Hand-opdrachtenboek 6a Biologie voor Jou 2e Fase Vwo
Een uitgebreide samenvatting over het thema Transport uit het leeropdrachtenboek Biologie voor jou VWO 6.
Deze samenvatting is samengesteld vanuit de methode Biologie voor jou, maar kan ook gebruikt worden wanneer er geleerd wordt via een andere methode.
Dit is een uitgebreide samenvatting, waari...
Transport
Basisstof 1
Functie van het bloedvatenstelsel:
- Transport stoffen en warmte tussen inwendig milieu en uitwendig milieu.
- Transport afscheidingsproducten van hormoonklieren.
Slagader gaat altijd van het hart af (meestal zuurstofrijk behalve navelstrengslagader en
longslagader)
Ader loopt naar het hart toe (meestal zuurstofarm behalve navelstrengader en longader).
1. Rechterkamer
2. Longslagader (zuurstofarm)
3. Haarvaten linkerlong / Haarvaten rechterlong
4. Longader (zuurstofrijk)
5. Linkerboezem
6. Linkerkamer
7. Aorta (zuurstofrijk)
8. Haarvaten hoofd en armen / Haarvaten buikholteorganen en benen
9. Bovenste holle ader / Onderste holle ader (zuurstofarm)
10. Rechterboezem
Vier stel kleppen die het terugstromen van bloed voorkomen:
Hartkleppen:
- Tussen boezems en kamers.
- Voorkomen dat bloed terugstroomt van kamers naar boezems.
- Tijdens de systole (het samentrekken) van de kamers.
Halvemaanvormige kleppen:
- Aan het begin van de aorta en longslagader.
- Voorkomen dat bloed terugstroomt van de slagaders naar de kamers.
- Tijdens de hartpauze en de diastole van de boezems
- De halvemaanvormige kleppen zijn alleen open wanneer de kamers samentrekken.
De boezems trekken van boven naar beneden samen. De sinusknoop zit links bovenaan in
het hart. Tussen de onderste en bovenste holle ader. Vanaf daar trekt de boezem samen.
Dus het bloed kan niet teruglopen.
De longen zijn serie geschakeld met overige organen, maar de overige organen staan
allemaal parallel van elkaar geschakeld. Dat komt omdat eerst al het bloed door de longen
gaat (voldoende aanvoer O2 en verwijdering CO2). De overige organen zijn parallel omdat
de stoffen gelijkmatig verdeeld worden (niet eerst helemaal door ene orgaan en dan
helemaal door andere orgaan, maar gesplitst).
Je hart zorgt ervoor dat het bloed stroomt en stoffen transporteert in je lichaam. Als foetus
kreeg je zuurstof en voedingsstoffen via de placenta en de navelstreng. Er stroomde maar
weinig bloed via de longslagader naar je longen. Bij de geboorte veranderde je
bloedsomloop, doordat je je longen moest gaan gebruiken. Tussen de rechter- en
linkerboezem bevindt zich voor de geboorte een opening, het ovale venster. Een groot deel
van het bloed stroomt via deze opening rechtstreeks naar de linkerboezem. Dit bloed wordt
vervolgens door de linkerkamer in de aorta geperst. Daarnaast is er bij een embryo een
,verbinding tussen de longslagader en de aorta: de ductus arteriosis (ductus Botalli). Het
grootste deel van het bloed dat door de rechterkamer wordt weggepompt, komt via de ductus
arteriosis in de aorta terecht.
Is het zo dat: Normaal gesproken gaat bloed van de onderste holle ader naar rechter
boezem – rechterkamer in de longslagader. Bloed van linker boezem – linker kamer richting
aorta. Omdat de longen in het embryo nog niet werkzaam zijn, moet het bloed terechtkomen
in de aorta i.p.v. longslagader. Hiervoor zijn twee manieren. 1. Ovale venster. 2. Ductus
Botalli.
Direct na de geboorte wordt de verbinding met de placenta verbroken en begint de baby te
ademen. Doordat de longen zich vullen met lucht, neemt de weerstand in de longhaarvaten
af. De longen zijn verschrompelt. Daarna als er lucht bij komt dan vullen de longen. Ze
drukken tegen de haarvaten aan en daardoor wordt de weerstand lager. En – longslagader
gaat meer bloed verwerken want er moet bloed naar de longen, er ontstaat bloeddruk want
de haarvaten kunnen niet meer uitzetten. Eerst stroomt er weinig bloed doorheen, als je
baby bent veel meer. Weinig bloed door de haarvaten als foetus want de cellen daar moeten
wel nog van voedingsstoffen worden voorzien en dat gaat enkel als er bloed doorheen
stroomt. Het bloed stroomt nu gemakkelijker vanuit de rechterkamer in de longslagaders en
longhaarvaten. Hierdoor daalt de bloeddruk in de rechterkamer en ook in de rechterboezem,
terwijl de bloeddruk in de linkerboezem stijgt door de aanvoer van bloed vanuit de longen.
Bloeddruk in de haarvaten bij longen als foetus hoog, omdat deze verschrompelt zijn is er
veel moeite voor nodig om het weinige bloed erdoorheen te pompen. Het wordt een baby, en
dan gaan de longen uitrekken en de vaatjes gaan mee. Ze zuigen het bloed aan – bloed
wordt de vaatjes ingetrokken. Er is minder moeite nodig om bloed door de haarvaten te
krijgen, omdat ze niet meer verschrompelt zijn. Al het bloed komt in linker kamer terecht, dus
om alles rond te kunnen pompen wordt de bloeddruk hoger. Dus eerst pompte de rechter
kamer nog bloed via de ductus Botalli, die valt nu weg. Dus alles gaat via de longader –
linker boezem – linker kamer – aorta.
Dit heeft tot gevolg dat het ovale venster door een klep wordt gesloten. Deze klep vergroeit
spoedig met de harttussenwand. Spieren in de wand van de ductus Botalli trekken zich
samen, waardoor de ductus Botalli nauwer wordt. Later verschrompelt en verdwijnt de
ductus arteriosis. Ook de resten van navelstrengaders en -aders verschrompelen en
verdwijnen.
, Bij eencellige organismen en bij dieren die uit enkele cellagen zijn opgebouwd, vindt
transport van stoffen plaats over kleine afstanden. Het transport vindt plaats door diffusie.
Alleen bij korte afstanden is het transport door diffusie groot genoeg om cellen van
voldoende zuurstof te voorzien. Hetzelfde geldt voor de opname van voedingsstoffen en de
afgifte van afvalstoffen. Bij grotere afstanden in grotere organismen, is alleen transport via
diffusie niet toereikend. Deze dieren hebben een speciaal circulatiesysteem nodig, zoals een
bloedsomloop. Bij een bloedsomloop vindt transport plaats door bloed dat door het lichaam
stroomt. De kracht hiervoor wordt geleverd door een hart. Het hart pompt het bloed door
bloedvaten. Stoffen worden daardoor sneller naar de cellen gebracht dan door diffusie zou
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller marijn66. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.92. You're not tied to anything after your purchase.