Hoofdstuk 1: Wat is Psychologie?
Inleiding
-'gedrag’ ruim interpreteren (hier: aangeven of beide vlakken gelijk zijn). Wat ligt hier aan ten
grondslag (reeks onbewust perceptuele algoritmes die we later zullen zien).
-De 2 okergele oppervlaktes zijn identiek van vorm. Ons systeem, ons inforamtie verwerking systeem
is het zo dat we alle termen in 3D interpreteren. Ons netvlies is 2D. de projectie waarmee we starten
is 2D, heel onze informatie verwerking is dat we 2D figuren direct in termen van 3D gaan verwerken.
Je krijgt hier 2D afbeeldingen en we maken een 3D interpretatie, daarbinnen is het moeilijk te
geloven dat ze identiek zijn. We kunnen niet meer terugkijken naar het 2D.
1. Een definitie van psychologie
- Wetenschappelijke studie van het gedrag
o Methode bepaalt wat wetenschap is
- Systematisch empirisme: adhv experiment nagaan wat de oorzaak is van een bepaald
fenomeen/gedrag
- Experimenten waarin we een variabele manipuleren (alle andere variabelen controleren) en
zien wat het effect is op gedrag, bvb, effect van videogames op agressie
Psychologie = ‘Wetenschappelijke studie van het gedrag met als doel deze gedragsevidentie te
gebruiken om de interne processen te begrijpen die aan dit gedrag ten grondslag liggen’
- Net als andere wetenschappers proberen psychologen door systematische observatie van
meetbare kenmerken (het gedrag) inzicht te krijgen in de proscessen die niet rechtstreeks
kunnen worden geobserveerd (de interne persoon bv. hersenen)
Informatieverwerking is studieobject, eerder dan gedrag
• Informatieverwerking gebeurt in hoofd, gedrag is uitkomst
2. Ontwikkelingen die de psychologie mogelijk gemaakt hebben
-In 16e, 17e eeuw (wetenschappelijke en copernicaanse revolutie) werd observatie dé
wetenschappelijke methode en dit bracht vragen met zich mee over menselijke
informatieverwerking…
• Observatie was betrouwbaar dus belangrijk, waarneming is begin observatie maar is
subjectief, iedereen kan iets anders zien
• Toen waren er geen echte meetinstrumenten
1
,Eerste studies over menselijke informatieverwerking
- Astronomie (1796):
De persoonlijke fout, telescoop
o iedere mens heft persoonlijke afwijking in hun observatie, is eigen system aan mens
o ene persoon heeft meer tijd nodig om info te verwerken dan de andere, ontwikkeling
apparatuur handig om zo dit te beperken.
- Snelheid van informatieverwerking (Von Helmholtz 1821-1894, 30m/s)
o kikker, tijd om info te verwerken(adhv prikkel in ene poot en kijken hoelang duurt
voor in andere poot gaat) kijken hoelang informatieverwerking door centrale
zenuwstelsel wordt doorgegeven.
o Is dit objectief/betrouwbaar voor de mens?
- Donders’ (1818-1889) substractiemethode
o Hoeveel tijd hebben mensen nodig om eenvoudige taken op te lossen, tijd op
informatie te verwerken bv. duur voor men stoel van tafel kan onderscheiden.
o Hij veronderstelde dat alle mentale handelingen (waarneming, discriminatie,
wilsuitsluiting, …) een zekere verwerkingstijd nodig hadden
o Donders 1818-1889 (mentale chronometrie)
▪ Mentale chronometrie = techniek waarbij men de psychologische processen
in informatieverwerking probeert te achterhalen door te kijken naar de
reactietijd die mensen nodig hebben om bepaalde taken uit te voeren
▪ Vb. Hoe lang duurt het om een antwoord te kiezen? (is nog niet trachten
begrijpen van interne processen)
-experiment klanken:
• Ki ki ki: 1 antwoord, zelfde stimulus en reactie
• Ka ke ki: kiezen tussen 3 klanken
• Ka ke ki: je krijgt 3 klanken, maar enkel reageren op kki
Perceptuele discriminatie, enkel reageren op ki(bij ka ke ki) = 46 ms
Keuze van antwoord: bij b meerdere knoppen duurt dus langer = 42 ms
Mentale inforverwerking kost tijd, kosten energie, gaat niet vanzelf
Substractiemethode van Donders
Hoe lang duurt het vooraleer we groen van rood licht kunnen onderscheiden?
A reactie: Groen licht: knopje indrukken
- = eenzelfde reactie op steeds dezelfde stimulus
B reactie: Groen licht: knopje indrukken
Rood licht: ander indrukken
- er moest zowel een discriminatie als een keuze gemaakt worden
C reactie: Groen licht: knopje indrukken
Rood licht: niets doen
- er moet alleen een discriminatie van de stimulus gemaakt worden
Perceptuele discriminatie: C – A
Antwoord (respons) discriminatie: B – C
2
, 3. Het ontstaan van de Psychologie
Ontwikkelingen binnen de filosofie
Descartes: was een Franse filosoof en wiskundige
- Ging uit van 3 principes: dualisme, rationalisme en nativisme
o Dualisme = overtuiging dat 2 mensen uit 2 onafhankelijke elementen bestaan: een
lichaam en een geest
o Rationalisme = ware kennis is gebaseerd op de rede, die door het toepassen van
logica nieuwe informatie afleidt uit de bestaande
o Nativisme = de overtuiging dat de mens aangeboren kennis heeft, die het
uitgangspunt vormt van alle andere, afgeleide kennis
Empirisme = de tegenbeweging tegen het nativisme en rationalisme
- Volgens het empirisme wordt de inhoud van de geest niet gevormd door de aangeboren
ideëen en afgeleide inzichten, maar via zintuiglijke ervaringen die met elkaar geassocieerd
worden
Psychologie als nieuwe wetenschap
Wundt en het eerste psychologische onderzoekslaboratorium voor psychologie (1879) in Leipzig
- Wundt was de eerste wetenschapper die zichzelf een psycholoog noemde
- In 1879 richtte hij het eerste psychologische laboratorium op aan de Universiteit van Leipzig
o Was de start van de psychologie -> alles ging over waarneming
- Publiceerde een boek dat voor het eerst de wetenschappelijke psychologie beschreef en
waarin hij de wetenschappelijke psychologie definieerde als een alliantie tussen de fysiologie
die ons informeert over de levensfenomenen die we met onze zintuigen kunnen waarnemen,
en de psychologie waarbij de persoon naar zichzelf kijkt van binnenuit
o Introspectie = Kijken naar het eigen bewustzijn van binnenuit, aan mensen vragen
wat in hun hoofd omgaat
▪ introspectie verlaten op moment dat behaviorisme intrede maakte
o systematisch imperisme: brengt visie mens met zich mee bv. temperatuur regelen
▪ visie behaviorisme beperkt door methode
Binet (1857-1911) → Toegepaste psychologie
- Ontwikkelde intelligentietest om uit te maken of kinderen met leerachterstand een tekort
aan intelligentie hadden of geholpen konden worden met extra onderwijs
- Eerste belangrijke stroming binnen de Amerikaanse psychologie = functionalisme
o Amerikanen waren meer geïnteresseerd in toegepaste psychologie, psychologie
diende in de eerste plaats om praktische problemen op te lossen
o Functionalisme werd verder beïnvloed door de evolutieleer van Darwin
▪ Psychologie bestond in de eerste plaats uit onderzoek naar de optimale
aanpassing
William James (1842-1910). Psychologie in functie van maatschappij
- Belangrijk figuur binnen de Amerikaanse psychologie
- Boek: the principles of psychology
Het Behaviorisme
Watson → Psychology as the behaviorist views it. Wetenschap van het gedrag
3
, - Hierin poneerde hij dat de psychologie nooit een echte wetenschap zou worden als zij zich
met het bewustzijn bleef bezighouden
- Dit pamflet wordt traditioneel beschouwd als het beginpunt van het behaviorisme
o Behaviorisme = een psychologische stroming waarin men het standpunt huldigt dat
enkel observeerbaar, meetbaar gedrag het studieonderwerp kan vormen van
psychologisch onderzoek en theorievorming
o Vaak misbruikt geweest
o De methode waarmee je dingen onderzoekt, is zo klein dat ze plots gaan geloven dat
het menselijke gedrag kan samengevat worden aan de hang van de kleine effecten.
Bij de uitbouw van behaviorisme werd Watson sterk geïnspireerd door het positivisme
- Positivisme = beweerde dat de natuurwetenschappen de beste manier waren om de wereld
te begrijpen en kennis te genereren
o De behavioristen namen 3 ideeën over van de positivisten
1. Replicaties: Theorieën baseren op directe observaties die door anderen herhaald
kunnen worden = operationele definities
a. Je moet studies herhalen en tonen dat ze altijd zelfde resultaat hebben,
alles moet duidelijk gedefinieerd worden
2. Onderscheid tussen onafhankelijke en afhankelijke variabelen
▪ Onafhankelijk = karakteristieken van de situatie die op de persoon/ dier
inwerken en gemanipuleerd kunnen worden
▪ Afhankelijke = gedragingen van de persoon/ dier die men meet om na te
gaan of onafhankelijke variabele invloed had
▪ Behaviorisme wordt vaak omschreven als een S-R psychologie: een Stimulus
lokt een Respons uit
▪ Beschrijven van precieze relatie tussen Afhankelijke en Onafhankelijke
variabele(oorzaak-gevolg)
3. Beschrijven van de precieze relatie tussen onafhankelijke en afhankelijke
variabelen
(bv. zorgen computerspelletjes(ov) voor toenemende agressie(av)
-termen bv. agressie moet duidelijk gedefinieerd worden om goed te
kunnen onderzoeken en goed onderzoeken te kunnen vergelijken
-je kan ov ook manipuleren bv; door kind express spelltje te laten spelen
ookal deden ze dit eerst niet en diegene die wel speelden niet meer
laten spelen
behaviorist heeft 1 oorzaak, bv. kans op success groter als je naar de les komt(terwijjl er vele andere
oorzaken zijn)
4