Week 1 Inleiding handhavings- en sanctierecht.
Handhaving.
Handhaving is controle op de naleving van wet- en regelgeving en het doen naleven van deze regels.
Naleving is van groot belang om regels effectief te laten zijn. Daarbij kan sprake zijn van
zelfhandhaving of -regulering of een derde partij.
Handhaving van noodverordeningen wordt via het strafrecht gedaan.
Te handhaven normen: waar vinden we deze normen?
Wet, gedelegeerde regelgeving en beschikkingsvoorschriften (vergunningsvoorschriften).
Doel van handhaving.
Afdwingen en (feitelijk) effectueren van ‘normconform’ gedrag via sancties.
Dubbele rol bestuursorgaan.
1. Normsteller; stelt bv. APV vast;
2. Handhaver.
Handhavingscyclus.
1. Normstellingsproces;
De fase waarin wordt vastgesteld welke normen moeten worden nageleefd. De fase waarin
regels voor bijvoorbeeld evenementen horeca worden vastgesteld.
2. Formuleren van handhavingsbeleid;
Algemeen beleid waarin wordt beschreven wanneer van welke bevoegdheid gebruik wordt
gemaakt. (wanneer opleggen dwangsom etc.)
3. Controle, toezicht en opsporing;
Uitvoeringsfase. Waarin uitvoering wordt gegeven aan het geformuleerde beleid uit fase 2.
4. Bepalen van de beste handhavingsreactie;
Op basis van de geconstateerde overtreding moet gekeken worden welke handhavingsactie
het beste is. Vind mede plaats op basis van fase 2. Het bepalen van een handhavingsreactie
kan niet zomaar:
a. Legaliteitsbeginsel: welke wettelijke mogelijkheden zijn er? Vragen die van belang
zijn bij deze fase:
i. Beginselen van behoorlijk bestuur.
ii. Juridische normering: hoe zit het met vertrouwen en gedogen?
iii. Beleidsvrijheid vs. Beginselplicht (wat nu als iemand verzoekt om handhaving
en het bestuursorgaan hier nu gehoor aan moet geven?)
iv. ‘ne bis in idem beginsel’: samenloop
v. Effectiviteit
5. Handhaving;
de daadwerkelijke effectuering. Het nemen van het besluit en dit besluit uitvoeren gebeurt in
deze fase.
6. Evaluatie en eventuele bijstelling van de normstelling.
Was de norm concreet genoeg? Zeer belangrijke fase. Eventueel norm bijstellen wanneer de
norm bijvoorbeeld nog vaag is.
,Toezicht vs. Opsporing.
Wat is handhavingstoezicht? (afd. 5.2 Awb).
Art. 5:11 Awb: onder toezichthouder wordt verstaan: een persoon bij of krachtens wettelijk
voorschrift belast met het houden van toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens enig
wettelijk voorschrift.
Een toezichthouder houdt zich bezig met toezicht op de naleving. Bijvoorbeeld controleren van
vergunningen op de markt. Een opsporingsambtenaar heeft vaak bevoegdheden op grond van
strafvordering.
Nemo tenetur beginsel en zwijgrecht.
Toezicht en medewerkingsplicht (art. 5:20 Awb).
o Op het moment dat toezicht overgaat tot opsporing dan geldt dit niet meer. Bijvoorbeeld
bij het controleren wordt een hennepkwekerij gevonden.
o Het probleem wordt dan oneigenlijk gebruik van toezichtbevoegdheden.
o Verplicht zijn om mee te moeten werken en een zwijgrecht EHRM: Arrest Saunders. In dit
arrest heeft Saunders antwoord gegeven in het kader van het toezicht en deze
antwoorden werden tegen hem gebruikt in een strafzaak. Deze antwoorden leiden tot
een veroordeling.
, Week 2 Bestuursrechtelijke handhaving I Reparatoire sancties.
Bestuurlijke sanctie.
een bestuurlijke sanctie is een door een bestuursorgaan wegens een overtreding opgelegde
verplichting of onthouden aanspraak (art. 5:2 lid 1 sub a Awb). De bevoegdheid om een bestuurlijke
sanctie op te leggen moet uitdrukkelijk bij of krachtens een formele wet zijn toegekend (art. 5:4 lid 1
Awb). Bestuurlijke sancties zijn te onderscheiden in herstelsancties (reparatoire sancties) en
bestraffende sancties (punitieve sancties):
Herstelsancties. (reparatoire sancties)
Herstelsancties zijn gericht op het beëindigen of ongedaan maken van de overtreding of de
gevolgen daarvan, dan wel het voorkomen van herhaling (art. 5:2 lid 1 onder b Awb).
Voorbeelden zijn de last onder bestuursdwang en de last onder dwangsom.
Bestraffende sancties. (punitieve sancties)
Bestraffende sancties zijn gericht op het bestraffen van de dader; deze sancties worden opgelegd
met het oogmerk de overtreder leed toe te voegen (art. 5:2 lid 1 onder c Awb). Een voorbeeld is
de bestuurlijke geldboete.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller stefsnippe. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.85. You're not tied to anything after your purchase.