De mens is een lerend wezen hoofdstuk 1
1. Inleiding
Mens lerend wezen, door reflexen
Leren gekoppeld aan: gedragstherapeutische principes
Primaire reflexen: stelt baby instaat om geboren te worden, (fysieke overleven)
Andere functie van reflexen vanuit centrale zenuwstelsel: verzamelen info van omgeving
Ontwikkelen op: - motorisch, -sociaal, -emotioneel en -affectief vlak
Eclectisch: we gaan in elke situatie opzoek naar de best passende oplossing zonder dogmatisch vast
te houden aan het ene of het andere gedachtengoed. , de bril bepaalt sterk de kijk van de opvoeder.
Eclectisch = men gebruikt de methodieken/techniek die volgens hen ‘werkt’ bij de doelgroep
2. Eerste bril: de leertheoritische bril
2.1 Gedragstherapie of behaviorisme
Mensbeeld:
kan worden duidelijk gemaakt adhv uitspraak van Watson: ‘geef mij een kind en ik maak ervan wat je
wilt.’
Behaviorisme vertrekt uit: mechanistische mensvisie ( mens wordt gezien als machine) opvoeding
is almachtig: de mens is maakbaar, menselijk gedrag kan verklaard worden door
conditioneringsprocessen.
gedrag kan altijd worden aan en afgeleerd door concrete waarneembare ervaringen die iemand
opdoet.
Conditionering
omvat proces waarbij gedrag verandert als gevolg van ervaringen die men opdoet.
Bewust: bewust aanleren (bv bel op school, je krijgt automatisch honger)
Onbewust: wanneer iets je overkomt ( je verbrand je, volgende keer zal je handschoenen dragen)
relatie stimulus of prikkel en respons of reactie
Stimulus: prikkel of gebeurtenis die reacties ontlokt aan een organisme.
Respons: reactie op prikkel
Klassieke en operante conditionering
Klassieke conditionering: oproepen en uitlokken van een natuurlijk reflex of automatische respons
door een stimulus die deze reactie van nature niet oproept. ( geconditioneerde respons)
,Leren door: gezamenlijk aanbieden of toevallig samenvallen van 2 stimuli, neutrale en een
voorwaardelijke.
bepaalde situaties, geuren, geluiden worden meteen geassocieerd met een bepaalde betekenis.
(hond van pavlov, door training wordt er een natuurlijke respons – speeksel produceren die van
nature uitgelokt wordt door het ruiken van eten (stimulus) ook uitgelokt door het horen van een bel)
Operante conditionering: aan of afleren van gedrag door te bekrachtigen.
Belonen: - iets positiefs toedienen van buitenaf ( extrinsiek, krijgen van cadeautje, aandacht) of
ervaren (intrinsiek, blijdschap doordat iets lukt)
Straf: iets negatiefs wegnemen (negatieve straf) , iets negatiefs toegevoegd ( positieve straf)
Kritische kijk
opletten met straffen en belonen, opvoeden is niet gelijk aan conditioneren
aan en afleren van gedrag werkt niet bij iedereen door mechanistische mensbeeld
( emotioneel aspect speelt een rol)
het kan negatief effect hebben op sociaal- emotionele ontwikkeling ( vb: als je flink ben krijg je
een snoepje ( morele ontwikkeling afremmen: ik ben alleen flink als ik een beloning krijg)
Aangeleerde hulpeloosheid: is het verschijnsel waarbij een mens of dier geleerd heeft dat hij geen
invloed kan uitoefenen op de gebeurtenissen die hem overkomen. ( ontwikkelen van passiviteit)
Uitgangspunt van karel de corte: we moeten onvoorwaardelijke houding aannemen
gentle teaching: inzetten op relatie waarin een cliënt voelt dat hij er mag zijn.
- Personalistische mensbeeld
o De mens is uniek en niet vergelijkbaar met dieren
o De mens handelt doelgericht
o De mens is zelf verantwoordelijk voor zijn gedrag
- Mechanisch mensbeeld (conditionering)
o Er is geen principieel onderscheid tussen dieren en mensen
o De mens is een machine
o Lineair causaal verklaringsmodel
2.2 Cognitieve theorieën en RET (rationeel emotieve therapie)
ontwikkeld vanuit inzicht dat leren en gedrag niet alleen voortkomt uit conditionering maar dat
ook gedachten of cognitieve processen en emoties ons leerproces beïnvloeden.
Cognitieve psychologie: denken, geheugen, intelligentie, problemen oplossen,
informatieverwerking,..
richt zich naar uitwendig observeerbare gedrag van de mensen.
vertrok eerst uit mechanistisch mensbeeld
kwam tot circulaire causaliteit, organistische systeembenadering
Cognitieve schema’s: kennisstructuren = het geheel van kennis en opvattingen over een bepaalde
stimulus= de O in SOR omgeving begrijpen ( vb stoel is voorwerp met 4 poten en zitvlak)
,Cognitieve gedragstherapie (beck)
depressiemodel – mensen met depressie hebben negatieve schema’s DUS nieuwe gebeurtenissen
interpreteren vanuit disfunctionele gedachten disfunctioneel gedrag = selfulfilling prophecy
denken en gedrag
3 elementen
o Negatieve automatische gedachten (neg. Schema’s over zichzelf en de hele wereld auto
neg gedachten)
o Negatieve triade ( domeinen van neg gedachten: het zelf, de wereld en de toekomst)
o Cognitieve bias (vertekende manier van kijken naar de wereld)
RET/ REBT ( relationeel- emotieve (behavioristische) therapie)
de therapeut probeert de cliënt ervan te overtuigen dat hij een beter leven zal hebben als hij zijn
perfectionisme opgeeft
door onderscheid van rationele en irrationele gedachten
nadruk op heilige moeten = dwingende opvattingen over hoe het leven hoort te zijn
gericht op balans van denken en voelen gedrag – gedachten – emoties
irrationele gedachten veranderen
ABCDE-schema
A activating event
o Volledig mogelijke beschrijving van de uitlokkende situatie
B beliefs
o Wat zijn de gedachten die het slechte gevoel oproepen?, niet feiten, gebeurtenis zelf
die stress en problemen oproepen, maar irrationele gedachten die je erover hebt
o 3 soorten irrationele basisideeën
Perfectionistisch moeten ( ik moet altijd goed presteren, je maakt persoonlijk gelukt
afhankelijk van anderen
Iedereen moet me aardig vinden ( dit kan leiden tot subassertiviteit, onmogelijk om
nog voor je eigen mening op te komen)
Lage frustratietolerantie, tegenslagen kunnen moeilijk verwerkt worden
C, consequences
o Emoties die van nature niet prettig zijn, maar je wel verder helpen tot actie
ondernemen
D, dispute of discussie
o Therapeut stimuleert cliënt tot zelfbevraging, reflecteert over zichzelf
E, effectief
o Komen tot meer functionele gedachten
G denken
Gebeurtenissen
Gedachten
Gevoel
, Gedrag ( en gevolg)
5 stappen
1) vaststellen wanneer en waarover iemand faalangstig is en wat de gevolgen ervan zijn
2) nagaan welke gedachten leiden tot de faalangst
3) nagaan of de gedachten reeël zijn en of ze helpen de situatie te verbeteren
4) niet-helpende gedachten, vervangen door gedachten die wel helpen en de situatie verbeteren
5) verankeren van de nieuwe denkpatronen en gevoelens en consolideren van nieuw gedrag
4 Methodieken
Cognitieve gedragstherapie verzamelnaam voor diverse therapieën
ABCDE methode
Psycho-educatie
Mindfulness bepaald weerbaarheid om veerkrachtiger te worden
Dialectische gedragstherapie
4.4 psycho-educatie
Therapeuten geven correcte, nodige info over de oorzaak en gevolg van psychische klachten.
helpt de cliënt begrijpen wat er adh is
Mindfulness
Aandacht gerichte cognitieve therapie, worden ingezet om problemen zoals piekeren, depressie,…
aan te pakken
achtwekenprogramma: verschillende trainingen zoals yoga, combineren met technieken uit
cognitieve therapie
bedoeling dat men leert omgaan met alles wat het leven aandient
Dialectische gedragstherapie
Uitgewerkt voor mensen met ernstige problemen zoals borderline
evident based methode
er wordt geleerde anders om te gaan met gedrag en niet veranderen van cognitie en emoties
3 Tweede bril: leren vanuit verbondenheid
3.1 leren vanuit verbondenheid
faalervaring leidt tot zoektocht naar betere uitkomst en persoonlijke groei
leren is een persoonlijke en emotionele aangelegenheid, wat werkt voor de ene is niet
noodzakelijk goed voor de andere