This is a summary of Duck & McMahan's book: Communication in Everyday Life. This summary contains all the literature and the knowledge clips from week 3 in English. Important terms are highlighted. Weeks 1, 2, 4, 5 and 6 have also been uploaded.
Kennisclip 3
Semiotiek: tekenleer
Hoe worden symbolen gebruikt om een boodschap over te brengen
Taal = code waarin symbolen worden gebruikt om betekenis te construeren
Taalwetenschap: 2-3 onderdelen/takken
1. Semantiek: wat is de relatie tussen symbolen en hun betekenis
2. Syntax: hoe kun je worden combineren, hoe zijn zinnen opgebouwd
Is linguïstische kennis (over syntax en semantiek van een taal) genoeg om de betekenis te
achterhalen van een boodschap
3. Pragmatiek = de betekenis van een uiting - de waarheidscondities
Combinatie semantiek en syntaxis genereren een zinsbetekenis die specificeert
onder welke omstandigheden die zin ‘waar’ is (als je woordvolgorde verandert, wat
gebeurt er dan met de betekenis?)
Doel: ontwikkelen van verzameling van principes die bepalen hoe linguïstische
kennis én algemeen redeneren interacteren in het taalbegrip proces
Centrale vraag: hoe is het mogelijk dat we taal vaak moeiteloos gebruiken, terwijl er
geen grenzen lijken te bestaan voor wat woorden kunnen overdragen en voor het
soort ambiguïteiten dat ze kunnen oproepen?
- Linguïstische kennis
- Algemeen redeneren (wat bedoelt iemand?)
Paul Grice (taalfilosoof) - samenwerkingsbeginsel: stem bijdrage aan het gesprek af op
hetgeen in dat stadium van het gesprek vereist is voor het doel of de richting van het
gesprek waaraan u deelneemt (bijdrage leveren wat op dat moment interessant is voor dat
deel van gesprek = samenwerking)
Je mag er vanuit gaan dat er een samenwerking is - je gaat er van uit dat een spreker zich
houdt aan het samenwerkingsbeginsel en daarop baseer je je interpretaties
4 regels (maximen):
1. Kwantiteit: geef zoveel informatie als nodig is (voor het doel van het gesprek), niet
meer en niet minder
2. Kwaliteit: is het waar? zeg niets waarvan u gelooft dat het niet waar is en zeg niet
iets waarvoor u onvoldoende bewijs heeft
3. Relevantie: zorg dat als je reageert dat je reactie relevant is gezien het
onderwerp/doel
4. Wijze/vorm: wees duidelijk, breng het zo helder mogelijk
Conversationele implicatuur - er kan iets volgen op wat je zegt, je kunt de geïnfereerde
betekenis cancellen
Relevantietheorie (Sperber en Wilson): er zijn geen 4 maximes - er is één belangrijke regel:
maak je uiting zo relevant als nodig is voor het gesprek waar je aan deelneemt
Wat is relevantie? - hangt af van 2 factoren:
, - Effect: wat is het gevolg van die uiting voor onze kennis, welke impact heeft het op
wat we weten of denken te weten
- Hoe makkelijk is het om die kennistoename te realiseren?
Een uiting is dus relevant als die je echt iets nieuws leert/iets verandert en als het eenvoudig
is
Als iemand iets tegen jou zegt dan mogen wij er van uit gaan dat wat diegene zegt
voldoende relevant is om aandacht aan te besteden (nieuwe kennis) en dat de manier
waarop iemand het zegt de meest optimale manier is om dat effect te bewerkstelligen (beste
manier om de informatie over te brengen)
Om dit goed te doen heb je een idee nodig van wat de common ground is
Common ground = gedeelde context
Het belang van common ground - ‘Ik weet dat jij weet dat ik weet..’
Voorbeeld: als jij weet dat ik weet wie je vader is, naar wie wijs je dan’, is dus afhankelijk van
wat jij denkt dat de ander weet (daarop baseer jij interpretaties van uitingen)
Verkeerde inschatting maken van wat iemand al weet kan ertoe leiden dat jouw boodschap
niet relevant is
Hoe ontstaan common grounds?
- Bottom up: fysieke en sociale context (“die is boos”)
- Top down: vanuit gezamenlijk doel (‘ik weet niet waar die ligt”)
- Culturele context: vanuit gedeelde normen en verwachtingen (hoe wilt u uw steak?”)
Face management/Impression management
2 vormen van gezichtsverlies/face
- Negative face: je wilt gewoon kunnen doen wat je wilt doen (ongehinderd, niets
moeten) - is bedreiging van jouw negative face
- Positive face: je wilt leuk gevonden worden - de wens dat het beeld dat je projecteert
wordt gewaardeerd
Self Determination Theory (basisbehoeften: autonomie, competentie, verbondenheid) in
relatie Face (negative face = autonomie, positive face = verbondenheid)
Verzoeken en beleefdheidstheorie (Brown & Levinson) - taaluitingen kunnen leiden tot
bedreiging van jouw negative of positive face (ontvanger en spreker)
Uitvoeren van gezichtsbedreigende handeling kan leiden tot het bedreigen van je eigen
gezicht (maar dus ook die van de ander)
(Voorbeeld in deel 4 - over naar de film gaan)
Verzoeken zijn altijd potentieel gezichtsbedreigend - daarom zijn er verschillende
strategieën:
- Bald on record: heel duidelijk, straight forward
- Positieve beleefdheid: op een aardige manier (met compliment - versterking positive
face andere persoon) iets verzoeken
- Negatieve beleefdheid: begrip over inbreuk op negatieve face (autonomie van de
ander)
, - Off Record: indirect, niet letterlijk zeggen (hoeft niet als verzoek geïnterpreteerd te
worden
- Niet doen
Wat bepaald de ernst van de bedreiging?
- Social Distance (symmetrisch, tweezijdig): hoe goed ken je elkaar?
- Power (asymmetrisch - eenzijdig): is er een verschil in macht?
- Imposition (cultuurafhankelijk): hoe groot is het verzoek? kost het veel moeite?
Het wonder van conversatie - gemiddelde gespreksbeurt kost 2 seconden - duurt die stilte
langer dan geeft dit een signaal
Waarom een wonder?
Gemiddelde tijd om woord uit te spreken is 0.6 seconde
De pauze tussen twee gespreksbeurten is 0.2 seconde
Wat betekent dit? - je denkt dus al na over jouw antwoord, voordat diegene klaar is met
spreken (je voelt aan wanneer iemand begint met spreken, wat diegene nog gaat zeggen en
formuleert je reactie)
Duck & McMahan Hoofdstuk 3
Frame = een context dat invloed heeft op de interpretatie van communicatie
Taal heeft 2 structuren:
Syntax = de opstelling van woorden en zinnen om goed geformuleerde zinnen de creeëren
in een taal - regels voor aspecten, zoals woordvolgorde
Grammar (inclusief syntax) = alle regels van taal
Verbale communicatie = het gebruik van taal om met een andere ‘geest’ te connecten/in
contact te komen
The ladder of abstraction (language, words, symbols): elke term is abstracter dan de ander,
we kunnen ervoor kiezen om bij verbale communicatie heel specifiek te zijn, of juist abstract
How is Verbal Communication Symbolic?
Het gebruik van taal is onderdeel van verbale communicatie. Taal bestaat uit symbolen
(menselijke creaties - geen directe connectie tussen een symbool en de betekenis)
Verbal Communication Involves Meaning
Denotative and Connotative Meanings
Polysemy = term dat woord gebruik om aan te geven dat een woord meerdere betekenissen
heeft
- Denotative meaning (dictionary, definition, denotative) = de algemene betekenis van
een woord, de identificatie van iets door het aan te wijzen (‘There is a cat’)
Gesprekken werken alleen wanneer mensen aannemen dat zij dezelfde betekenis
aan een gebruikt woord koppelen
Context is een van de grootste aanwijzingen: het kan je iets vertellen over welke
betekenis gebruikt wordt
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller C4TY. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.24. You're not tied to anything after your purchase.
