Jaarrekeninganalyse en auditing
geschreven door:
VubHI
De Marktplaats voor het Kopen en Verkopen van je Samenvattingen
Op Stuvia vind je het grootste aanbod aan samenvattingen en collegeaantekeningen. De
documenten zijn geschreven door jouw medestudenten, specifiek voor jouw opleiding!
www.stuvia.com
Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
, Stuvia.com - De Marktplaats voor het Kopen en Verkopen van je Samenvattingen
-1-
JAARREKENINGANALYSE- EN AUDITING
PRACKTISCHE INFORMATIE
° Praktijkvoorbeeld enkel relevant voor de taak én niet voor het examen.
° Actualiteit kan op het examen komen.
° Groep bekendmaken voor 22 oktober, 2 studenten, 30%.
° Geen oefeningen jaarrekeninganalyse op het examen wél oefeningen van auditing.
° Voorbeeld taken 2C157 – Rita Bovijn.
Solvay Kring – Samenvatting Jaarrekeninganalyse 1
Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
, Stuvia.com - De Marktplaats voor het Kopen en Verkopen van je Samenvattingen
-2-
DEEL 1: JAARREKENINGANALYSE – THEORETISCH KADER.
I. ALGEMENE BEGRIPPEN.
A. Wat is een jaarrekening en waaruit bestaat ze?
Jaarrekening
- beschrijft de huishouding van een onderneming
- is het eindresultaat uitvoerig boekhoudproces
- geeft een getrouw beed van het vermogen, financiële positie en het resultaat van de
onderneming
Jaarrekening bestaat uit:
- Balans (op basis van het realisatiebeginsel)
- Resultaten rekening
- Toelichting (Angelsaksisch of internationaal) : Inclusief, unieke Belgische vereiste, een
sociale balans (= geeft sociale informatie weer zoals in/uitstroom van werknemers, aantal
werknemers, maatregelen die het bedrijf neemt om mensen aan een job te helpen... )
- Kasstroomtabel ( op basis van cash – internationaal) : wordt niet gebruikt in belgische
jaarrekeningen omdat men niet verplicht is hiertoe.
Om te begrijpen hoe transacties bepaalde rekeningen zullen beïnvloeden, is het nodig om ze te situeren
in een groter geheel, dat van de jaarrekening, bestaande uit de balans en de resultatenrekening.
Balans : De balans is een weergave van de financiele toestand op een bepaald moment. Actief
en passief zijn, aan weerszijden van de balans de uitdrukking van dezelfde middelen, zij het
bekeken vanuit een andere invalshoek.
Het passief drukt uit - financieringsbronnen
- investeringen door de aandeelhouders
- niet uitgekeerde winsten, maar gereserveerde
- geld geleend van banken
- leveranciers krediet hebben verstrekt
- middelen die voor langere of kortere tijd ter beschikking staan van de
onderneming.
Passief kan opgesplitst worden in :
- EV bestaande uit het kapitaal en overgedragen resultaat (op basis van
toerekeningsbeginsel)
- VV
Solvay Kring – Samenvatting Jaarrekeninganalyse 2
Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
, Stuvia.com - De Marktplaats voor het Kopen en Verkopen van je Samenvattingen
-3-
Het actief drukt uit - bezittingen en tegoeden van de onderneming
- vaste activa allerhande, terreinen, gebouwen, voertuigen…,
- voorraden
- liquide middelen voor korte termijn belegd
- kas
- bankrekeningen
- leasing
Tussen actief en passief is er een constante evenwaardigheid, de som van de passiva is gelijk
aan de som van de activa, en beide noemen we het “balanstotaal”.
Dubbel boekhouden: Een transactie heeft per definitie twee aspecten, een vermeerdering en
een gelijktijdige vermindering van middelen.
Rekeningen: De gehele vermogenssituatie van de onderneming kan worden uitgedrukt en
opgevolgd door registratie van iedere verrichting in de rekeningen. Een contante betaling is een
vermindering van de middelen in kas en dus een creditering van de desbetreffende rekening.
Journaal: De dagelijkse registratie van verrichtingen gebeurt echter in de eerste plaats op het
journaal, waar de rekeningen (account format) worden bijgewerkt. De precieze wisselwerking
tussen beide en de frequentie waarmee de rekeningen worden bijgewerkt zijn daarbij bepaald in
functie van boekhoudtechniek.
Communicatie naar de buiten wereld gebeurd op basis van een report format (waar het passief
onder het actief wordt weergegeven) en geen T-rekeningen.
Een boekjaar bestaat uit 12 maanden, meestal maar niet noodzakelijk gaande van 01/01 tot
31/12. De keuze van het eind evan het boejaar, en dus ook het begin, is afhankelijk van de
activiteit. Het boejaar wordt overgens afgesloten bij weinig activiteit.
Resultatenrekening: Deze kan best gesitueerd worden als een extra, die uitdrukking geeft aan
inkomsten en uitgavenstroom die zich gedurende een boekhoudkundige periode voordoen en
die, op het einde van die periode, hun uitdrukking zullen vinden in globaal saldo, het resultaat
voor die periode.
RESULTAAT :
Bedrijfsresultaat (= bedrijfsopbrengsten - bedrijfskosten) vb. omzet en COGS
+ Financieel resultaat (= fin. opbrengsten - fin. kosten)
+ Uitzonderlijk resultaat (= Uitz. opbrengsten - uitz. kosten)
= Resultaat voor Belasting
- Belastingen (wanneer nodig)
= Resultaat
Realisatie-veronderstelling: Deze geeft antwoord op de vraag wanneer een opbrengst als
zodanig mag worden geboekt. Dit mag gebeuren bij de verzending van de factuur, en er moet
niet worden gewacht tot de effectieve inning. Opbrengsten moeten zo verdiend zijn (geleverde
goederen en diensten) en geconcretiseerd (claim op cash of vaststaande schuldvordering).
(Basis van de resultatenrekening)
Solvay Kring – Samenvatting Jaarrekeninganalyse 3
Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
, Stuvia.com - De Marktplaats voor het Kopen en Verkopen van je Samenvattingen
-4-
Overeenstemmings-veronderstelling: Matching principle stelt dat de kosten en opbrengsten
moeten geboekt worden voor de periode waarmee ze verband houden. Indien de transacties
niet verlopen volgens de strakke kalender van de boekhoudkundige jaartelling moet men
gebruik maken van overgangsrekeningen. Aan de actiefzijde vinden we de over te dragen
kosten (vooruitbetaalde kosten, niet gebruikte kosten). Hier vinden we ook de verworven
opbrengsten, dit zijn de opbrengsten die betrekking hebben op het lopend boekjaar maar die
nog niet op een rekening werden geboekt, omdat ze pas later zullen worden geïnd (bijv. nog te
ontvangen kortingen). Langs de passiefzijde zien we de aan te rekenen kosten, dit zijn de
kosten die pas later betaald zullen worden. Daarnaast hebben we de over te dragen
opbrengsten, dit zijn opbrengsten die in de loop van het boekjaar werden geïnd, maar die
gedeeltelijk op een ander boekjaar aan te rekenen zijn (bijv. vooruit ontvangen huur).
Accrual matching (passief): OGR 31/12 = OGR 01/01 + Resultaat 01/01/-31/12 – dividenden
Toelichting: Verstrekt meer detail en verduidelijking bij de rubrieken uit de balans en de
resultatenrekening Ze vat er ook de waarderingsregels samen.
Kasstroomtabel: Deze geeft geen economische juiste realiteit weer, want deze kijkt enkel naar
de cash transacties en houdt geen rekening met o.a. kopen op krediet. (Basis is hier cash en
niet het toerekeningsbeginsel).
Cash (actief): Kas 31/12 = Kas 01/01 + nettokasstroom 01/01/-31/12
Waarom zijn het overgedragen resultaat en cash niet gelijk? Omwille van het toerekingsbeginsel. Vb.
Verkoop van een fiets met winst waar de klant nog niet heeft betaald. Ondanks goede verkoopcijfers
creert men een slechte kasstroom.
B. Het belang van de jaarrekening
• Aandeelhouders en beleggers: Zij zijn geïnteresserd in de jaarrekeningen omdat zij zo het netto
situatie en een precies resultaat voorgeschoteld krijgen van de vennootschap. Ze krijgen zo een
idee van de solvabiliteit en liquiditeit. Maw kunnen ze zo de waarde van hun investring
inschatten als de meerwaarden en dividendinkomsten.
• Klanten: belang om voor belangrijke componenten in hun eigen productieproces een beroep te
kunnen doen op lange termijn betrouwbaarder leverancier. Ook de na-verkoopgarantie als de
kwaliteit van de geleverde goederen is hier belangrijk.
• Overheid: belangrijk voor de belastingen omdat het boekhoudkundig resultaat geld als basis voor de
fiscale eenheid (eenheid van de jaarrekening).
• Concurrenten
• Werknemers: Hebben een groot belang belang bij het weten hoe de onderneming ervoor staat. De
werkzekerheid, de toekomstperspectieven en de verloning zijn afhankelijk van de eco situatie
waarin de onderneming zich bevindt.
• De schuldeisers (financiele instellingen als leveranciers) : willen informatie over het risico dat ze
nemen door krediet te verschaffen.
(Taak : belangrijk om een vergelijking te maken met de sector.)
Solvay Kring – Samenvatting Jaarrekeninganalyse 4
Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
, Stuvia.com - De Marktplaats voor het Kopen en Verkopen van je Samenvattingen
-5-
C. Wie moet (in België) een jaarrekening opstellen en neerleggen?
Art. 1 Ondernemingen: Boekhoudwet (10 juli 1975)
1° de natuurlijke personen die koopman zijn. Deze zijn onbeperkt aansprakelijk (~ Eenmanszaak).
2° de handelsvennootschappen, …
→ W.Venn. + KB 30/1/2001.
→ Beperkte aansprakelijkheid ten belope van het ingebrachte kapitaal.
→ Wintsoogmerk
→ NV: 61 500 € minimum te plaatsen en te starten kapitaal.
BVBA: 18 550€ minimum te plaasten kapitaal en
6 200€ (2 aandeelhouders) te starten kapitaal.
12 400€ (1 aandeehouder – risico) te starten kapitaal.
3° de openbare instellingen die een statutaire opdracht vervullen van commerciële, financiële of
industriële aard.
4° de instellingen, niet bedoeld in het 2° en het 3°, al dan niet met eigen rechtspersoonlijkheid die, met
of zonder winstoogmerk, een commercieel, financieel of industrieel bedrijf uitoefenen en waarop
dit hoofdstuk, per soort van instellingen, van toepassing wordt verklaard door een koninklijk
besluit.
Art. 10:
§1: Nadat de rekeningen in overeenstemming zijn gebracht met de gegevens van de
inventaris, worden ze samengevat en beschreven in een staat, zijnde de jaarrekening.
§ 2: De ondernemingen die niet onderworpen zijn aan het Wetboek van vennootschappen en
zijn uitvoeringsbesluiten moeten zich gedragen naar de bepalingen daarvan wat de vorm, de inhoud,
de controle en de neerlegging van de jaarrekening en het jaarverslag betreft. De inhoud en de
omvang van hun verplichtingen worden bepaald op basis van dezelfde criteria inzake
personeelsbestand, jaaromzet en balanstotaal als degene die gelden voor de ondernemingen
onderworpen aan het Wetboek van vennootschappen.
Deze uitbreiding geldt evenwel niet voor
- natuurlijke personen die koopman zijn (eenmanszaken).
- VZW’s.
- financiële instellingen.
Solvay Kring – Samenvatting Jaarrekeninganalyse 5
Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
, Stuvia.com - De Marktplaats voor het Kopen en Verkopen van je Samenvattingen
-6-
Het verschil tussen beide ondernemingen:
Solvay Kring – Samenvatting Jaarrekeninganalyse 6
Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
, Stuvia.com - De Marktplaats voor het Kopen en Verkopen van je Samenvattingen
-7-
Nog een aantal opmerkingen bij het voorgaand schema:
Eenmanszaken:
- Eenmanszaken: geen rechtspersoonlijkheid, onbeperkt aansprakelijk.
- Onderworpen aan personenbelasting.
- Inventaris, lijst van bezittingen en verplichtingen die meestal alleen voorraden bevatten maar
er zouden ook handelsvorderingen moeten bijstaan, zijn niet onderworpen aan
waarderingregels. De overheid heeft het meeste belang bij de bekendmaking van de inventaris,
voor de inkomstenbelastingsaangifte en controle.
- Vereenvoudigdboekhouden bestaat uit:
– aankoopboek: De facturen of nota's worden chronologischgenummerd en
ingeschreven in het aankoopboek, met minimaal de vermelding van het nummer, de
datum, de leverancier, het bedrag, de wijze en datum van betaling. Het bedrag wordt
uitgesplitst in “investeringen", "aankopen" en "kosten". De BTW wordt uitgesplitst in
aftrekbare en niet-aftrekbare BTW.
– verkoopboek: Ook hier worden de facturen en nota’s chronologisch genummerd en
ingeschreven. Voor verrichtingen van verkoop en dienstverlening in het klein, waarvoor
geen factuur vereist is, kan de boeking gebeuren d.m.v. een dagelijkse
gemeenschappelijke inschrijving.
– financieel boek: voor de mutaties in liquide middelen (in contanten of op rekening)
met omschrijving van de verrichtingen alsmede de dagelijkse saldi in contanten
- Cash* boekhouden: Belastbare basis= Inkomsten - aftrekbare beroepskosten
– De inkomsten (verkoopboek) zijn belastbaar van zodra er een zekere en
vaststaande schuldvordering bestaat op de klant.
– Aftrekbare beroepskosten zijn kosten waarvan de belastingplichtinge bewijst dat zij
gedaan of gedragen zijn tijdens het belastbaar tijdperk met het doel de belastbare
inkomsten te verkrijgen of te behouden. Niet alleen werkelijk betaalde of
gedragen kosten kunnen als beroepskost worden afgetrokken, maar ook kosten ‘die
het karakter van zekere en vaststaande schulden of verliezen hebben verkregen en
als dusdanig zijn geboekt’ (aangekochte (handels)goederen, personeelskosten,
autokosten, verzekeringspremies, ….). Ten aanzien van de investeringen (materiële
en immateriële vaste activa met een levensduur van meer dan 1 jaar) wordt het
principe van de afschrijving toegepast (= allocatie van de aanschaffingsprijs over de
levensduur van het actief).
- geen dubbelboekhouden.
Handelsvennootschappen:
- Onderworpen aan venootschapsbelasting: 33% plus crisisbelasting.
- Jaarrekening gaan neerleggen bij de balanscentrale van de centrale bank. Zo kan iedereen
inzage hebben in de vennootschap.
- Verkortschema: geen omzet wel brutowinst ( omzet – COGS) moeten worden vermeld. En zij
zijn niet verplicht tot externe audit.
- Grootcriteria:
Richtlijn 2003:
Kleine vennootschap Kleine groep
Balanstotaal € 3.650.000 € 14.600.000
Omzet € 7.300.000 € 29.200.000
Solvay Kring – Samenvatting Jaarrekeninganalyse 7
Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.