Dit is een samenvatting van bedrijfskunde uit periode 1. De samenvatting kan door verschillende studies gebruikt worden, maar hij is geschreven voor de studie facility management. Ik heb zelf een 9 gehaald met behulp van de samenvatting.
Human Resource Management, Bedrijfskunde, Facility Management & Logistie
Bedrijfskunde (ABK1)
Tous les documents sur ce sujet (7)
Vendeur
S'abonner
Anna1010
Avis reçus
Aperçu du contenu
Inhoud
Hoofdstuk 1 Een begrippenkader voor de organisatiekunde.................................................................2
1.1 Wat is een organisatie?................................................................................................................2
1.2 Organisatie, bedrijf en onderneming............................................................................................2
1.3 Rechtsvormen...............................................................................................................................2
1.4 Productiviteit, effectiviteit en efficiëntie......................................................................................3
1.5 Waarom organisatietheorieën bestuderen?.................................................................................4
Hoofdstuk 2 De belangrijkste stromingen in de organisatiekunde.........................................................4
2.1 Uitgangssituaties..........................................................................................................................4
2.2 klassieke organisatiekunde...........................................................................................................5
2.3 Gedragskunde...............................................................................................................................6
2.4 Revisionisme (neoklassieken).......................................................................................................6
2.5 Systeembenadering......................................................................................................................7
2.6 Contingentiebenadering...............................................................................................................7
2.7 TQM stroming (totale kwaliteitszorg/total quality management)................................................8
2.8 Lerende organisatie:.....................................................................................................................8
Hoofdstuk 3 Management......................................................................................................................8
3.1 Soorten managers........................................................................................................................8
3.2 Managementvaardigheden en basisfuncties van management..................................................8
3.3 Tien rollen van de manager.......................................................................................................13
3.4 Internationaal management......................................................................................................13
3.5 Duurzaamheid en mvo...............................................................................................................14
Hoofdstuk 4 Strategische situatie analyse............................................................................................15
4.1 Doelstellingen.............................................................................................................................15
4.2 Het formele planningsproces van strategieverandering.............................................................16
4.3 Omgevingsanalyse.....................................................................................................................16
4.4 Analyse van de interne organisatie.............................................................................................19
Hoofdstuk 5 strategieontwikkeling.......................................................................................................22
5.1 Alternatieve hoofdvormen voor een strategie...........................................................................22
5.2 Alternatieve uitgangspunten voor een strategie........................................................................22
5.3 Alternatieve richtingen voor een strategie.................................................................................24
5.4 Alternatieve methoden voor het uitvoeren van een strategie...................................................25
5.5 Bedrijfsmodellen.........................................................................................................................26
5.6 Evaluatie en selectie van strategische alternatieven..................................................................27
8.3 Het 7S-model..................................................................................................................................27
1
,Hoofdstuk 1 Een begrippenkader voor de
organisatiekunde
1.1 Wat is een organisatie?
4 belangrijke kenmerken van een organisatie:
1. Menselijke factor- zonder de mens kan een organisatie niet bestaan.
2. Een samenwerkingsvorm- als een mens samenwerkt bereikt het meer dan alleen. Je spreekt
dan van een synergie-effect (het resultaat van het totale samenwerkingsverband is groter
dan de individuele resultaten). Bij het maken van een auto is een productielijn bijvoorbeeld
veel voordeliger.
3. Doelgerichtheid- bedrijven hebben als doelstelling winst te maken. Het doel moet
gezamenlijk zijn anders ontbreekt het richtingsgevoel.
4. Continuïteit- investeren in de toekomst. Soms wordt een doel bereikt; zoals non-profit
organisatie of na een evenement. Bij continuïteit gaat men uit van going-concern-gedachte:
bij het nemen van beslissingen uitgaan van continuïteit. De interne doelstelling is altijd: het
voortbestaan van een organisatie. Een externe doelstelling is het voorzien van de
maatschappij in hun behoeftes. Publieke dienstverleners hebben ook een externe
doelstelling.
Organisaties ontstonden pas in de industriële revolutie. Organisaties met veel welvaart hebben een
paar gemeenschappelijke kenmerken.
Machtsverdeling in lagen
Geschoold personeel
Formele communicatie, regelgeving en methoden
Werkverdeling naar functie (personeelsfuncties)
Omschreven doelstellingen
Organisatie kan drie betekenissen hebben.
1. Functionele organisatie- als in het werkwoord organiseren. Ik organiseer een feest.
2. Institutionele organisatie- een organisatie als object. De organisatie Phillips.
3. Instrumentele organisatie- de wijze waarop een onderneming is ingedeeld. De organisatie
van Kruidvat heeft veel managementlagen.
1.2 Organisatie, bedrijf en onderneming
Een organisatie is een menselijke samenwerking die doelgericht en blijvend is. Een bedrijf is een
organisatie die goederen en diensten voortbrengt met als doel dit te verkopen. Dit kunnen bedrijven
zijn met of zonder winstoogmerk. Ook niet-geprivatiseerde bedrijven vallen onder bedrijf. Een
onderneming is altijd gericht op het maken van winst.
1.3 Rechtsvormen
Eenmanszaak:
Volledig aansprakelijk
2
, Vrijheid en meer winst
Maatschap:
Gelijk aansprakelijk
Zzp ,natuurlijke en rechtspersonen
Tandartsen en advocaten samenwerkingsverband
Vennootschap onder firma:
Meerdere personen
Natuurlijk persoon
Nabestaan
Ruzies
Commanditaire vennootschap:
Hetzelfde als een V.O.F.
Maar met stille en beherende vennoten
Naamloze vennootschap:
Rechtspersoon
Leiding en aandeelhouders gescheiden
Algemene vergadering van aandeelhouders
Raad van Bestuur (dagelijkse zaken)
Raad van Commissarissen (toezicht RvB)
Besloten vennootschap:
Aandelen op naam
Rechtspersoon
Coöperatieve vereniging:
Behartigen van belangen van leden
Rechtspersoon
Publicatieplicht
1.4 Productiviteit, effectiviteit en efficiëntie
Productiviteit = resultaat/offers. Hoe hoger de uitkomst, hoe gezonder het bedrijf is. Ook wel
omzet/kosten. Maximale productiviteit= max resultaat/ min offers, dit is de norm voor bedrijven. De
norm wordt niet gehaald als de kosten te hoog zijn of het resultaat te laag.
Management wordt gezien als praktisch. Redenen om organisatietheorieën te bestuderen zijn:
1. Ze zijn een leidraad bij beslissingen in de managementpraktijk
2. Ze vormen onze visies op de organisatie
3. Ze maken ons bewust van de omgeving van het bedrijf
4. Ze zijn een bron van nieuwe ideeën
3
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Anna1010. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,92. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.