Gedragsproblemen & Jeugdzorg alle colleges uitgewerkt

Wat zijn de vormen van justitieel ingrijpen en noem er een voorbeeld bij?

Réponse: Strafrechtelijk ingrijpen. Bij schade aan zelf of aan anderen. De jongere komt dan in een justitiële jeugdinrichting terecht Civielrechtelijk ingrijpen. Bij een bedreiging van de veiligheid/ontwikkelingskansen van een kind. Hierbij hoort ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing (gesloten jeugdzorg)

Waarop richt de forensische orthopedagogiek zich?

Réponse: De verklaring, het voorkomen en de aanpak van ernstige gedrags- en opvoedingsproblemen, waarbij sprake is van (de dreiging van) justitieel ingrijpen

Opvoeden als gebeurtenis?

Réponse: Opvoeden is dynamisch. Het is datgene wat in de interactie tussen ouder en kind gemeenschappelijk wordt gemaakt

Wat zijn de kenmerken van de forensische jeugdzorg?

Réponse: • Dwang & drang • Complexe problematiek • Beheersen en/of behandelen • Cliënten die niet om behandeling vragen, die geen probleeminzicht hebben

Welke problemen hebben de cliënten in de forensische jeugdzorg?

Réponse: • Problemen met gezag/autoriteit • Problemen met in het nadeel zijn • Problemen met competitie • Problemen met helpen en geholpen worden

Wordt de jeugd steeds meer delinquent?

Réponse: Nee, er is toenemende pacificatie. Er wordt veel minder geweld/agressie/moorden gepleegd dan in de voorgaande eeuwen

Wat is het verband tussen SES, opleidingsniveau en culturele herkomst?

Réponse: De allochtone jongeren laten meer delinquentie zien dan de autochtone jongeren. Maar als je controleert voor SES en opleidingsniveau is er geen verschil. Wel geldt hoe lager SES en opleidingsniveau, hoe hoger de delinquentie

Welke 4 uitgangspunten gelden er bij justitieel ingrijpen?

Réponse: • IVRK • Cliëntparticipatie • Therapeutische interventies: jeugdigen proberen te betrekken in een ondersteunend en constructief proces van verandering • Evidence-based hulpverlening

Wat zegt het transtheoretisch model over motivatie?

Réponse: In dit model worden verschillende motivatiefasen bij cliënten gekoppeld aan effectieve interventies uit verschillende stromingen. Motivatieontwikkeling en gedragsverandering ontwikkelen zich doorgaans geleidelijk en zijn als processen te herkennen volgens een bepaald verloop. Dit verloop wordt beschreven in een stadiamodel van gedragsverandering.

Uit welke fasen bestaat het stadiamodel van gedragsverandering?

Réponse: • Precontemplatie/voorbeschouwing • Contemplatie/overwegen • Beslissen en voorbereiden • Actieve verandering • Consolidatie (volhouden) • Terugval