Deze samenvatting is gebaseerd op het boek: economie vandaag 2020. De hoofdstukken die hierin zijn verwerkt zijn: (niet alle hoofdstukken zijn volledig samengevat + er zit nog 1 extra hoofdstuk bij over marketing dat niet in het boek staat)
Hoofdstuk 1: Consumenten
Hoofdstuk 2: Producenten
Hoo...
Samenvatting economie 1
Inleiding
Primaire of levensnoodzakelijke behoefte: voeding, kleding en huidvestiging
Immateriële behoefte: onderwijs, ontspanning, geneeskundige verzorging
Collectieve of gemeenschappelijke behoefte: onderwijs, wegen, bejaardenzorg,
recreatiezones
Individuele behoefte: is iets subjectief (voeding, kleding, ontspanning)
Schaarse middelen: zijn goederen en diensten die de consument aankoopt om zijn
behoefte te bevredigen maar deze maar in beperkte mate beschikbaar zijn. Het heeft dus
niets te maken met dat de goederen en diensten zeldzaam zijn maar eerder het inkomen van
de mensen beperkt is. Met ons inkomen kunnen we niet aan al onze behoefte voldoen.
Nuttige middelen: goederen en diensten zijn nuttig als ze een behoefte bevredigen
Economie: is een studie van die zich bezighoudt met de keuzes die mensen maken bij de
productie, distributie en consumptie van schaarse goederen en diensten.
Afbeelding:
• De mens heeft vele behoeften dit kan levensnoodzakelijk zijn of een individuele behoefte.
• De mens heeft een keuzeprobleem doordat we maar een beperkt inkomen hebben. Zoals
je op de afbeelding ziet heeft deze persoon maar 100 euro te besteden. Met deze 100 euro
moeten ze middelen kopen die hun maximale behoefte bereiken.
• De middelen zijn nuttig als ze een behoefte bevredigen. Schaarse middelen zijn middelen
die de persoon niet kan aankopen door het beperkt budget. De mens kan niet al zijn
behoefte voldoen.
Welvaart: de welvaart is gestegen als de mensen meer schaarse middelen kunnen
aankopen om aan hun behoefte te voorzien. Dit kan doordat je inkomen gestegen is, je meer
vrije tijd hebt, er minder discriminatie is of door een verbetert leefmilieu, …
Welzijn: is hoe goed de mensen zich in hun vel voelen en hoe tevreden ze zijn met hun
leven. Het gaat over de bevrediging van verlangens (vriendschap, liefde, gezondheid).
1
,Samenvatting Economie 1 Esther Platini
Soorten goederen
• Zijn niet-schaarse goederen. Deze goederen zijn in de natuur
Vrije goederen overvloedig aanwezig.
• Vb: lucht
• Zijn schaarse goederen en diensten
• Vb: fiets, bezoekje aan de bioscoop, hotelovernachting)
Zijn goederen zoals een fiets of een
bierflesje. Als iemand die fiets koopt dan
Zuiver individuele kan diezelfde fiets niet meer door iemand
goederen anders gekocht worden. Hetzelfde met het
bierflesje. Als het bier is leeggedronken kan
niemand anders het nog leegdrinken.
• Zijn goederen waarvan niemand kan
worden uitgesloten en die niet te
Zuivere collectieve
concurreren zijn bij consumptie
goederen
• Vb: rechtspraak, secundaire wegen,
basisonderwijs, politiebescherming
• Zijn goederen die de overheid om
praktische redenen beneden de kostprijs of
Quasi collectieve zelfs gratis worden aangeboden.
goederen • Vb: onderwijs, wegen in frankrijk (omdat
je tol moet betalen anders word je
uitgesloten)
Economische
goederen
Zijn goederen die de behoefte meteen
voldoen.
• Verbruiksgoederen of niet-duurzame
consumptiegoederen: bv een brood kan
Consumptiegoederen maar 1x opeten
• Gebruiksgoederen of duurzame
consumptiegoederen: bv een smartphone
kan men meermaals gebruiken om aan een
behoefte te voldoen
Zijn goederen die dienen om andere
goederen te produceren
• Kapitaalgoederen of productiegoederen:
hebben een levensduur van ten minste 1
jaar zoals gebouwen, machines,
Investeringsgoederen
vervoersmiddel1, scholen, ziekenhuizen
• Vlottende investeringsgoederen: zijn
goederen die tijdens het productieproces
verwerkt of vernietigd worden, zoals
grondstoffen
1 Een auto is voor bedrijven een kapitaalgoed maar voor particulieren is dit een consumptiegoed.
2
,Samenvatting Economie 1 Esther Platini
Consumptie: Het nuttigen van economische goederen voor niet productieve doeleinden.
Consumeren zorgt ervoor dat we geld uitgeven.
Productie: is het toevoegen van waarden aan economische goederen. Produceren zorgt
voor het krijgen van een inkomen.
Productie ontstaat door de samenwerking van 3 categorieën productiefactoren
Deze productiefactor is belangrijk als leverancier van grondstoffen en
productiefactoren
Natuur
Oorspronkelijke
van energie
Omvat alle arbeidsprestaties (fysieke beroepen en kantoorberoepen)
Arbeid
Omvat de werkelijke kapitaalgoederen (machines, fabrieksgebouwen, …)
• Omwegproductie: Eerst moet het kapitaalgoed gemaakt worden, dan pas
kan er met de productie voor consumptie begonnen worden. Kapitaalgoederen
Kapitaal zullen indirect (langs een omweg) bijdragen aan de behoeftebevrediging.
• Afgeleide of geproduceerde productiefactor: Doordat het kapitaal door
samenwerking van natuur en arbeid (oorspronkelijke productiefactoren)
gevormd wordt noemt met de afgeleide productiefactor
Inductieve methode Deductieve methode
Bij deze methode verzamelt men eerst Bij deze methode vertrekt men van een
feitelijke gegevens (statistiek) om dan een bepaalde stelling: de consument wil een
samenhang in de gegevens te ontdekken. maximale behoefte bevredigen maar
hebben een budgetbeperking.
Vb: Zo kan men vaststellen dat als de prijs
van een smartphone stijgt dat er minder Hieruit kan men afleiden dat er bij een
smartphones gevraagd gaan worden. hogere prijs minder smartphones gevraagd
Wanneer de prijs daalt zullen er meer gaan worden en bij een lagere prijs meer.
smartphones gevraagd worden. Men ziet
dat er een samenhang is tussen de prijs en
gevraagde hoeveelheid.
Ceteris-paribusclausule: is als het overige gelijk is, onder overigens gelijke
omstandigheden
Men ziet een bepaalde stelling: als de prijs daalt zal er meer smartphones gevraagd worden
en als de prijs stijgt zal er minder smartphones gevraagd worden. Dus er is 1 variabele dat
veranderd en dat is de prijs. De andere factoren blijven constant.
In dit onderzoek veronderstelt men dat de koopkracht van de consument (geen crisis), de
voorkeuren van de consument (bv: bepaald type smartphone), … hetzelfde blijft.
Micro-economie: het gedrag van een individueel huishouden bestuderen. Hier kijkt men
naar hoeveel inkomen het huishouden verdient, hoeveel men het inkomen gebruikt om te
consumeren en te sparen. Dit kan over een bedrijfshuishouding gaan waar men kijkt naar de
productie en investeringen.
3
, Samenvatting Economie 1 Esther Platini
Meso-economie: wordt er een bepaalde bedrijfstak, sector of regio bestudeert. Bv:
producenten van museli of alle bierfabrieken in België.
Macro-economie: Worden alle bedrijven, alle gezinnen en alle overheidshoudingen
bestudeert. Alle economische grootheden voor een heel land worden bij elkaar opgeteld. Bv:
het nationaal inkomen, de totale consumptie van alle gezinnen, de totale investeringen, …
Hoofdstuk 1: Consumenten
De consument heeft een grote keuze aan goederen en diensten. Deze keuze wordt
bepaald door:
• Niet-economische factoren: de voorkeuren van de consument of preferenties
• Economische factoren: de prijzen van de goederen en het budget van de consument
Sociologische factoren of invloeden
Een gezin zonder kinderen zal aan heel andere dingen geld besteden
Gezinssituatie dan een gezin met kinderen. Jonge mensen zullen ook aan andere
dingen geld besteden dan oudere mensen.
Sociale Mensen kopen bepaalde consumptiegoederen omdat dit bij hun status,
klasse positie of buurt passen (vb: een smartphone, of dure wagen)
Religie Vb: moslims zullen geen varkensvlees aankopen
Mensen op het platteland geven geld uit aan andere goederen dan
Woonplaats mensen in de stad. Bv: mensen van de stad gaan meer naar de
bioscoop of naar het theater
Elke bevolking van een land heeft zijn eigen gewoontes. Belgen zijn
Nationaliteit
bierdrinkers, Italianen drinken eerder wijn
Psychologische factoren of invloeden
Elke persoon heeft een eigen karakter, introvert, extravert, risico
Persoonlijkheid zoekend, risicomijdend. Dit heeft allemaal invloed op de voorkeuren
van de die persoon
Hierbij gaat het over op welke manier de mensen hun tijd en geld
besteden
Levensstijl
• Bandwagoneffect: een trend waarbij alle mensen elkaar nadoen
• Snobeffect: mensen die exclusieve goederen aankopen
Mensen hebben een verschillende houding (hoe je tegenover iets staat)
Attitude over producten en aanbieders (Vb: sommige mensen dragen geen
bont)
Eerste wet van Gossen of de wet van dalend grensnut: Stelt dat het grensnut afneemt
naarmate je over meer eenheden van dat goed beschikt.
Als iemand gek is op chips dan zal die na het eten van de eerste zak chips het meeste van
zijn behoefte bevredigen. Bij het eten van de volgende zakken chips zal zijn
behoeftebevrediging afnemen. De extra (nut) bevrediging van eten van de volgende zakken
chips heet grensnut of marginale nut. Uitzonderingen: bij verslaafden en verzamelaars zal
het toenemen van de hoeveelheid goederen een stijging van het grensnut veroorzaken.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller estherplatini. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.06. You're not tied to anything after your purchase.