Autre
Begrippenlijst Levenslooppsychologie
- Cours
- Établissement
- Book
Begrippenlijst Levenslooppsychologie. Kan ook gebruikt worden voor ontwikkelingspsychologie.
[Montrer plus]Aperçu 1 sur 9 pages
Quelques exemples de cette série de questions pratiques
1.
Lichaamsbouw 6 -12
Réponse: King heeft platte buik met lichte taille, langere ledenmaten en een kleiner hoofd
2.
Overgewicht of kinderobesitas
Réponse: Door welvaart hebben veel kinderen overgewicht. Deels een kwestie van opvoeding. Prettige associaties met eten (eten bij tv) Of imitatie andere kinderen of volwassenen.
3.
Grove motoriek schoolkind
Réponse: toenemende verfijning of differentiatie ontstaan: Door groeispurt kan ook onhandigheid ontstaan. Schoolkind is n staat alle typen volwassen sport te doen zowel motorisch als cognitief omdat coördinatie tussen ogen, handen/foeten vloeiender en meer beheerst worden
4.
Seksspecifieke sport
Réponse: Omdat jongens en meisjes uiteenlopende interesses hebben en elkaar niet zo goed begrijpen zoeken ze andere hobby\'s en bezigheden. Verschillen kun je niet lichamelijk verklaren wel kunnen er andere motorische vaardigheden ontstaan door de verschillende sporten
5.
Sociale aspect sport
Réponse: Kinderen die in teams spelen moeten kunnen concurreren. Ze zijn hierdoor sterk en krijgen een hogere status van leeftijdgenootjes. Als zij hier in onderpresteren hebben zij juist sociale problemen
Quelques exemples de cette série de questions pratiques
1.
Verschillen jongens en meisjes: Jongens
Réponse: - XY chromosoom - Testosteron - Rechterhelft beter ontwikkeld: zien, abstractie, overzicht totaal - Strijd om hiërarchie - Meer verkennend in spel, minder communicatie gericht meer op voorwerpen - Zetten emoties minder om in taal (fysiek, impulsief) - Later puberteit dan meisjes.
2.
Verschillen jongens en meisjes: Meisjes
Réponse: - XX chromosoom - Progesteron, Oestrogeen - Linkerhersenhelft beter ontwikkeld: Taal, detail, spreken - Meer samenhang tussen hersenhelften - Spel met communicatie (gericht op anderen) - Gevoelig voor depressies op volwassenleeftijd
3.
Ontwikkelingsfasen
Réponse: Belangrijk voor autonomie en overgang naar volwassenheid. - Omgaan met autoriteit - Omgang met leeftijdsgenoten - Vrije tijdbesteding - Het kiezen van een geschikt beroep/opleiding - Vinden van levenspartner
4.
Puber
Réponse: Geslachtsrijp worden
5.
Adolecentie
Réponse: Opgroeien en volwassenworden
Quelques exemples de cette série de questions pratiques
1.
Lichamelijke veranderingen 40-60 jaar
Réponse: - Huid wordt minder elastisch en gaat rimpels vertonen - Haar kan langzamer grijzer en dunner worden - Gewicht kan enigzins toenemen door vetophopingen rond de heupen - Lichaamslengte kan afnemen door verlies netweefsel in wervelkolom - Spierkracht neemt gemiddeld 25% af - Hart krijgt minder zuurstof, eerder moe worden na krachtinspanning - Zintuigen minder goed functioneren. Eerst zicht dan gehoor
2.
Gezichtsvermogen
Réponse: - Presbyopie: ooglens wordt minder elastisch. Minder scherp stellen. - - Leesbril aanschaffen. - Vloeistof in ogen veranderen. Last krijgen van schitteringen. - Overgang licht naar donker moeilijk - Dieptewaarneming wordt minder - Kleurgevoeligheid kan afnemen - Gezichtsveld wordt kleiner
3.
Overige zintuigen
Réponse: Smaak minder duidelijk te onderscheiden (vooral bitter en zout) Reukzin blijft hetzelfde Tastzin is gevoeliger (temperatuur) door dunne en rimpelige huid
4.
Overgang
Réponse: Rond de 50ste, begint 1 jaar voor je laatste menstruatie (menopauze). Het starten van de menopauze is genetisch en hangt af van overgewicht. Als een vrouw 12 maanden niet gemenstrueerd heeft is de menopauze ten einde.
5.
Visie menopauze (climacterium): Biologisch model
Réponse: Schrijft veranderingen toe aan veranderde hormoonspiegels. Zouden de lichamelijke veroudering stimuleren
Quelques exemples de cette série de questions pratiques
1.
Sociale factoren invloed goede lichamelijke conditie (Ryff)
Réponse: - Zelfacceptatie - Autonomie - Omgevingsbeheersing - Persoonlijke groei - Doelgerichtheid - Positieve relaties met anderen
2.
Primairy aging
Réponse: Normale verouderingsprocessen die je ouder maken. Volgens een ingebouwde dynamiek waarbij je gaandeweg merkt dat de lichamelijke reserveren en de weerstand tegen ziektes kleiner worden.
3.
Secundair aging
Réponse: Een versnelde veroudering door ziektes, stress of een trauma.
4.
Verouderingsverschijnselen
Réponse: Functieverlies organen en zintuigen door beschadiging van cellen en weefsels. Proces neemt toe met de leeftijd en is daarom kwantitatief verlies te noemen. Kwaliteit verlies van functioneren omdat het minder goed aanpassen aan veranderen omstandigheden en minder flexibel zijn.
5.
Verouderingsverschijnselen: De huid
Réponse: Meer rimpels en huis wordt dunner. Haar wordt grijs en dunner. Huid herstelt ook moeilijker na beschadiging.
Quelques exemples de cette série de questions pratiques
1.
Medische constatering van dood
Réponse: Vroeger alleen hart-polsslag en stoppen van ademhaling gecontroleerd. Nu door medische wetenschappen wordt de dood zo lang mogelijk gerekt.
2.
Stadia bij kinderen tot 9 jaar (Nagy)
Réponse: 3 - 5 jaar: Een soort slapen, tijdelijke dood die veel gemeen heeft met leven en bewustzijn. 5 - 9 jaar: zien de dood vaak als persoon, bijvoorbeeld een slechte man. Sommige mensen ontkomen aan de dood en hoeven dus niet te sterven Vanaf 9 jaar: Zie de dood als werkelijke begrip. Het is een onomkeerbare gebeurtenis; leven wordt eindigt en lichaam functioneert niet meer
3.
Beleving en betekenis dood (Leijssen): Fysieke
Réponse: Te maken met uiterlijk, stoffelijkheid en gezondheid. Jonge mensen denken vaak aan uiterlijk terwijl ouderen meer aan gezondheid denken.
4.
Beleving en betekenis dood (Leijssen): Psychische
Réponse: Het tot je recht komen als persoon. Alle leeftijden even belangrijk
5.
Beleving en betekenis dood (Leijssen): Sociaal niveau
Réponse: Jongeren vinden geaccepteerd worden belangrijker, ouderen betekenen voor elkaar.
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur DaphneW98. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €2,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.
4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)
96662 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours
Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans