PROFESSIONELE IDENTITEIT: MICRO NIVEAU
Definitie 1:
= interactie van persoon met professionele omgeving & binnen een
maatschappelijke context.
Kenmerken en karakteristieken, sociale relaties, rollen en lidmaatschap van
groepen die definiëren wie we zijn als professional.
Definitie 2:
= Geheel aan waarden, inspiratie en betekenisgeving die een professional een
unieke eigen identiteit geven en die hij door zijn handelen aan de ander laat
zien.
bewustwording, ontwikkeling.
Hierbij spelen drie perspectieven een rol: van jezelf, van de ander (klant, cliënt,
burger,...: het ‘zij’) en van de organisatie (het ‘wij’). Deze perspectieven moeten
geplaatst worden binnen de maatschappelijke context
Individueel niveau:
Wie ben je, wat zijn je waarden en normen?
Organisatie niveau:
Ondersteuning met maatschappelijk assistent. Bv. Ocmw, straathoekwerker
(mensen helpen, andere mandaad: het maakt niet uit, onvoorwaardelijk, maar jij
moet blijven contact hebben met de persoon.)
Maatschappelijk niveau
Maatschappelijke veranderingen, politiek & beleidsmaatregelen
Hoofdstuk 4: Zelfonderzoek (pagina 83)
Grondhouding
= De basis van je gedrag, het geheel van gevoelens, gedachten, attitudes,
waarden en normen
ook nadelen verbonden.
De eerste indruk komt vanzelfsprekend op en zegt meer over jezelf dan
over anderen. Belangrijk om voorbij de eerste indruk te kijken.
Beroepshouding
= Openstellen voor ≠kijken en dingen accepteren die anders zijn
Openhouding is erg belangrijk! Je moet het niet per se goed keuren, maar
je moet los komen van de ‘dat kan niet’ gedachte. Vanzelfsprekend voor
jou niet voor anderen
Bewust en wenselijk gedrag dat men verwacht in een bepaald werkveld.
Bepaald door wie dat je bent, maar je moet het kunnen afscheiden van het
werkveld.
Je moet je grondhouding verkennen en die afstemmen op jouw
beroepshouding
Er is een parallel te trekken tussen hoe je reageert in een werksituatie en
hoe je in het leven
1
, staat (hoewel dit niet altijd goed is / mag, maar het scheiden van jezelf is
niet wenselijk).
Socrates
‘zelfkennis is de begin van alle wijsheid’ basis voor humanisme
bouwstenen voor authenticiteit
Vb. Zoeken waar mijn interesses liggen om een studiekeuze te maken
4.1 Zelfkennis (hoe meer hoe beter)
Niemand kan je meer over jezelf vertellen dan jijzelf = zelfkennis ≠
vanzelfsprekend, want niet alles van jezelf is altijd in beeld.
hiervoor is zelfonderzoek voor nodig = je binnenwereld: denken, voelen,
willen en handelen.
met aandacht kijken jaar jezelf is de sleutel voor het ontwikkelen van meer
zelfkennis
Zelfkennis gaat niet enkel om de buitenkant (je doen), maar ook om binnenkant
(denkt, voelt). Je hebt dit nodig om je eigen weg te kunnen zoeken in de veelheid
van mogelijkheden / sturing geven aan je leven en om keuzes te maken.
Maar wie is die zelf? -> 2 kanten te onderscheiden in de persoonlijkheid
1. I/puur ego: draagt ervaringen, voelen en denken waardoor we onszelf
ervaren als persoon
2. Me: kant die naar ervaringen kijkt en onderzoekt.
De persoonlijkheid is als een schrijver van een verhaal waarin hij zelf als
personage optreed.
We hebben verschillende ‘ikken’ die we sub personen of karaktereigenschappen
noemen. Zelfkennis is dan ook het beter leren kennen van de sub personen en
zien welke betekenis ze je geeft.
Jezelf leren kennen
- Persoonlijke moet van professionele gescheiden worden
- Parellel trekken tussen hoe je reageert in een werksituatie en hoe je in
het leven staat. Deze parallel vraagt wel om een constante zoektocht naar
je eigen waarden en normen en hoe dat je werk beïnvloed.
- Jezelf als persoon scheiden van jezelf als professional is dus niet
wenselijk.
Casus Mirana
1) NE: je kunt wel scheiden: professioneler en formeler / E: altijd jezelf
maar, aanpassen.
2) Feedback accepteren, formelere mails schrijven, aanpassen aan context
(prof gedragen)
3) Ze wordt niet serieus genomen. Andere verwachtingen krijgen, want ze is
een van ons
2
, 4) Feedback accepteren, consequent optreden
Evenwicht vinden = belangrijk.
Niet wenselijk om jezelf als persoon te scheiden van jezelf als professional
Anderzijds zorgen dat jouw persoon en rol als professional niet
helemaal samengaan. ( je bent geen vriend, familie van de mensen waar
je mee werkt)
Wat maakt dat je je aan de context aanpast? op gemak, karakter, context /
cultuur
4.2 Bewust en onbewust
Metafoor van de ijsberg
Wat mensen zien nl gedrag, niet per se
zichtbaar door jezelf. Feedback = handig.
Niet zichtbaar voor buitenwereld: ervaringen,
gedachten, gevoelend
Door reflecteren krijg je zicht op wie je bent.
Bewustwording van wat hier ligt = opdracht
Handelingen worden gevoed door gedachten, gevoelens en kennis die onder de
waterspiegel liggen.
Johari-venster (p. 87)
Anderen zien jou kwaliteiten en valkuilen vaak eerder dan je zelf, dan is dit een
blinde vlek.
Er is een onderscheid tussen wat je van jezelf kent en wat je aan anderen laat
zien. Zo is er een stuk dat iedereen ziet en een stuk dat je enkel toont aan
mensen waar je je veilig voelt.
Doel als sociaal werker: blinde vlek ontdekken en
verkleinen / weg werken
vb verborgen trauma, identiteitscrisis
Door te reflecteren met anderen creëer je meer openheid voor jezelf en verklein
je het onbekend gebied en maak je ook je ‘verborgen zelf’ kleiner.
Mentaal construct
3
,= Gedachte die zich heeft gevormd op basis van eerdere ervaringen en die
ongemerkt een
leidraad vormen voor je handelen.
Het bewust worden van dat mentaal construct helpt je meer zelfkennis te
verwerven
Het bewuste en onbewuste
≠ vormen verborgen kennis (= tacit knowledge)
Het onbewuste = psychologische processen waarvan we niet bewust zijn maar
die ons gedrag
wel beïnvloeden.
Vanaf ontstaan psychologie: 1870: aandacht voor onbewuste.
Freudiaans onbewuste = waar onze driften en vervelende herinneringen
zitten = -
Bepaald veel beslissingen, regelt veel
Keuzen worden door het onbewuste gedreven
Kan tot 20.000x meer info verwerven
Vaak zijn mensen gelukkiger als ze niet zo lang nadenken geen vrijbrief
voor de professional om zich niet te laten informeren.
Het negeren ≠ verstandig
Veel van wat we waarnemen blijft hangen in het onbewuste
Ferrucci: ‘geheimzinnige dier dat diep in ons leeft en waar we geen greep
op hebben’
Als een spons: opgeslagen ervaringen
Meer grip krijgen = jezelf goed observeren; luisteren aar gevoel, lichaam,
verstand
Het onbewuste doet het werk, terwijl bewustzijn alleen geïnformeerd word door
de uitkomst!
4.3 Aandacht
Present zijn is belangrijk = jezelf afstemmen op de buitenwereld. Iemand die
vanuit presentie werkt stuur vanuit de relatie met en de zorg voor de client.
Introspectie & reflectie zijn belangrijke vaardigheden. Je kunt alleen met
aandacht de buitenwereld tegemoet gaan als je met aandacht je eigen
binnenwereld kunt waarnemen.
Door achteraf te reflecteren ontwikkel je hier-en-nu reflectie: je wordt tijdens
handelen bewust
Mindfulness = !!! voor hier-en-nu reflectie
Zonder oordeel en met aanvaarding je aandacht richten op hier-en-nu
ervaringen
Volle aandacht voor gevoelens, gedachte, verlangens
Aandacht voor het moment
Je bewustzijn observeren met zintuigen en niet door er over na te denken
Je bent accuraat in je observatie en hebt inzichten
4
, Je moet het leren en dit kost veel tijd en oefening. Vooral meditatie helpt
je de capaciteit om mindful te zijn te verhogen.
Meditatie is een manier om naar een stille plek in jezelf te gaan.
<-> mindlesness: niet bewust van hier-en-nu
4.4 Kijken naar jezelf
‘vermogen tot decentrering en perspectiefneming’: in staat zijn je eigen
ervaringen te bekijken vanuit een ander perspectief en zien dat je ervaring
gekleurd is door verschillende dimensies.
3 dimensies:
1. Horizontaal
Kijken waar je nu staat, waar je vandaan komt en waar je naar toe wilt.
Belangrijk om je eigen geschiedenis te kennen om te begrijpen hoe je nu
in het leven staat
2. Verticaal
Kijken in de diepte (onder waterspiegel) en in de hoogte (boven
waterspiegel)
3. Van binnen naar buiten
Stilstaan bij wat je bezighoudt en hoe dat je binnenkant raakt
Jij moet tegelijkertijd … zijn + pagina 95 kader!
Acteur
Ervaringen opdoen door je denken, voelen en handelen.
Toeschouwer
Terugblikken op ervaringen, denken, voelen, handelen
Regisseur
Leren van ervaringen en op basis hiervan nieuwe handelingen sturen. Dus
je stuurt je denken, voelen, handelen in andere richtingen.
Besef dat je gedachten en gevoelens hebt, en niet bent is nuttig!
4.5 Kernkwaliteiten (kwaliteiten en vormgeving ervan ontdekken)
Behoren tot kern van een persoon
Ze zijn er altijd, maar je hebt er niet altijd zicht op. Vaak is het een blinde vlek.
Handig voor meer zelfkennis en dus je professionaliteit te vergroten.
‘Hoe duidelijker de kwaliteit, hoe bewuster we die kunnen laten zien in ons
werk’
Valkuil
Te veel van het goede van kwaliteit
Je kracht wordt dan je zwakte
Uitdaging
Positief <-> van valkuil
Aanvullende kwaliteit van kwaliteit
Allergie
Te veel van uitdaging
5