen
 1. Cerebellum (belangrijkste)
 2. Cereberale cortex

Halfcirkelvormig kanaal:
 Werking:
- Cirkel met klep
- Evenwichtsorgaan in rotsbeen, endolymfe zit erbinnen in
- Beweging naar links  hoofd naar links, wanden bewegen naar links maar vloeistof heeft vertraging
(endolymfe)
- Op tekening: puntje wand, puntje vloeistof
o Wand direct mee bewegen maar vloeistof met vertraging
o Versnellen: endolymfe blijft wat achter en gaat afwijken naar 1 kant
o Constante snelheid: cupula komt tot rust in normale stand (endolymfe beweegt even snel als
rotsbeen)
 Enkel bij versnelling registreert afwijking
o Als we stoppen, dan gaat de wand mee vertragen, endolymfe gaat wat verder door naar
cupula  gevoel dat je tijdje doordraait (= endolymfe)
 Bewegingen:
- In stilstand - cupula gesloten: er mag geen vloeistof ontsnappen
- hoofdversnelling: je ziet dat endolymfe nog wat doorbeweegt
- Hoofd naar links: endolymfe blijft wat achter en doet beweging naar rechts  beide cupula naar
rechts afwijken
 Vestibulaire zintuigcellen
- Nervus vestibularis is niet werkloos als we niks doen  altijd ontstaan van AP (ook in rustsituatie)
- Stereocilia bewegen weg van kinocilium  AP daalt
- Ernaartoe: AP stijgt  meer AP

,  Mechanische omzetting naar elektrisch signaal
- Draaien: ene kant geeft meer signaal, andere kant minder signaal  vestibulaire kernen
- Stil  geven evenveel signaal

 Codering draaiversnelling vestibulaire kernen
- Rust: symmetrisch signaal & symmetrische tonus
- Bij draaiversnelling  asymmetrie tonus (je krijgt een groter verschil)
o Intensiteit draaiversnelling vertaalt zich in een groter verschil in tonus dan trage beweging
o Richting wordt bepaald door vergelijking rechter en linker zijde
- Draaien naar links
 links bewegen ze naar kinocilia toe  toename #AP  tonusverhoging
 Langs rechts is er een verlaging van aantal AP  tonusverlaging

Vestibulo-oculair reflex
 Wat?
- Zorgt voor blikstabilisatie
 Nystagmus = ritmisch heen en weer bewegen van de ogen, zonder dat u dit zelf stuurt
- Tonusverhoging aan ene kant en verlaging aan andere kant: bedoeling om ogen stabiel te houden
o Als je naar links draait, gaat ogen naar rechts MAAR ogen zijn beperkt
o Nystagmus: als we bewegen gaat het oog de omgeving blijven bekijken (beweging naar links,
oog traag rechts, snel terugkeren naar links, volgende punt pakke en terug traag bewegen
naar rechts)
 = trage beweging ene kant, snelle beweging andere kant = zaagtandpatroon (trage
beweging wordt gestuurd door vestibulaire systeem)
 Wij zien dit als vloeiend  centraal wordt die terugschuifbeweging van de ogen
uitgeschakeld
- Belangrijkste parameter: snelheid vd trage fase
o Hoe sneller we bewegen, hoe sneller nystagmuspatroon (Snelle beweging valt het meeste op)
o Nystagmus benoemt naar de snelle fase
o Video: nystagmus naar rechts (oog beweegt heel snel terug naar de rechterkant)
- Je hebt een nystagmus in dezelfde richting: dit komt omdat die traag in tegenovergestelde richting
moet gaan en snel in zelfde richting moet gaan om een punt te pakken

Andere halfcirkelvormige kanalen
 Effect stimuleren andere kanalen
- Horizontaal kanaal is verbonden met laterale oogspieren
- De andere kanalen
o Gekoppeld aan schuine/verticale oogspieren  dorsiflexie
o Zorgt voor rotatie van het oog

Macula
 Functie macula…
- Registratie van de zwaartekracht
 Hoofd achterover, CaCO-kristallen vallen achterover  macula gaat buigen in 1 richting, want zijn
hetzelfde gericht (ofwel naar kiliocilium of ervan weg)
- Registratie lineaire versnelling  horizontaal (UTRICULUS)
 Stilstand: otoconia/kristallen staan horizontaal
 Bij versnelling gaat deze afbuigen naar achter want kan niet zo snel bewegen
 Bij vertraging: kristallen buigen door naar voor
 Constante snelheid = mooi meebewegen (ze veren terug)
 Stoppen? Dan blijft die nog even doorgaan om uiteindelijk terug tot stilstand te komen

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller BN2003. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $9.22. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

80467 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$9.22  1x  sold
  • (0)
  Add to cart