Samenvatting PAV I.2 – Ontwikkeling
1. Kenmerken van de onderwijsvorm (d)BSO
A) Je kan de krachtlijnen in de evolutie van het (beroeps)onderwijs weergeven per tijdvak.
1) (Beroeps)onderwijs in de middeleeuwen (476 - 1450)
- Gent + Brugge illustreren groeiende belang van de stad in Europese middeleeuwen (na 1000)
- Landbouw bleef nog lang de basis van de economie in onze streken
Gros van middeleeuwse bevolking was boer, al dan niet vrij
- Stadsbevolking begon te specialiseren in produceren van afgewerkte goederen + producten om
te verkopen
Nood aan:
o Stielmannen die medeburgers konden voorzien van huizen, kleding, meubels, voedsel
o In dienst van hun stad/vorsten kerken, woningen, wegen, bruggen, neerzetten
Waren nodig + konden geld verdienen, ook al waren ze geen edelman
- Omwenteling = wieg van wat we beroepsonderwijs kunnen noemen
Gilden = beroepsverenigingen van ‘meesters’
o Hoofd = ‘deken’
o Meester mocht als zelfstandige zijn beroep uitoefenen
o In gilde opgenomen beginnen als ‘leerling’, o.b.v. contract tussen ouders + meester
o Leerling klom geleidelijk op in het bedrijf van zijn meester
o 1ste stap = halen van titel ‘gezel’ (stagiair)
o Na vervaardigen van ‘meesterstuk’ zelf meester te worden
o Waakt over kwaliteit van het werk van haar leden + stelde eisen
o Eisen voldeed producten van keurmerk van zijn gilde voorzien
Gildewezen = voorbeeld van ‘leren al doende’, waarmee bedreven vakman de inwijding in
het vak van 1/meer novicen op zich nam
2) (Beroeps)onderwijs in de Vroegmoderne tijd = nieuwe tijd (1450-1750)
- Gilden soms rijk + machtig in botsing met politieke machthebbers
Tot hun ondergang leiden
- 18de eeuw: begon hun neergang
- 19de eeuw: afgeschaft + moest iedereen die stiel wilde leren, zich hier en daar behelpen
3) (Beroeps)onderwijs in de moderne tijd = nieuwste tijd (1750-1945)
- 1750 in Engeland: industrialisatie van wereld begon
Uitvindingen: stoommachine, weefgetouw met halfautomatische schietspoel (Spinning
Jenny), elektriciteit + verbrandingsmotor
- Productie van goederen in fabrieken met massaproductie door arbeiders die toestroomden
vanop platteland
Steden groeiden + centrum van nieuwe soort productie + consumptie + samenleving
Gewone mensen boer + arbeider
, - Ondernemers uit stedelijke burgerij die geen adellijke titel hadden maar wel goed businessplan,
konden opklimmen op de maatschappelijke ladder
Arbeiders die voor hen werkten = vaak uitgebuit + kinderarbeid was normaal (6 jarige/16 u)
- Onderwijs weerspiegelt de samenleving:
19de eeuw: industriële revolutie had grote maatschappelijke verschuivingen meegebracht
o In fabrieken + bedrijven groeide behoefte aan geschoold kaderpersoneel
Nieuw soort onderwijs = technisch onderwijs
Richtte minder op traditionele elites als adel + geestelijkheid
- 19de eeuw = bekend voor ontstaan van technische onderwijs naast gewone middelbare scholen
o Specifiek bedoeld om jongeren op te leiden voor een beroep
o 3 verschillende opleidingen: landbouw, nijverheid en handel
o Ruimte voor algemene vorming
o Regelgeving voor het TSO bij ministeries van Nijverheid, Arbeid en Landbouw
Gaven technische scholen grote autonomie, met bedoeling om optimaal in te spelen
op lokale noden van handel + industrie
- 1840: echt ‘beroepsonderwijs’ ontstond
o Focuste op manuele vaardigheden + veel minder op algemene vorming
o Tot stand uit reactie tegen moderne productiemethoden en –technieken
o Claimde grotere kwaliteit van handgemaakte producten
o Korter dan technisch onderwijs + leidde niet tot diploma
o Populair bij ‘middenstand’
- 19de eeuw: onderwijs voor meisjes kreeg vorm
- Kinderen uit ‘lagere’ sociale groepen
Beperkte schoollopen zich nog steeds tot enkele jaren lager onderwijs in het beste geval
Zodra kinderen mee de kost konden verdienen, was er geen reden om voor school
- Middelbaar onderwijs tot voor WOI niet voor iedereen + maatschappelijke achtergrond bleef
rol spelen in studiekeuze en studieduur
- Onderwijs democratiseerde: werd breder toegankelijk, verschillen in deelname aan onderwijs
tussen bemiddelde klassen + minder rijke bevolkingslagen werden kleiner
4) (Beroeps)onderwijs in de hedendaagse tijd = eigen tijd
- Na WOII: vraag naar geschoolde arbeidskrachten groeien met snelle massificatie van SO
Onderwijs = goedkoper/kosteloos
Onderwijswetgeving verfijnd:
o 1953: wet op technisch onderwijs
o 1983: werd in België de leerplicht verlengd tot 18 jaar
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur MH2003. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €8,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.