100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Radiodiagnostiek onderzoeken OP1.2, MBRT $4.33   Add to cart

Summary

Samenvatting Radiodiagnostiek onderzoeken OP1.2, MBRT

 10 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Hierin staan alle radiodiagnostiek onderzoeken in die worden behandeld in OP1.2 (eerste leerjaar, periode 2). De onderzoeken van de bovenste extremiteiten, onderste extremiteiten, schoudergordel en bekkengordel zijn uitgewerkt en beschreven. Ook de anatomie en pathologie is uitgebreid beschreven.

Preview 3 out of 23  pages

  • No
  • 10.4 en 10.6
  • December 6, 2021
  • 23
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
RD Onderzoek 1.2

Onderste extremiteiten
Anatomie onderste extremiteiten
1 femur
2 epicondyli ossis femoris
3 patella
4 caput fibulae
5 fibula
6 articulatio talocruralis
7 malleolus lateralis
8 talus
9 metatarsus
10 caput femoris
11 collum femoris
12 articulatio genus
13 tuberositas tibiae
14 tibia
15 malleolus medialis
16 calcaneus
17 tarsus
18 phalanges




Anatomie bekkengordel (pelvis)
1 sacrum
2 caput femoris
3 os coccygis
4 collum femoris
5 femur
6 os pubis
7 symphysis
8 vertebra lumbalis V
9 os ilium
10 crista iliaca
11 articulatio sacroiliaca
12 spina iliaca anterior superior (SIAS)
13 os ischii

,Pathologie onderste extremiteiten
- Primaire beentumoren
o Benigne beentumor: Goedaardig
 Osteochondroom (exostose): Te veel groei van kraakbeen en bot aan het
einde van het bot, bij de groeiplaat. Ontstaat door een fout in het EXT1-gen.
 Enchondroom (kraakbeen): Ligt centraal in het bot. Komt meestal voor in de
vingers, tenen, bovenarm en het bovenbeen.
 Chondroblastoom (kraakbeen): Omgevende bot wordt wat weggedrukt en
kan tot verzwakking van het bot leiden. Komt meestal voor bij de groeischijf,
aan de uiteinden van bovenarm, boven- of onderbeen.
 Osteoïd osteoom (vanuit osteoblasten): Er ontstaat een klein gebied van
versterkte botvorming rondom een botpit (nidus). Kan overal voorkomen.
 Osteoblastoom (vanuit osteoblasten): Groei van het bot neemt toe. Komt
meestal voor in het ruggenmerg, proximale humerus en heup.
 Osteoclastoom (reusceltumor – resorptie van beenweefsel): Komt meestal
voor in de lange pijpbeenderen. Kan ook premaligne of maligne zijn.
 Botcyste: Holtes binnen het bot welke gevuld zijn met vloeistof. Ontstaan
tijdens de groei en wordt vooral gezien bij kinderen.
o Maligne beentumor: Kwaadaardig
 Osteosarcoom (vanuit osteoblasten): De kankercellen produceren bot. Kan in
het hele lichaam voorkomen, vooral in de bovenarm of knieregio.
 Chondrosarcoom (vanuit kraakbeen): De tumorcellen produceren kraakbeen.
 Ewingsarcoom (vanuit beenmerg): Tumor ontstaat in het bot of weke
spieren. Kan overal voorkomen, platte botten en pijpbeenderen.
 Fibrosarcoom (vanuit bindweefsel): Bevindt zich in het beenweefsel. Dit
behoort tot de weke delen. Het wordt daarom ook wekedelensarcoom
genoemd. Komt voor in de armen en benen.
 Multipel myeloom (ziekte van Kahler): Vanuit plasmacellen in het beenmerg,
gepaard met botresorptie. Plasmacellen zijn witte bloedcellen die antistoffen
maken.
o Botmetastasen: Uitzaaiingen van tumoren elders in het lichaam.
- Metabolische botziekten
o Jicht: Een verhoogde concentratie urinezuur veroorzaakt de afzetting van
urinezuurkristallen. Hierdoor kan een gewrichtsontsteking in perifere gewrichten
ontstaan, meestal is het basisgewricht van de grote teen (MTP 1) aangedaan.
o Osteomalacie: Verweking van beenweefsel met verlies van botdichtheid. Ontstaat
door een tekort aan calcium, fosfaat of vitamine D in de voeding of opname hiervan
door het lichaam uit de voeding. Bij kinderen spreekt men van rachitis.
o Osteoporose: Botontkalking, door versnelde botresorptie, met afname van de
botdichtheid als gevolg.
o Osteosclerose: Verharding van beenweefsel, toename van botdichtheid.
o Ziekte van Paget (ostitis deformans): Door afbraak wordt beenweefsel sneller
vervangen dan normaal. Hierdoor heeft het nieuwgevormde beenweefsel een
afwijkende structuur en is zwakker dan normaal. De aangedane beenderen
verzwakken en vervormen. De ziekte komt het meest in het bekken voor, maar ook
in de schedel, de wervelkolom, het sacrum en de lange pijpbeenderen van armen en
benen.
- Overbelasting, ontstekingen en infecties
o Artritis: Een ontstekingsproces van de gewrichten. Acute artritis kan ontstaan door:
verwondingen aan het gewricht, infectie van het gewricht of infectieziekten elders in
het lichaam (bijvoorbeeld syndroom van Reiter). Chronische artritis kan ontstaan

, door: artrose, psoriasis (chronische huidaandoening) en reumatische aandoeningen
(reumatoïde artritis). Bij reumatoïde artritis zijn vaak de gewrichten van de knieën,
enkels, voeten, handen en de polsen, aangedaan.
o Artrose: Kraakbeenvermindering in een gewricht door gewrichtsontstekingen en
slijtage. Slijtage kan van nature ontstaan (degeneratief) maar ook als gevolg van
abnormale belasting. Artrose komt vooral voor in de gewrichten van de heupen
(coxartrose), de knieën (gonartrose) en de handen.
o Botnecrose: Afsterven van beenweefsel door een infectie (septisch) of een stagnatie
van de bloedtoevoer (avasculair/ischemisch). Komt het meest voor bij de femurkop.
o Osteochondrose is een verzamelnaam voor meerdere aandoeningen, waarbij sprake
is van groeistoornissen in het beenweefsel. Als oorzaak wordt aan samenhang met
de bloedvoorziening gedacht (aseptische botnecrosen). Enkele voorbeelden zijn:
 Ziekte van Osgood-Schlatter: Verdikking van de aanhechtingsplaats van de
patellapees aan de tuberositas tibiae. Komt voornamelijk voor bij kinderen
die veel aan sport doen (overbelasting tijdens de groei) of een groeispurt
doormaken: het beenweefsel groeit sneller dan de spieren en pezen. Dit kan
leiden tot ontsteking of afscheuring bij de aanhechtingsplaats.
 Ziekte van Köhler (avasculaire botnecrose): Groeistoornis van het os
naviculare, kan leiden tot botnecrose.
 Osteochondritis dissecans: Een gewrichtsontsteking, die vooral voorkomt in
heup-, knie- en ellebooggewrichten, waarbij een kraakbeenfragment (soms
samen met onderliggend botweefsel) scheurt en kan loslaten.
o Osteomyelitis: Ontsteking van beenweefsel (ostitis) en beenmerg (myelitis) door
besmetting vanuit het bloed, een lokale infectie of infectieziekte elders in het
lichaam. Er kan abcesvorming optreden met stagnatie van de bloedtoevoer tot
gevolg, wat tot botnecrose kan leiden.
o Retropatellair syndroom (patellofemoraal syndroom): Een verzameling
aandoeningen veroorzaakt door irritatie van de weefsels rond de knieschijf. Komt
veel voor in het kraakbeen binnen het patellofemorale gewricht (retropatellaire
chondropathie; RPCP). Vooral veroorzaakt door overbelasting van dit gewricht, in
sommige gevallen in combinatie met standafwijkingen van het kniegewricht of de
patella.
o Wekedelenontstekingen: Zoals bursitis (slijmbeursontsteking), tendinitis
(peesontsteking), enthesitis (ontsteking bij de peesaanhechting op het bot) en
plantaire fasciitis (bindweefselontsteking) ontstaan meestal door overbelasting. Kan
gepaard gaan met calcificatie (bijvoorbeeld bij een hielspoor).
o Ziekte van Bechterew (spondylitis ankylopoetica): Chronisch ontstekingsproces van
onder andere de gewrichten van het bekken (SI-gewrichten) en de wervelkolom. Kan
uiteindelijk leiden tot een complete verstijving van de wervelkolom (bamboo-spine).
- Ontwikkelingsafwijkingen
o Dysplasie: Gestoorde of abnormale ontwikkeling. Voorbeelden kunnen zijn: een
gestoorde ontwikkeling van het acetabulum (congenitale heupdysplasie) en een
stoornis in de ontwikkeling van bindweefselcellen die uitrijpen naar beenweefsel
(fibreuze dysplasie).
o Valgus: Standafwijking van een ledemaat, waarbij het distale deel van de mediaanlijn
af wijst. Voorbeelden zijn coxa valga, talipes valgus (enkel), genua valga (knie, X-
benen), hallux valgus (grote teen).
o Varus: Standafwijking van een ledemaat waarbij het distale deel naar de lichaamsas
wijst. Voorbeelden zijn coxa vara (heup), genu varum (knie, O-benen), talipes varus
(enkel), hallux varus (grote teen).
- Traumatologie

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller demilouwers. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.33. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

80796 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.33
  • (0)
  Add to cart