Dit document bevat een samenvatting van het boek + uitgebreide notities van in de les. Ik slaagde met een 16/20. De samenvatting is zeer overzichtelijk opgesteld met verschillende tussentitels en volgt de chronologie van het boek en de lessen.
Formeel strafrecht (= strafprocesrecht = strafrechtspleging = strafvordering sensu lato (eng) )
- = het geheel van de procedurele spelregels volgens welke het materieel strafrecht w
toegepast
o Procedurele spelregels = de rechtsregels betreffende opsporing, vervolging en
berechting van personen verdacht van een misdrijf
Berechten (fase van de ST): rechter gaat oordelen over de bewijzen en
de schuld van de dader
o Behoren tevens tot het strafprocesrecht: de regels betreffende de organisatie
en werking van de strafgerechten/rechtscolleges en de regels betreffende de
tenuitvoerlegging van de beslissingen van deze gerechten.
Bronnen formeel strafrecht:
- (1) Grondwet 1830:
o Fundamentele rechten
o Bepalingen inzake rechterlijke macht
o Strafrechtelijke verantwoordelijkheid van parlementsleden en ministers
- (2) Wetboek van Strafvordering (Sv.) incl. de Voorafgaande titel bij het Wetboek van
Strafvordering (VT Sv.)
- (3) Potpourri wetgeving:
o Wijzigingswetten 2015-2018 m.b.t. diverse bepalingen
- (4) Nieuw Wetboek van Strafvordering in het vooruitzicht? – voorlopig niet
o Commissie hervorming strafprocesrecht
≠ materieel strafrecht:
- = het geheel der rechtsregels waardoor bepaalde gedragingen strafbaar worden gesteld
en gesanctioneerd.
- Het gaat over misdrijven en straffen
1.2. Onderscheid tussen materieel en formeel strafrecht
Verschillen:
- (1) personen op wie
o Formeel strafrecht: gericht tot de overheid (o.a. politie, OM…)
Maw de personen die met de toepassing van het strafprocesrecht
belast zijn.
o Materieel strafrecht: gericht tot de hele maatschappij
- (2) inhoud
o Formeel strafrecht: minder vanzelfsprekende inhoud
Vaak berusten deze regels op het onderling afwegen van verschillende
belangen (grondrechten, waarheidsvinding…) waardoor de inhoud vaak
diffuus is en makkelijker voor verandering vatbaar.
o Materieel strafrecht: vanzelfsprekende inhoud m.h.o. bescherming v.d.
fundamentele waarden
Het is niet onlogisch dat brandstichting bv. niet mag
PAGINA 1
, - (3) sancties bij schending
o Formeel strafrecht: soms bestraffing, waarbij sanctie niet vaststaat (bv verval
strafvordering, bewijsuitsluiting, strafvermindering…)
Sanctionering hangt af van norm in kwestie
o Materieel strafrecht: bestraffing duidelijk
1.3. Doelstellingen van het strafproces
Als er een misdrijf w gepleegd staan er versch. belangen tegenover elkaar,
nl.:
- Rechtstreeks betrokken actoren:
o (1) slachtoffer langs ene kant (die schadevergoeding wil)
o (2) verdachte langs de andere kant (wiens belang een
eerlijk proces krijgen is)
- (3) Gemeenschap: bestraffing criminaliteit
Dubbele finaliteit strafproces:
- (1) Waarheidsvinding:
o Optiek openbaar belang (conflict tussen gemeenschap en dader).
o = het bepalen op welke wijze de bewijzen tegen vermoedelijke daders moeten
worden vergaard en hoe rechtscolleges op grond hiervan tot eventuele
veroordeling kunnen komen
- (2) Bescherming individuele grondrechten:
o Optiek individuele burger
o In kader v/d waarheidsvinding: bevoegdheden die verregaande beperking
grondrechten kunnen inhouden (t.a.v. verdachten, maar ook derden)
o Beschermende belang is hier ruimer dan de loutere ‘rechten van verdediging’
(persoon die vervolgd wordt)
Deze bevoegdheden bestaan niet enkel t.a.v. personen die ervan
verdacht worden een misdrijf te hebben gepleegd, maar tevens t.a.v.
derden.
‘rechten van verdediging’ in strafzaken (vervat in art. 6 EVRM en art. 14
IVBPR, nl. de rechten die specifiek gelden t.a.v. de persoon die vervolgd
wordt wegens een misdrijf).
Onderlinge afweging van die finaliteiten
- 19e en 20e eeuw: vooral focus op waarheidsvinding
o tot voor de tweede wereldoorlog
o grondrechten in het algemeen en rechten van de verdediging in het bijzonder
komen als concept niet voor in het oorspronkelijke Wetboek van Strafvordering
- Pas sinds EVRM: veel aandacht voor bescherming van die individuele grondrechten
- Grondwet + legaliteitsbeginsel wet Franchimont (12 maart 1998): heeft heel wat
grondrechten verder verankerd in ons Formeel strafrecht: ter verbetering van de
rechtspositie van zowel verdachte als slachtoffer in het strafproces
- Opdat een inbreuk gerechtvaardigd is en geen schending w zullen er voorwaarden aan
verbonden zijn: bv vrijheidsberoving of huiszoeking.
- Door heel die ommekeer van waarheidsvinding naar aandacht voor fundamentele
grondrechten zien we dat die waarheidsvinding af en toe moet wijken: het doel heiligt
niet meer alle mindelen!
PAGINA 2
, o Belangen individu wegen meer door, waarheidsvinding moet af en toe wijken
(bv onrechtmatig bewijs)
- De concrete afweging tussen die 2 gebeurt door de rechtspraak.
- Doorheen de geschiedenis: slingerbeweging (afh van de evoluties in onze maatschappij
gaan die belangen ook anders gaan doorwegen).
HOOFDSTUK 2: Accusatoire en inquisitoire rechtspleging
ACCUSATOIR INQUISITOIR
Horizontale processtructuur Verticale processtructuur: overheid weegt door
op de procesvoering en bepaalt het
procesverloop.
Aanklager en verdediging op gelijke voet, met Overheid weegt door op procesvoering
gelijke wapens (equality of arms)
Beklaagde niet object, maar is wel volwaardige Verdachte ‘object’ rechtspleging
procespartij
Partijen hebben proces in handen Overheid bepaalt procesverloop
Tegensprekelijk Geheim en niet-tegensprekelijk
Passieve rol vd rechter met taak om toe te zien Actieve rol rechter met taak om ’waarheid’ te
op correct verloop procedure ontdekken
Volledig openbaar Achter gesloten deuren
Common law Continentaal-Europees
(Angelsaksische landen) en daarop geïnspireerde landen
Zuiver accusatoir of inquisitoir komt vrijwel nergens (meer) voor!
FASE TER TERECHTZETTING VOORONDERZOEK
Vooronderzoek vertoont veel meer inquisitoire trekken (geheim, niet-tegensprekelijk en
schriftelijk) terwijl onderzoek ten gronde (openbaar, tegensprekelijk, en mondeling + verdachte
is een volwaardig procespartij) eerder accusatoire trekken.
HOOFDSTUK 3: Verloop van het strafproces
Strafproces verloopt in 2 fasen:
- Dit heeft te maken met het gemengd-inquisitoir karakter van het Belgische strafproces.
- Het vooronderzoek heeft grotendeels een inquisitoir, het onderzoek ten gronde een
accusatoir karakter.
PAGINA 3
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur OrfeeMichels. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.